Ganzen houden mensen uit hun slaap in en rond Den Haag: 'Er zijn meer vogels dan er plek is'

Nijlgans
Nijlgans © ANP
DEN HAAG - Ze zijn lichtgetint, komen uit Noord-Afrika, veroorzaken veel overlast en gaan hier niet meer weg: de nijlganzen. Juist in deze periode zijn ze extra aanwezig, de dieren gakken van 's ochtends vroeg tot 's avonds laat met een flink volume. Ze houden daarmee hele woonwijken in Den Haag en omgeving uit hun slaap. Maar waarom?
'Den Haag is overbevolkt als het gaat om nijlganzen', vertelt Frank Majoor. Hij is van SOVON, een organisatie die onderzoek doet naar de dieren.
Hij is ook de man die de ganzen van een ringetje voorziet, dus als iemand weet waarom ze nu zoveel herrie maken is hij het.

'Den Haag is overbevolkt'

De verklaring is simpel. 'Het is nu broedseizoen', zegt Majoor. 'Den Haag is overbevolkt als het aankomt op nijlganzen. Op elk vijvertje zit een paartje en er zijn meer vogels dan er plek is.' En dus strijden de dieren om een plekje.
'Er komen constant indringers overvliegen en dan moeten die paren daarop reageren. Ze maken dan een hoop herrie om aan te geven dat het hún plek is en dat die andere ganzen moeten doorvliegen. Dat moet wel agressief overkomen en dus maakt het veel geluid', legt Majoor uit.

Gemeente: Weinig klachten

Volgens Sharita Balgobind van de gemeente Den Haag valt het met de overlast wel mee. 'We krijgen niet zoveel klachten over ganzen. Het is niet dat er massaal meldingen binnenkomen', zegt de woordvoerster.
'We bekijken het per situatie. Als er overlast is, kunnen bewoners dat melden'. De gemeente overlegt dan met de groenbeheerder van het stadsdeel wat er aan te doen is. 'Ze kunnen bijvoorbeeld verplaatst worden. We hebben eerder wel eens een groep ganzen naar Ockenburgh overgebracht. En ook wel eens naar een ganzenopvang in Drenthe.'

Aantal onbekend

Hoeveel ganzen er in Den Haag zijn, kan Balgobind niet vertellen. Ook de deskundige van SOVON tast in het duister. 'Ik heb geen idee, maar het zijn zeker een paar honderd paren', zegt Frank Majoor.
Hoeveel jongen er nu zijn, weet hij ook nog niet. 'Ik kom een paar keer per seizoen langs om de jongen te ringen'. Dat gebeurt in opdracht van het Faunafonds, om te kijken hoeveel jongen overleven.

Verspreiding begon in Den Haag

Opmerkelijk is dat de bron van de grote ganzenpopulatie volgens Majoor in Den Haag blijkt te liggen. 'In 1967 is een aantal nijlganzen ontsnapt uit een waterwildcollectie in de omgeving van Den Haag'.
De dieren, die oorspronkelijk uit Noord-Afrika afkomstig zijn, raakten zo door heel Nederland verspreid. En daar buiten. Volgens de deskundige zitten ze inmiddels ook in bijvoorbeeld België, Frankrijk, Groot-Brittannië en Duitsland.

Den Haag broedt op beleid

De gemeente Den Haag is ondertussen het ganzenvraagstuk aan het bestuderen. 'We zijn nu echt aan het kijken wat er mogelijk is', zegt Balgobind. 'Bestrijden, wat mag er dan wel of niet, verplaatsen... we zijn er mee bezig'. Wanneer daar meer duidelijkheid over komt, kan ze niet zeggen.
'Uitroeien kan niet, het zijn er zoveel', zegt Majoor. 'Bovendien, ze broeden gewoon in de woonwijken. Daar ga je ze niet staan uitroeien.'

Overlast is relatief

Maar zijn het er dan niet té veel? 'Nee, dat zou ik niet zeggen', zegt Majoor resoluut. De vogelkenner nuanceert de overlast. 'Ach, je kunt ook van je buren gek worden, of van vliegtuigen. Je moet je er maar bij neerleggen.'
Volgens hem zijn er ook veel liefhebbers. 'Er zijn veel mensen die er juist plezier van hebben. Ze hebben van die schattige zwart-witte kuikentjes. Soms adopteren mensen ook zo'n ganzenfamilie en worden ze flink vertroeteld.'

Wij zijn benieuwd naar jouw mening. Stem op onze poll!