Asielzoekers moeten beter worden begeleid, vinden veel Haagse partijen

Dat staat in een plan dat PvdA, D66, Haagse Stadspartij en GroenLinks vandaag aan het Haagse stadsbestuur hebben aangeboden. ‘Niets is zo funest dan dat mensen  alleen op een bepaalde plek blijven zitten. Gelijk aan de slag met werk, vrijwilligerswerk doen, sporten, actief zijn en opgenomen worden door de mensen er omheen, door de verenigingen die er zijn. Dat is heel goed voor de integratie en voor de verbinding,’ zegt PvdA-fractievoorzitter Martijn Balster, initiatiefnemer van het plan.

Den Haag biedt dit jaar in ieder geval bijna 2100 mensen met een verblijfsstatus onderdak. Dat betekent volgens de partijen niet alleen dat ze een huis krijgen, maar dat de gemeente ook moet zorgen  voor ‘de integratie, de inburgering en de interactie met alle wijken en buurten waar ze worden gehuisvest’, staat in het plan.

De partijen komen met een groot aantal voorstellen op het gebied van onderwijs, werk en zorg om ervoor te zorgen dat de integratie beter kan verlopen.

Zo moeten mensen snel wegwijs in de buurt worden gemaakt. Als ze verder van bebouwing zitten, zoals straks in de Binckhorst of in Ypenburg, moeten ze fietsen krijgen en op fietsles. De gemeente dient ook ontmoetingsbijeenkomsten gaan organiseren of zorgen voor vrijwilligers die als buddy willen fungeren voor de statushouders. Verder kunnen sportverenigingen hen nog beter dan nu welkom heten.

Belangrijk is dat de integratie al tijdens de opvang begint, dus eigenlijk vaak al buiten Den Haag. Daar moet worden gekeken wat asielzoekers kunnen en hen worden verteld wat ze hier kunnen verwachten.

Volgens Balster is het ook essentieel dat statushouders de taal leren en zoveel mogelijk ook iets gaan doen, hetzij ‘gewoon’ werk, hetzij vrijwilligerswerk. ‘Dit vanuit de overtuiging dat ‘eerst werk, dan de rest’  zorgt voor betere inburgering en deelname aan de Nederlandse samenleving,’ stelt hij.

Bovendien moet de gemeente zorgen voor goede begeleiding. Sommige asielzoekers hebben psychische problemen. ‘Dat moet niet worden onderschat. Soms is dat meteen duidelijk, maar vaak komt het pas na verloop van tijd boven. De mensen die hier komen hebben vaak veel meegemaakt in het land van herkomst, hebben huis en haard achtergelaten, vaak ook familie. Veel jongeren krijgen vroeg of laat last van psychische problemen. Daar moet te allen tijde voldoende hulp voor beschikbaar zijn.’