'Vrouwen droegen in vroege middeleeuwen veel fijnere stoffen dan mannen', blijkt uit onderzoek

Bron afbeelding: Universiteit Leiden
Bron afbeelding: Universiteit Leiden
DEN HAAG - Nederlandse vrouwen droegen in de vroege middeleeuwen vaak fijnere stoffen dan mannen. Dat blijkt uit onderzoek van Chystel Brandenburgh. Zij is gemeentelijk archeoloog van Leiden en deed, naast haar werk, zes jaar lang onderzoek. Volgende week hoopt zij daarop te promoveren aan de universiteit van Leiden.
In het buitenland is er veel van dergelijk onderzoek gedaan, maar in Nederland is er nog nauwelijks iets over bekend. Omroep West stelde zeven vragen aan de promovenda.

Er zijn natuurlijk ontzettend veel dingen die je kunt onderzoeken. Maar hoe kom je nou op dit onderwerp?

'Ik was in 2008 zoekende naar verdieping in mijn werk. Toen ben ik in contact gekomen met de enige textielspecialist die er in Nederland is en die is mij gaan opleiden. Daar rolde snel een onderzoeksidee uit. Ik had veel affiniteit met dit onderwerp en had er veel interesse in, dus het ging eigenlijk vanzelf'.

Hoe pak je dat aan, zo'n onderzoek?

'Het is vooral een kwestie van zelf op pad gaan. Je hebt veel archeologische depots en musea waar dit soort oude kleding ligt opgeslagen. Het gaat dus om kleding uit de periode 400 tot 1000 na Christus. Ik heb al die plekken aangeschreven en gevraagd of ik er eens naar mocht kijken. Vaak lag het daar al tientallen jaren, zonder dat iemand er ooit naar gekeken had. Ik kwam toen met een hoogleraar die vroeg-middeleeuwse graven analyseert in contact. Hij zat juist met dat textiel omhoog en dus belde ik precies op het goede moment.'

Maar dat textiel is jaren oud, is daar nog wel wat van over?

'Dat wisselt heel sterk. Ik heb bijna duizend stuks in handen gehad. Dat klinkt als heel veel, maar over een periode van 600 jaar is dat natuurlijk heel weinig. Maar er zit wel veel informatie in. Wel is het meeste verroest. Dus eigenlijk is het geen textiel meer, maar een soort roestige vorm. Je ziet eigenlijk de afdruk alleen nog maar.'

Dan vind je dus die oude spullen, maar er is natuurlijk weinig over bekend. Hoe pak je dat dan aan?

'Je begint eigenlijk heel bassaal met het beschrijven van de textiel. Dan krijg je inzicht in welk type textiel men gebruikt in welke periode, dan kun je daar een onderscheid in maken. Daarna kun je reconstrueren welke kledingstukken het zijn geweest. Dat is wel lastig hoor, want complete textiel is er niet. Vooral door kennis uit het buitenland kreeg ik toch wel een beeld van hoe mensen er in die tijd bijliepen.'

Een beetje een flauwe vraag, maar wat hebben we aan dit onderzoek?

'Nee hoor, dat is helemaal geen flauwe vraag. Maar dat kun je je van alle historische promoties wel afvragen. De kennis heeft geen dagelijks nut, maar kennis over het verleden is voor veel mensen wel heel belangrijk. Er zijn ook veel mensen geïnteresseerd in de vraag hoe we er vroeger bijliepen. Bijvoorbeeld musea als het Openluchtmuseum kunnen dankzij mijn onderzoek waarheidsgetrouw laten zien wat mensen vroeger aanhadden.'
Wat is de belangrijkste conclusie van uw onderzoek?

'Vrouwen droegen fijnere stoffen dan mannen. Maar dat zegt ook weer niet zoveel. Als ik iemand in een mooi pak zie rondlopen, sla ik ook niet aan op hoe fijn het weefsel is. Dan kijk ik meer naar hoe het valt, hoe het staat of wat de kleur is. Maar het kan heel goed zijn dat er in mannenkleding andere aspecten waren, die ook van hoge waarde waren.'

Hoe zat het eigenlijk is onze regio, wat droegen mensen hier in de vroege middeleeuwen?
'Dat is een lastige vraag. Het meeste textiel vind je in terpen en grafvelden in het noorden van het land. Als je hier een vroeg middeleeuws grafveld vindt, dan heb je ook kleding. Maar die zijn in onze kant van het land helemaal niet opgegraven. Dat weet ik dus niet.'