Provincie verlaagt weer motorrijtuigenbelasting
DEN HAAG - De provincie Zuid-Holland verlaagt de motorrijtuigenbelasting met 0,3 procent. Dat hebben de Provinciale Staten woensdagavond besloten tijdens de behandeling van het huishoudboekje van Zuid-Holland voor 2017.
De PVV in Provinciale Staten zegt 'aangenaam verrast' te zijn door het verlagen van de opcenten op de motorrijtuigenbelasting, maar is toch niet helemaal tevreden. ‘Deze verlagingen zijn te laag', stelt de PVV. De partij wil een verlaging zien van maar liefst twintig procent.
Volgens SGP-CU was het logischer geweest om de opcenten hetzelfde te laten 'en de financiële ruimte die vrijkomt, te investeren'. De VVD kijkt vooruit: 'In de toekomst zullen we minder ruim in ons jasje zitten, dus we moeten een stevige reservepot behouden, dat vraagt om een behoedzaam begrotingsbeleid.'
Structurele verlaging motorrijtuigenbelasting
Bij het aantreden van het provinciebestuur in 2015 was al besloten de opcenten met 3 procent te verlagen, waardoor de provincie zo'n tien miljoen euro minder inkomsten heeft. Voor de zomer gingen de Staten ook al akkoord met een verlaging van 0,3 procent, goed voor één miljoen euro.
Een deel van het geld dat binnenkomt uit de motorrijtuigenbelasting komt weer ten goede aan de weggebruiker. Zo geeft de provincie verreweg het meest geld uit aan de infrastructuur, zoals wegen en bruggen: namelijk 275 miljoen euro.
Kosten hoger dan de baten
De totale uitgaven van de provincie Zuid-Holland bedragen 690 miljoen euro, de totale opbrengsten zijn 644 miljoen euro. Het verschil van 46 miljoen euro is voor de provincie geen probleem omdat de provincie een grote reserve heeft.
