Weg met de piekergedachten!

DEN HAAG - Iedereen piekert wel eens en daar is ook niets mis mee. Als de gedachten niet meer uit je hoofd gaan en je je zorgen blijft maken, is dat voor een kind heel lastig. Speciaal voor deze jonge piekeraars verscheen onlangs 'De baas van de piekerfabriek', geschreven door Margreet van der Veen.
Sommige kinderen blijven maar piekergedachten maken in hun hoofd. 'Er is geen ruimte voor blije gedachten, zorg en onrust zorgen ervoor dat handige gedachten geen toegang meer krijgen. Slapen wordt soms een probleem, de schoolprestaties gaan achteruit en vriendschappen verlopen moeizaam', vertellt Margreet bij ons op de bank.

Piekerpiek

'Als je kind vaak piekert, negatieve gedachten of faalangst heeft, dan kan het helpen om samen met je kind het piekerboekje te lezen en de opdrachten uit het boekje te maken', zegt Margreet over haar boek. De piekerpiek bij kinderen ligt meestal rond de 9 en 10 jaar vanwege hun cognitieve ontwikkeling.  
Ouders zijn snel geneigd tegen hun kind te zeggen dat het zich geen zorgen hoeft te maken. Maar die reactie is niet heel handig, weet Margreet. ‘De reactie 'ach het is niet zo erg, denk er maar niet meer aan'… daar heeft een kind veel aan. Een kind voelt zich dan niet begrepen en erkend. Erkenning geven en in gesprek gaan met je kind is heel belangrijk.'

Piekerdoosje

Het kind kan leren dat hij zelf de baas is van zijn eigen gedachten.Een van de handzame tips in het boekje is: laat jouw kind een piekerdoosje maken. 'Je kunt het piekeren even stoppen door de gedachten even te parkeren. Elke keer als jouw kind over iets piekert, laat hem een tekening maken of het opschrijven en het papiertje in het piekerdoosje stoppen. Daar kun je dan later op de dag samen een kwartiertje over praten', licht de kinder- en jeugdtherapeute toe.
Belangrijk is dat je echt luistert naar de zorgen. 'Toon begrip en heb erkenning voor die gevoelens. En bovenal: blijf positief!', zegt Margreet.
Het gesprek terugkijken, kan hier.