50 jaar Stones [column]

Hans Rouw
Hans Rouw
REGIO - Afgelopen week hebben wij met ons allen besloten dat The Rolling Stones 50 jaar bestaat. Er is weliswaar geen exacte oprichtingsdatum bekend, maar dat het in 1962 is geweest is zeker, dus waarom niet op 12 juli?
Zanger Mick Jagger en gitarist Keith Richards zaten samen in dezelfde klas van de kleuterschool en ontmoetten  elkaar eind jaren vijftig stomtoevallig op het station van Dartford, een plaatsje in het Engelse graafschap Kent. Het groepje dat ze samen met bassist Dick Taylor oprichtten heette Little Boy Blue and the Blue Boys.
Dick Taylor zou later nog naam maken als oprichter van The Pretty Things. Tegelijkertijd was Brian Jones ook bezig met het vormen van een band, maar dat wilde niet erg vlotten. Alleen hijzelf en toetsenist  Ian Stewart maakten er deel van uit. Een naam had hij wel: The Rolling Stones, naar een nummer van blueslegende Muddy Waters uit het midden van de jaren vijftig. Later zou diezelfde song overigens voor Bob Dylan de inspiratie vormen voor de hit ‘Like a rolling stone’.
Met Tony Chapman als drummer werden The Rolling Stones de sensatie van het Engelse clubcircuit. In die periode was de invloed van Brian Jones overigens van cruciaal belang, want hij was het die de pure rock ’n rollgitarist Richards leerde hoe die blues moest spelen. Dick Taylor stapte al snel uit de band en werd vervangen door Bill Wyman, waarvan het verhaal gaat dat hij alleen gekozen werd omdat hij de beste versterker van alle kandidaten had. Jazzdrummer Charly Watts kwam in februari 1963 voor Tony Chapman en is dus de enige Stone die nog even op zijn jubileum moet wachten.  De voorlopig laatste wijziging vond plaats toen de net aangestelde manager Andrew Loog Oldham vond dat Ian Stewart te braaf was voor het ruige imago dat hij voor de Stones voor ogen had en hem er uit knikkerde. Dat lukte maar gedeeltelijk, want tot zijn dood in 1985 door een hartaanval trad Stewart nog regelmatig met de groep op.
Drugsschandalen, optredens met fans die er een waar slagveld van maakten - denk maar aan het concert in het Scheveningse Kurhaus op 8 augustus 1964 - en opgeklopt ‘asociaal’ gedrag - de Stones waren niet kapot te krijgen. Hun aanhangers keken minachtend neer op die van The Beatles en omgekeerd,  maar de twee grootste groepen ter wereld waren zelf gewoon vrienden.
50 jaar geleden was dit het begin. Er is sindsdien veel gebeurd. Brian Jones werd in 1969 ontslagen omdat hij geen visum voor de VS kon krijgen, waar de groep wilde gaan toeren. Hij lag trouwens al een tijdje niet zo lekker meer in de band. Een paar weken later werd hij dood in zijn zwembad gevonden. Ry Cooder was zijn opvolger, maar dat duurde niet lang omdat Richards dreigde op te stappen als Cooder, aan wie hij een enorme hekel had, definitief de nieuwe gitarist werd. Toen werd het Mick Taylor en vanaf de tour van 1975  kwam Ron Wood. Taylor stopte omdat er maar steeds geen nieuwe tour kwam. De drugsveroordelingen van Keith Richards gooiden namelijk regelmatig roet in het (visum)eten. Richards is nu tussen twee haakjes al dertig jaar clean. Tenslotte was Bill Wyman het in 1993 zat en vertrok, volgens de geruchten vooral omdat hij aan vliegangst leed. Darryl Jones is sindsdien de nieuwe bassist, maar hij is geen lid van de Stones.
En zo zijn The Rolling Stones nog altijd bezig. Niet altijd met elkaar en het is dan ook steeds de vraag wanneer de volgende (laatste?) tour komt. De Stones en de Beatles zijn het de twee grootste bands die de popgeschiedenis heeft voortgebracht. En een inspiratiebron voor velen, en dat niet alleen muzikaal. Leest  u bijvoorbeeld het vermakelijke boek ‘de teennagels van Keith Richards’ van Karel Kanits maar eens. En dan zijn er uiteraard nog de autobiografieën van Ron Wood en Keith Richards.
En wij, Stonesfans, zijn tot de dag van vandaag de plaats Dartford dankbaar dat het zo’n klein stationnetje heeft dat Jagger en Richards elkaar wel móesten tegenkomen.