Geen versoepeling van Haagse terrasregels
DEN HAAG - De terrasregels in Den Haag worden vooralsnog niet versoepeld. Horecazaken buiten de uitgaansgebieden, moeten hun klanten gewoon om elf uur weg sturen. Anders krijgen ze een boete.
Dat blijkt uit antwoorden op vragen van VVD-raadslid Daniëlla Gidaly. Afgelopen zomer ontstond er veel onrust bij eigenaren van horecazaken net buiten de grote uitgaansgebieden en klanten omdat de gemeente en politie veel strenger de sluitingstijden van de terrassen gingen controleren. Zaken op bijvoorbeeld de Dunne Bierkade, Oude Molstraat en Denneweg en omgeving werden massaal beboet omdat ze nog klanten na elf uur ’s avonds buiten lieten zitten.
VVD wilde versoepeling
De VVD sprong op de bres voor de ondernemers en het publiek dat van de mooie zomer wilde genieten. Gidaly bepleitte een versoepeling van de regels. ‘Horeca, en daarmee terrassen, zijn belangrijk voor de economie in Den Haag. In omringende steden zoals Utrecht en Leiden gelden in de zomer ook andere regels. Dit heeft niet geleid tot meer klachten, dus in Den Haag zou dit ook moeten kunnen,’ aldus het raadslid.
In de uitgaanskernen Plein, Spui, Buitenhof, Grote Markt , Scheveningen-Bad en Kijkduin/Deltaplein mogen terrassen die aan de gevel grenzen tot half drie open blijven en andere terrassen tot half twee. Voor de zaken die buiten die gebieden zijn gevestigd geldt dat ze om elf uur dicht moeten. De VVD wilde dat als de temperaturen boven de 25 graden komen in heel de stad soepeler regels zouden gaan gelden.
Sluitingstijd niet afhankelijk van de temperatuur
Het college van burgemeester en wethouders voelt daar niets voor, blijkt uit de antwoorden. ‘Terrassen zijn zowel voor de stad als voor de ondernemers van grote waarde. Tegelijkertijd kunnen terrassen ook hinder opleveren voor omwonenden.
Dit brengt met zich mee dat een zorgvuldige afweging moet worden gemaakt tussen enerzijds het belang van bewoners en anderzijds de economische belangen van ondernemers en de verlevendiging van de stad,’ aldus het stadsbestuur. En die afweging zou nog niet zo lang geleden zijn gemaakt, toen een toekomstvisie voor de horeca werd vastgesteld waarin de tijden werden vastgelegd. ‘Het college is van mening dat deze tijden, ongeacht de buitentemperatuur, recht doen aan bovengenoemde belangenafweging.’
