Zoetermeer en Den Haag verboden terrein voor Samir A.

DEN HAAG - Samir A. mag niet in Den Haag en Zoetermeer komen, hij krijgt een gebiedsverbod voor beide steden. De veroordeelde terrorist is vrijdag voorwaardelijk vrijgelaten. Het gebiedsverbod is een van de voorwaarden van het Openbaar Ministerie (OM) voor zijn vrijlating.
Zo mag Samir A. niet opnieuw strafbare feiten plegen. Ook mag hij geen contact opnemen met een aantal personen en mag hij niet met de media praten. Het OM wil bovendien dat A. in Nederland blijft in het belang van de openbare veiligheid.
Enkelband
Om te zorgen dat hij zich aan deze voorwaarden houdt, krijgt A. een enkelband om en wordt zijn paspoort ingenomen. Hierdoor kan Samir A. niet emigreren zoals hij zelf graag wil - zolang hij nog in het voorwaardelijke deel van zijn gevangenisstraf zit. Dat deel duurt nog ruim vier jaar. A. wil met zijn vrouw en kinderen naar de Verenigde Arabische Emiraten om daar een nieuw leven op te bouwen.
Het voormalige lid van de Hofstadgroep werd veroordeeld tot gevangenisstraffen van vier en negen jaar door respectievelijk het hof in Amsterdam (2007) en het hof in Den Haag (2008) voor het voorbereiden van een (terroristische) aanslag. Mogelijke doelwitten waren onder meer het Binnenhof in Den Haag en de geheime dienst AIVD, die inmiddels in Zoetermeer is gevestigd.
Eigen rust
Het OM wil niet zeggen met wie Samir A. geen contact mag hebben. Het mediaverbod is hem opgelegd voor zijn eigen rust en omdat justitie denkt dat het voor maatschappelijke onrust kan zorgen als interviews met hem worden gepubliceerd. De reclassering en de politie houden in de gaten of Samir A. zich aan de voorwaarden houdt.
A.'s advocaat Tamara Buruma toonde zich vrijdag teleurgesteld over het opgelegde emigratieverbod, vooral omdat de rechtbank het OM heeft geadviseerd deze voorwaarde te heroverwegen. Het OM had overigens liever gezien dat A. voorlopig nog niet op vrije voeten was gekomen, omdat hij er nog radicale denkbeelden op na zou houden.
Aanvechten
Volgens Buruma zal A. zich aan de voorwaarden houden. De raadsvrouw weet nog niet of zij deze in een later stadium nog zal aanvechten. Dat zou dan via een kort geding moeten.
Hoe A. zelf over de voorwaarden denkt, wil Buruma niet zeggen. 'Dat zou in strijd zijn met het mediaverbod.'