'Ambt van commissaris niet beschadigd door bijbanen'
Ronald Plasterk: 'Het moet een mooie kandidaat worden'
DEN HAAG - Het ambt van commissaris van de koning is niet beschadigd door alle ophef over de bijbanen van Jan Franssen, de commissaris van Zuid-Holland. Dat zei minister Ronald Plasterk van Binnenlandse Zaken dinsdag tegen Omroep West.
Volgens de minister is het nog steeds een belangrijke functie. Plasterk heeft veel waardering voor de vertrekkende Franssen, die hij een van de actiefste commissarissen van het land noemde.
Hij vind het wel goed dat er in de profielschets voor de opvolger van Franssen een regel staat over terughoudendheid met bijbaantjes. Volgens Plasterk is dat duidelijk genoeg: een verbod op bijbanen hoeft voor hem niet.
De minister zei er niet over gedacht te hebben de functie van commissaris weg te bezuinigen. 'De commissaris heeft een cruciale rol, zeker in zo'n grote provincie als Zuid-Holland. Hij moet ingrijpen als er weer eens geduvel in een gemeente is', zei Plasterk.
Nevenfuncties
Er is veel discussie over de nevenfuncties van Franssen. Het weekblad Elsevier deed in 2005 en in 2009 onderzoek naar de bijverdiensten van commissarissen. Daar eindigde Franssen in de ‘schnabbel top-12’ als eerste, met maar liefst dertig nevenfuncties. Vier jaar later, in 2009, bleek dat Franssen nog steeds bijkluste, zo had hij nog minstens 26 bijbanen.
Bij zijn herbenoeming vorig jaar maart beloofde Franssen zijn nevenfuncties te beperken. Op dit moment heeft hij dertien bijbanen. Onder druk van de Tweede Kamer stelde minister Liesbeth Spies nieuwe regels op voor de nevenfuncties van burgemeesters en commissarissen van de koning.
