'Ingrid Visser had dit einde niet verdiend'

Plek waar de lichamen van Ingrid Visser en Lodewijk Severein werden teruggevonden
Plek waar de lichamen van Ingrid Visser en Lodewijk Severein werden teruggevonden
MURCIA - Serafín de A., eigenaar van de citroenboomgaard waar de lichamen van de volleybalster Ingrid Visser uit Zevenhuizen en haar vriend Lodewijk Severein zijn gevonden, zegt dat zijn leven is geruïneerd door de moord op de twee Nederlanders.
Hij voelt zich verraden door Juan C., de hoofdverdachte in de zaak.
'Ik dacht dat hij mijn vriend was.', zegt De A. in een zaterdag gepubliceerd interview met de Spaanse krant La Verdad. 'Ik begrijp niet waarom hij me dit heeft aangedaan.'
Gruwelijk
De A. is aangeklaagd voor het verhullen van de dubbele moord. Maar in het interview met La Verdad benadrukt hij dat hij niets ermee te maken heeft gehad. 'Ik kende de Nederlanders Ingrid en Lodewijk. Ze waren geweldige mensen. Ze hebben zo'n einde niet verdiend.' Bij de rechtszaak vorig jaar tegen de moordenaars kwamen gruwelijke details naar buiten over de laatste uren van het stel.
De politie hield De A. in juli vorig jaar aan. In november mocht hij de gevangenis verlaten na het betalen van een borgsom van 18.000 euro. De eigenaar van de boomgaard is vrijdag psychologisch onderzocht om te achterhalen of hij wel volledig toerekeningsvatbaar was ten tijde van de moorden.
Vakantiewoning
Juan C. was de manager van het team waarvoor Visser in Murcia heeft gespeeld. Visser en Severein werden half mei vorig jaar op gruwelijke wijze vermoord in een afgelegen vakantiewoning ten noordwesten van Murcia. Ze waren daar waarschijnlijk naartoe gegaan om over een zakelijk geschil te praten. Hun stoffelijke resten werden 26 mei gevonden in de boomgaard van De A, een dag na de arrestatie van C.