Van Aartsen sluit twintig cafés wegens drugs en wapens

Kempstraat Den Haag
Kempstraat Den Haag
DEN HAAG - De Haagse burgemeester Jozias van Aartsen heeft vorig jaar in totaal twintig horecazaken gesloten vanwege drugs, geweld, wapens, illegale exploitatie en het overtreden van sluitingstijden.
Dat blijkt uit een overzicht dat hij aan de gemeenteraad heeft gezonden. De tijd dat de zaken dicht moesten, varieert van een maand tot een jaar. Alle ondernemers die zwaar aantekenden tegen het besluit van de burgemeester, zagen dat sneuvelen. Wel lopen op dit moment nog enkele bezwaarprocedures.
Van Aartsen schrijft een brief aan de raad over handhaving van de regels in de horeca omdat er in ook in Den Haag bij sommige partijen de vraag is gerezen of het beleid niet te streng is, nu de leeftijdsgrenzen zijn verhoogd. Vanaf 1 januari dit jaar mogen zaken alleen nog drank verkopen aan mensen boven de 18 jaar. Ondernemers die toch alcohol schenken aan jongeren, krijgen eerst een waarschuwing en na een tweede overtreding moet een zaak dicht.

Nog nooit zaak dicht wegen alcohol-regels

Volgens de burgemeester gold tot 1 januari van dit jaar ook al de regel dat een zaak die alcohol verkocht aan jongeren onder de zestien eerst een waarschuwing kreeg en bij een tweede keer dicht moest. Maar die waarschuwingen waren altijd voldoende, stelt hij. ‘In Den Haag heb ik nog nooit een horeca-inrichting hoeven te sluiten vanwege alcoholverkoop aan jongeren.’
Van Aartsen denkt dat dit niet gaat veranderen, ook al gaat de leeftijd omhoog. ‘Gelet op de publiciteit die aan de verhoging van de leeftijdsgrens is gegeven, mag ervan uit worden gegaan dat ondernemers zich bewust zijn van het feit dat ze geen alcohol aan minderjarigen mogen verkopen.’

Van Aartsen steunt nieuwe regels

Bovendien blijkt hij zelf wel achter de nieuwe regel te staan. ‘Mede gelet op de toename van alcoholgebruik onder jongeren vind ik het van groot belang dat tegen ondernemers die, zelfs ondanks een eerdere waarschuwing, toch doorgaan met het verkopen van alcohol aan minderjarigen, wordt opgetreden. Ik zie daarom geen reden om mijn handhavingsbeleid aan te passen.’