Haagse oud-wethouder Stolte reageert op aantijgingen

DEN HAAG - De Haagse oud-wethouder Wilbert Stolte herkent zich op hoofdlijnen in het rapport van de Inspectie Signalering Begeleiding (ISB). De ISB onderzocht zijn handelen als rijksvertegenwoordiger op Bonaire en adviseerde minister van Binnenlandse Zaken Ronald Plasterk (PvdA) om Stolte zo snel mogelijk te ontslaan.
Dat is te lezen in NRC Handelsblad. Stolte is sinds 2011 rijksvertegenwoordiger, een soort Commissaris van de Koning, op Bonaire. De afgelopen maanden is hij regelmatig in opspraak geraakt, omdat hij te nauwe banden zou hebben met de UPB, een zusterpartij van zijn eigen CDA.
Al sinds november liggen de resultaten van het ISB-onderzoek naar de integriteit van Stolte bij minister Plasterk, maar pas nadat het rapport lekte bij Het Antilliaans Dagblad, stuurde de minister de stukken naar de eerste en Tweede kamer, schrijft NRC Handelsblad.

'Rapport is kritisch over alle betrokkenen'

In een reactie laat Wilbert Stolte Omroep West weten: 'het rapport is kritisch over alle betrokkenen, ook over mij. Ik herken in het rapport in hoofdlijnen zaken die ik de afgelopen drie jaar heb gerapporteerd'.
November vorig jaar liet Plasterk weten dat hij geen reden heeft om te twijfelen aan de integriteit van de Haagse oud-wethouder Wilbert Stolte. In december 2013 werd bekend dat de Haagse oud-wethouder regels heeft geschonden: hij zou dagvergoedingen dubbel declareren en te weinig toezicht houden op het Water- en Energiebedrijf. De rijksvertegenwoordiger moet juist toezicht houden op de integriteit van bestuurders op het Antiliaanse eiland.

'Rapport heet niets te maken met vervroegd vertrek'

De oud-wethouder stopt in mei 2014, drie jaar voordat zijn termijn afloopt. Volgens Stolte heeft dat niets te maken met het advies dat in het rapport van ISB is gegeven. 'Uw conclusie dat het rapport zou adviseren dat ik eerder zou moeten vertrekken dan 30 april 2014 is niet juist. Het rapport adviseert onder nummer 11 een snelle benoeming, gegeven de binnenkort te ontstane vacature'.
Volgens Stolte past het rapport  in de stapsgewijze aanpak van de evaluatie van de constitutionele veranderingen in het Koninkrijk uit 2010. Toen is afgesproken in 2015 te evalueren.