Tien jaar na lugubere 'wokmoord' Alphen, een strijd tussen spirituele meesters

Op dinsdag 3 oktober 2006 zegt vader Jan Vastenhouw zijn zoon nog gedag, als hij 's ochtends naar zijn werk vertrekt. Het lijkt een dag als alle anderen te worden. Maar Jan weet op dat moment nog niet dat hij Joost nooit meer zal zien. Een lange periode van onzekerheid breekt aan in Alphen aan den Rijn, door sommigen zelfs een 'scenario van een horrorfilm' genoemd.

Joost en Jan Vastenhouw wonen niet met z'n tweeën in het huis aan de Alphense Magerhorst. Sinds eind 2003 woont Long Long G. bij ze in. Long Long komt uit China en heeft een kortstondige relatie met vader Jan. De liefde blijkt niet van lange duur, maar de Chinees mag bij de twee Alphenaren blijven wonen. Met name omdat Jan financieel garant staat voor Long Long.

Terwijl Jan die 3 oktober op zijn werk is, gebeuren er gruwelijke dingen in huize Vastenhouw. Joost zit nietsvermoedend te internetten, op de computer in de huiskamer. Hij heeft niet door dat huisgenoot Long Long hem van achter nadert. Gewapend met een hakbijl. Long Long hakt op het hoofd en de nek van Joost in, die geen schijn van kans heeft. De jonge Alphenaar is al snel dood.

Maar daarmee is het nog niet klaar. Het lichaam van de 22-jarige Joost wordt in stukken gehakt en gezaagd. Delen ervan worden gebakken en gefrituurd en daarna in vuilniszakken gedumpt. Die avond moet Long Long zijn bizarre bezigheden wel staken en de boel schoonmaken, want vader Jan komt thuis. Jan vraagt zich nog wel af waar zijn zoon is, maar gaat uiteindelijk gewoon naar bed. Ondertussen ligt het resterende deel van het stoffelijk overschot bij Long Long in de slaapkamer.

Als Jan Vastenhouw de volgende ochtend opnieuw gaat werken, kan huisgenoot Long Long verder met de resten van Joost: hakken, bakken en frituren. Daarna worden de lichaamsdelen in een vuilcontainer en meerdere sloten achtergelaten. Een paar dagen later besluipt vader Jan toch een onbehaaglijk gevoel. Hij stapt naar de politie en geeft zijn zoon Joost als vermist op. Long Long is al snel in beeld als verdachte en wordt gearresteerd.

Rechercheurs starten meteen een groot onderzoek. Het kleine huisje aan de Magerhorst, in de buurt van winkelcentrum Herenhof, wordt volledig binnenstebuiten gekeerd. Er worden onder meer bloedsporen gevonden, die later van Joost blijken te zijn. En het bewijsmateriaal tegen Long Long stapelt zich alleen maar meer op. Maar een lichaam ontbreekt.

G. houdt zijn kaken maandenlang stijf op elkaar. Tot maart 2007. Als Long Long zeven weken in het Pieter Baan Centrum (PBC) in Utrecht wordt onderzocht, begint hij te praten. Hij legt een bekentenis af en onderzoekers stellen vast dat hij schizofreen en paranoïde is. Ook heeft Long Long psychoses.

De Chinese ex-vriend van Jan verklaart later dat hij vier dagen voor de moord een opdracht krijgt van een spirituele meester in zijn hoofd 'om een schuld te vereffenen uit een vorig leven'. Hij en Joost zouden elkaar al 500 jaar kennen. Volgens Long Long is de moord de enige manier om een oude schuld terug te betalen. Joost zelf vindt hij overigens 'geen verkeerd of slecht mens'.

Om er zeker van te zijn dat de kwade geest van de Alphenaar verdreven is moeten de stoffelijke resten worden gebakken of verbrand, zegt hij. Long Long kiest uiteindelijk voor een wok en een frituurpan, omdat hij geen mogelijkheid ziet om het lichaam te verbranden. Hij dumpt de resten daarna, in een poging het misdrijf te verhullen.

Vlak na zijn bekentenis leidt G. de politie naar een slootje langs het Alphense Dijkslootpad. Hij zegt daar delen van het lichaam van Joost te hebben gedumpt. Forensisch rechercheurs doen er dagen onderzoek en dreggen de sloot. Er wordt uiteindelijk een klein aantal skeletdelen teruggevonden.

De Haagse rechtbank veroordeelt de Chinees met godsdienstwaanzin in juni 2007 niet tot een celstraf, maar legt hem wel tbs met dwangverpleging op. De rechter acht de kans op herhaling groot en noemt Long Long 'chronisch psychotisch'.