Natuurmonumenten luidt noodklok voor weidevogel

‘Het aantal weidevogels zakt dramatisch', zegt Wermer. 'Boeren moeten kiezen tussen een hogere opbrengst of een goed weidevogelbeheer.’ En die keuze komt vaak niet ten goede van de vogels. Natuurmonumenten werkt samen met boeren, die worden financieel worden gecompenseerd. De organisatie wil dat dat landelijk geregeld wordt.

Om snel te kunnen maaien zijn op het boerenland de waterstanden vaak laag en wordt er veel mest gebruikt. Voor de weidevogels is dat juist niet goed. Daarvoor moet het water juist hoog staan. 'Dat doen we bijvoorbeeld voor de grutto. Die heeft een lange snavel, waarmee hij beestjes uit de grond haalt. Dat kan niet als de grond keihard is', zegt Jurriaan van Leeuwen. Hij is boswachter van de Nieuwkoopse Plassen en Midden-Delfland. Ook mag er niet gemaaid worden in het broedseizoen. 'Dat is net begonnen en duurt tot 15 juni', zegt Van Leeuwen.

Boer Tim van Bregt van Hoeve Biesland in Delfgauw probeert zo goed mogelijk rekening te houden met de weidevogels, maar hij snapt ook dat veel boeren het niet doen. 'Het kost heel veel. Je kan er vaak wel subsidie voor krijgen, maar vaak voor een periode van vijf of zes jaar. Dat is te kort om grote aanpassingen te doen.' Van Bregt heeft zelf een contact van dertig jaar. 'Het begint half april met het afzetten van stukken. Daar kunnen de vogels rustig broeden. Dat stuk land wordt daarna steeds groter.'

De kunst is ook om het gras op verschillende lengtes te krijgen. 'De vogels uitbroeien kan het beste in lang gras, maar als de eieren eenmaal zijn uitgekomen, hebben de kuikens korter gras nodig. Anders kunnen ze geen vliegjes vangen.'