Moord op vrouw (42) aan Haagse Leyweg is ingewikkelde zaak

Archief
Archief
DEN HAAG - Het Openbaar Ministerie noemt de moord op de 42-jarige Olena Lyubysheva op 24 januari een 'ingewikkelde zaak'. De vrouw werd in haar flat aan de Haagse Leyweg in elkaar geslagen. Ze overleed een dag later aan haar verwondingen. Dinsdag was de eerste pro forma zitting in de rechtbank.
Er zit een verdachte vast voor de moord: de 54-jarige Wendell G. Hij was de vriend van Olena. Vlak na de moord
uit Den Haag en Zoetermeer. De drie komen in de nacht van 24 januari naar het appartement van Olena. De vrouwen maken ruzie en G. zegt dat hij ze uit elkaar moet halen 'als een herdershond die een muitende kudde in bedwang moest houden.' G. geeft toe dat hij heeft geslagen en gebeten.
'De vier hadden heel veel gedronken', zegt de officier van justitie, 'dat maakt het lastig een tijdlijn te bepalen'. De vier blijven de hele nacht in het huis van Olena. In de vroege ochtend van 24 januari wordt de vrouw nog een keer buiten op straat gezien door getuigen. Vlak daarna is ze mogelijk zo hard geslagen, dat ze buiten bewustzijn raakt. G. zegt dat hij de hele dag op de bank heeft liggen slapen. Als hij wakker wordt, ligt Olena bewusteloos is bed.

Geschopt

G. belt een ambulance en Olena wordt naar het ziekenhuis gebracht. Ze is zo zwaargewond dat ze de dag erna in het ziekenhuis overlijdt. De grote vraag is wie de klappen heeft uitgedeeld. Volgens de vrouwen heeft G. Olena in haar gezicht geschopt. De buren zouden ook zoiets hebben gehoord.
Volgens G. hebben de twee vrouwen Olena meegenomen naar de slaapkamer toen hij op de bank lag. Ze zou daar lang in het gezicht geslagen zijn. 'Hoe kan ik iemand hebben geslagen, ik lag te slapen', roept hij emotioneel naar de rechter. 'Ze was mijn vriendin, nu is ze dood.' Zijn advocaat voegt daar aan toe dat de vrouwen constant strijd hadden. 'De dames lijken een motief te hebben. Toch zijn ze vrijgelaten, onbegrijpelijk...'

Veel onduidelijk

De advocaat van G. vroeg in de rechtbank om voorlopige vrijlating. De rechter bepaalde dat G. zeker tot de volgende zitting vast blijft zitten: 'Er is nog zoveel onduidelijk. Er waren vier mensen in dat huis en we weten nog niet wie wat gedaan heeft.'