Haagse tuinvereniging ‘Eigen Arbeid’ ontvangt Koninklijke Erepenning

DEN HAAG - Het eeuwfeest dat dinsdag werd gehouden bij de Haagse tuinvereniging Eigen Arbeid, kreeg een verrassende wending. Op de dag van hun 100-jarig bestaan ontving de vereniging een Koninklijke Erepenning. Burgemeester Krikke was aanwezig om de onderscheiding over te dragen. 'Een totale verrassing voor meer dan 150 mensen,' vertelt voorzitter Harry Staas trots.
Een Koninklijke Erepenning symboliseert de waardering en het respect van de Koning voor bijzondere diensten van een vereniging, stichting of instelling. Het tuinencomplex, dat aan het beschermde natuurgebied de Duivenvoordse en Veenzijdse Polder ligt, heeft naast 158 volkstuinen verschillende plekken opengesteld als openbaar wandelpark. Zo kunnen bijvoorbeeld het Rode Kruis, vrijwilligersorganisatie de Zonnebloem en bewoners van het nabijgelegen zorgcentrum Landscheiding het gebied gebruiken voor uitstapjes.
De leden van Eigen Arbeid worden al langere tijd door andere verenigingen in het land uitgenodigd om uit te leggen hoe ze werken en hoe ze openbaar wandelgebied combineren met het goede behoud van de natuur. Staas beaamt: 'We merken dat we een voorbeeld kunnen zijn voor andere tuinbedrijven en natuurorganisaties in ons land.'  

Groot maar hecht team

Eigen Arbeid is de eerste tuindersvereniging met zo'n Koninklijke onderscheiding. 'Ik ben blij dat we deze waardering krijgen. We werken hier nu met 160 mensen, maar het voelt als een hecht team. We heten niet voor niets Eigen Arbeid. We werken hard, we werken samen en met elkaar klaren wij de klus.'
De club, die in eerste instantie 'De Tuinbouw' heette, werd op 4 juli 1917 opgericht door een paar Haagse politieagenten. Met de grote voedselschaarste die toen heerste als gevolg van de Eerste Wereldoorlog, was het aanvankelijke doel om voor eigen gebruik aardappelen, groente en fruit te verbouwen. Dat gebeurde de eerste jaren op een strook grond langs de spoorlijn bij de Fruitweg in Den Haag.