Den Haag wil opnieuw rem op topinkomens zorg en onderwijs

Foto Maarten Brakema
Foto Maarten Brakema
DEN HAAG - Zeer tegen de zin van wethouder Tom de Bruijn (D66, financiën) wil de Haagse gemeenteraad toch een rem gaan zetten op de salarissen van semi-publieke instellingen waarmee de gemeente zaken doet. Vanaf 1 februari gaat de gemeente bij aanbestedingen contractueel vastleggen dat bij bijvoorbeeld scholen, woningbouwcorporaties en zorginstellingen niemand meer mag verdienen dan een minister.
Volgens wethouder De Bruijn mag Den Haag dit niet doen. Hij vreest daarom dat Den Haag daarom gaat worden teruggefloten door de rechter. En dat zal dan de tweede keer zijn. 'Daar heb ik geen behoefte aan', aldus De Bruijn. Maar die hartenkreet werd door een meerderheid van de gemeenteraad onder aanvoering van de PvdA genegeerd.
Anderhalf jaar geleden moest Den Haag na een uitspraak van de Raad van State een subsidiekorting voor een groot aantal instellingen terugdraaien. Die korting was opgelegd omdat bij er bij die instellingen medewerkers waren die meer dan 178.000 euro – het salaris van een minister – verdienden. De Raad van State vond echter dat het toekennen van subsidies niet mag worden gebruikt voor 'inkomenspolitiek'.  De Bruijn herinnerde de raad aan die uitspraak. 'Wij zijn toen hardhandig terug gefloten.'

Nieuwe ruimte

De gemeenteraad ziet echter nieuwe ruimte omdat minister Hugo de Jonge van VWS in een debat met de Tweede Kamer zou hebben gezegd dat gemeenten wel via contractuele bepalingen grenzen kunnen stellen aan topinkomens. Hij zou ook bereid zijn om gemeenten hierbij te ondersteunen.
De wethouder heeft de teksten van de bewindsman grondig gelezen en kwam tot een andere conclusie. 'Onze stellige overtuiging is dat het bij aanbestedingen ook onwettig is,' verklaarde hij. Wel beloofde De Bruijn dat hij bereid is om op korte termijn met de minister te gaan praten over wat wel mogelijk is.

Publiek geld moet naar zorg

Maar dat vond de gemeenteraad niet voldoende. SP, GroenLinks, Haagse Stadspartij, Groep Okcuoglu, PVV, Groep de Mos en Partij voor de Dieren steunden de PvdA. 'Want publiek geld moet naar zorg, wonen en onderwijs en niet naar topsalarissen', aldus die partijen.