Oorlogsmonument voor Joodse slachtoffers onthuld bij Parnassia

DEN HAAG - Bij de Parnassia Groep in Den Haag is woensdagmiddag een gedenkteken onthuld voor de deportaties van 251 Joodse patiënten en onderduikers uit de toenmalige psychiatrische instelling Rosenburg. De patiënten en onderduikers zaten tijdens de Tweede Wereldoorlog ondergedoken in de Ramaer-kliniek van Rosenburg, een voorganger van Parnassia. Tot voor kort waren deze deportaties onbekend bij Parnassia. Ze kwamen aan het licht tijdens historisch onderzoek. Het monument is bedoeld om stil te staan bij onze hedendaagse vrijheid en de verschrikkingen van destijds.
Tijdens de oorlog duiken in de toenmalige psychiatrische instelling Rosenburg tientallen joden onder. Ze doen zich voor als patiënten en denken zo veilig te zijn, maar op 31 december 1942 worden ze door de nazi's gepakt. Ze worden via Westerbork naar de kampen gebracht en komen om. Dit verhaal wordt pas recent ontdekt na onderzoek in de Haagse archieven.

Bij verder historisch onderzoek is uitgezocht wie er zijn weggevoerd. Van de 251 slachtoffers zijn er 227 in vernietigingskampen vermoord. Van de laatste groep is een gedetailleerde namenlijst beschikbaar. Inmiddels zijn zoveel mogelijk nabestaanden getraceerd en hierover geïnformeerd. Een van de nabestaanden is de aan de Parnassia Groep verbonden rabbijn. Aanvankelijk wist hij alleen dat een aantal familieleden, onder wie zijn grootvader, was vermoord in vernietigingskampen. Nu
.

Menora

Het monument bestaat uit een betonnen bank in de vom van een krul met de tekst 'Vergeet nooit' en een uitsparing voor een menora, een joodse kandelaar. De kandelaar is er niet echt, maar wordt getoond op een videoscherm dat boven de bank hangt.