'Geef dat DNA gewoon', zegt veroordeelde Remond P. in zaak om onschuld te bewijzen

Politie bij het huis van Victor 't Hooft.
Politie bij het huis van Victor 't Hooft. © ANP
DEN HAAG - 'Als ze zeker weten dat ik het gedaan heb, waarom doet het Openbaar Ministerie dan zo moeilijk? Geef dat DNA gewoon.' Dat zei Remond P. maandag tijdens het hoger beroep van de zaak waarin hij probeert aan te tonen dat hij niet de moordenaar is van Victor 't Hooft. P. is veroordeeld voor die moord op de Haagse zakenman in 2007, maar hij zegt onschuldig te zijn.
Om dat aan te tonen heeft hij het DNA-materiaal nodig dat ruim 10 jaar geleden is veiliggesteld door het Openbaar Ministerie (OM). De rechter gaf P. gelijk, maar het OM ging in hoger beroep en dat diende maandag. Remond P. snapt niet waarom het OM zo moeilijk doet over het afstaan van DNA.
De 47-jarige vastgoedhandelaar Victor 't Hooft werd voor de ogen van zijn vrouw doodgeschoten in de tuin van zijn huis op de Bezuidenhoutseweg in Den Haag. Na de moord kwam Remond P. in beeld als verdachte. Uiteindelijk werd hij in hoger beroep veroordeeld tot 15 jaar cel.

'Onschuld bewijzen'

Om zijn onschuld te bewijzen, nam P. een advocaat in de arm om zijn zaak heropend te krijgen. Volgens hem is zijn DNA op de plek van de moord terechtgekomen via de jas van de vrouw van 't Hooft die op dezelfde plek als hij had getankt.
Ik ben niet de moordenaar van Victor 't Hooft
Remond P.

'Ik kom volgend jaar vrij, maar ik wil gewoon mijn onschuld bewijzen. Ik ben niet de moordenaar van Victor 't Hooft', zei Remond P. tijdens de zitting.
'Tien procent van de veroordeelden zit onterecht vast', zo reageerde de rechter, 'vroeger, toen er nog geen DNA was, nog meer. Maar weet u wie de dader dan wel is?'. Ook zei ze: 'Ik vind het naar als u onschuldig vastzit. Ik vind het trouwens sowieso naar als mensen vastzitten.'

De rechter gaat nadenken over hoe welwillend het OM zou moeten zijn en doet op 12 juni uitspraak in de zaak.