Wat te doen bij een vermissing? Vijf vragen aan een deskundige

Zoekactie met politie en het Rode Kruis in Delftsehout | Archief
Zoekactie met politie en het Rode Kruis in Delftsehout | Archief © Rode Kruis
DEN HAAG - Jaarlijks krijgt de politie zo'n 40.000 meldingen van vermissingen. Maar hoe gaat de politie dan te werk? Wanneer stuur je een Amber Alert bij een vermist kind? En wanneer en hoe vraag je de hulp van burgers? We stelden vijf vragen aan Irma Schijf uit Voorburg. Zij werkte jaren bij het Landelijk Bureau Vermiste Personen. Ook vlogt ze over haar werk bij de politie.

Wanneer is iemand vermist?

De politie kijkt naar drie dingen als het gaat om vermissingen. Ten eerste moet iemand afwijkend gedrag vertonen, bijvoorbeeld dat iemand niet is waar die had moeten zijn. Daarnaast kijken we ook naar het belang van de vermiste. Sommige mensen hebben te maken met huiselijk geweld of worden bedreigd. Iemand kan dan ondergedoken zijn, dan moet je niet gaan zoeken.
We zien ook wel eens dat kinderen - van gescheiden ouders - als vermist worden opgegeven. Eigenlijk is het kind dan bij een andere ouder en had het al terug moeten zijn. Dat is geen vermissing, want je weet waar het kind is.
Het komt ook voor dat iemand vermist wordt opgegeven maar dat diegene zich van geen kwaad bewust is. Dat noemen we ook wel de vergissingvermissing. Als we die dan een berichtje op social media sturen krijg je soms terug: 'Ik ben niet vermist'.

Wanneer zet je Amber Alert of andere middelen in?

Amber Alert gebruiken we voor hele ernstige gevallen. Alleen als we denken dat een kind ernstig letsel oploopt of kan overlijden. We doen het ook als we zelf geen idee hebben waar het kind is.
Agenten mogen niet zomaar alle zoekmiddelen gebruiken. We mogen niet de privacy schenden, door een telefoon via satelliet te zoeken. Dat is heel frustrerend, maar zolang je niet kunt aantonen dat iemand in levensgevaar is, mag het gewoon niet.

Wat moet je doen als je je kind kwijt bent?

Ouders denken vaak meteen aan de ergste dingen, zoals ontvoeringen. Maar dat komt eigenlijk zelden voor. Het helpt als je weet waardoor kinderen vermist raken. Zo worden jonge kinderen snel moe en vallen dan ter plekke in slaap. Kleintjes worden op de gekste plekken teruggevonden: achter een kliko, in een wasmand of onder de tafel. Dat zijn plekken waar je het niet verwacht.
Kinderen die wat ouder zijn gaan meer experimenteren. Ze worden wegwijzer, nemen olifantenpaadjes en ineens raken ze verdwaald. Dus dan is het logisch om in de buurt te gaan zoeken.
Bij tieners is er vaak meer aan de hand. Ze pakken niet zomaar hun spullen om weg te lopen van huis. Als een tiener liever in het donker op een bankje in het park slaapt dan in z'n eigen bed, dan is er vaak echt wel wat meer aan de hand. Dan is terugbrengen niet altijd het beste. Dus daarna moet je wel in gesprek met het gezin.

Moet je wel of geen bericht posten op social media?

De politie deelt niet zomaar alle vermissingen op social media. Het advies is: als de politie het niet deelt, zijn er goede redenen voor.
Mensen die een dierbare missen zijn vanzelfsprekend heel gefrustreerd. Maar eigen posts kunnen schade brengen. Bij de meeste mensen die vermist raken is er een oorzaak, iemand heeft bijvoorbeeld problemen. Wanneer een familielid of vriend dat in een heel open bericht op Facebook zet, kan het nog lastiger worden om terug te komen naar huis. Je hoeft niet het hele medische dossier van de vermiste erbij te zetten.
Daarbij staat er ook allemaal informatie online. Daardoor kunnen mensen die vermist zijn geweest en weer terug zijn gekomen, soms lastig aan een baan komen.
Er zijn ook initiatieven zoals ZoekJeMee, dat is een stichting die mensen op een goede manier helpt met communiceren over de vermissing.
Als je in je gezin iemand hebt die verward of dement wordt, betrek dan je buurt of wijk erbij. Dan valt het eerder op als iemand verward rondloopt. Zo voorkom je een vermissing.

Heeft het zin om met mensen te zoeken naar een vermiste?

De politie zoekt alleen als er een echt zoekgebied is. Als we niks weten over de vermissing, maken we een inschatting van de urgentie en bepalen waar we gaan zoeken. Heel vaak hebben we die informatie niet. Er zijn geen feiten, wel veel aannames en alles komt uit tweede hand. Op het moment dat de politie niet de juiste gegevens voor een zoekgebied heeft, doen we het niet.
Burgers willen dan wel graag helpen, al is het maar om het uit te sluiten. Zulke zoekacties zijn op zich een fijne ontwikkeling. Maar besef wel dat je meehelpt met een onderzoek. Je kan een lichaam van iemand vinden. Sommige mensen zoeken met kinderen. Het is allemaal goed bedoeld, maar het is goed om erbij stil te staan waar je aan meedoet.