ANALYSE: De uitdagingen en valkuilen voor De Mos

Ondertekening coalitieakkoord in Den Haag
Ondertekening coalitieakkoord in Den Haag © Omroep West
DEN HAAG - Hij blufte dat hij de grootste partij van Den Haag zou worden. Zijn uitspraak bleek geen grootspraak. Richard de Mos won met zijn partij Groep de Mos-Hart voor Den Haag de gemeenteraadsverkiezingen en is nu wethouder en locoburgemeester. Komende donderdag komt de nieuwe Haagse gemeenteraad voor het eerst bijeen voor een ‘gewone’ raadsvergadering.
Wat zijn deze vier jaar de uitdagingen voor het nieuwe college van Groep de Mos, VVD, D66 en GroenLinks en vooral voor Richard de Mos?
Belofte maakt schuld: ombudsman-politiek in de praktijk
Voorman Richard de Mos van Groep de Mos-Hart voor Den Haag gaat al jaren prat op zijn ombudsman-politiek. De partij is sinds de gemeenteraadsverkiezingen afgelopen maart met acht zetels de grootste partij in Den Haag. Dat is Groep de Mos onder meer geworden doordat de partij benaderbaar is. Problemen worden bij wijze van spreken opgelost waar u bijstaat.
Dat is precies wat de lokale partij wil zijn en wil uitstralen. In het verkiezingsprogramma staat :‘Actief en hulpvaardig pakken wij de signalen vanuit de burgerij op. Geen vraagstuk is hierbij voor ons te klein.’
Nu de partij aan de bestuurlijke knoppen draait moet blijken of Groep de Mos dit kan waarmaken. Enerzijds zal het makkelijker worden want de partij heeft twee wethouders die elke dag op het stadhuis zijn en een grote ambtelijke afdeling leiden. Ambtenaren kunnen zaken uitzoeken en ‘regelen’.
Anderzijds zal blijken dat oplossingen simpel lijken, maar in de praktijk soms moeilijk uitvoerbaar zijn. Dat komt bijvoorbeeld doordat regels het niet toelaten, afspraken uit het verleden een blokkade vormen, coalitiegenoten het oneens zijn met bepaalde oplossingen of grote dossiers zoveel tijd opslokken waardoor kleine vraagstukken van de burgerij blijven liggen. Bovendien moet je als wethouder nog meer uitgaan van het algemeen belang. Wat voor de één een oplossing is, vormt voor de ander een probleem.  
De grootste zijn schept verwachtingen
‘Wij worden de grootste’. Dat riep Richard de Mos al meer dan een jaar voor de gemeenteraadsverkiezingen. Het leek bluf, maar het werd werkelijkheid. Op de verkiezingsavond kon hij zijn geluk dan ook niet op.
De Mos nam het voortouw in de collegeonderhandelingen en dat deed hij met verve, daarover zijn vriend en vijand het wel eens. Zo liet hij al snel weten dat hij elke partij twee wethouders gunde. ‘An offer you can’t refuse’, waarmee hij het terughoudende, aanstaande coalitiegenoten moeilijk maakte om te blijven mopperen.
En hij kwam met twee zwaargewichten die de onderhandelingen gingen leiden. De Mos stelde VVD-prominent Hans Wiegel aan als verkenner en later oud-VVD-minister Edith Schippers als formateur. Hij heeft hier weliswaar het adresboekje van de VVD voor nodig gehad, maar het bleek een schot in de roos. De twee VVD’ers kregen na de geslaagde formatie veel lof toegezwaaid. Prima resultaten dus voor een onervaren, lokale partij in een grote stad.
Nu moet hij dit succes vast zien te houden en die verantwoordelijkheid drukt zwaar op zijn schouders, erkende De Mos al eerder. 'Van kritisch raadslid van een oppositiepartij, ben je ineens wethouder en eerste locoburgemeester van een grote stad. Dat drukt zwaar want je wil het graag goed doen', zei hij.
Begrijpelijk want alle ogen zijn op hem gericht. Kan hij zijn beloftes aan zijn achterban waarmaken en tegelijkertijd op een verantwoorde manier een stad besturen? Zijn coalitiegenoten zullen hem in de gaten houden en misschien zelfs wat hoger op het schild hijsen, want ook zij weten dat hoe hoger je zit, hoe harder je kan vallen.  
Houdt de kikkers in de mand
Tot zover het college. In de gemeenteraad ligt ook een uitdaging. De fractie van Groep de Mos-Hart voor Den Haag bestaat uit acht raadsleden van wie er welgeteld één ervaring heeft als raadslid, fractievoorzitter Arjen Dubbelaar. Het is dus een onervaren team dat het vak nog moet gaan ontdekken.
Dat kan positief werken omdat de Groep de Mos-politici de raadszaal met een frisse blik betreden en met nieuwe energie het politieke werk ter hand nemen. Maar tegelijkertijd kan het werk tegenvallen omdat het moeilijker, saaier of trager is dan gedacht. Dat kan leiden tot teleurstellingen en ontevreden raadsleden.    
Bovendien is Groep de Mos een relatief nieuwe partij. De meeste nieuwe raadsleden zijn pas sinds een paar maanden betrokken bij Groep de Mos. Ze zijn rond de samenstelling van de kandidatenlijst voor de gemeenteraadsverkiezingen in beeld gekomen. Ze hebben dus niet al jarenlang op de achtergrond meegelopen als partijlid, zoals veel raadsleden bij andere politieke partijen.
Dat kan een risico zijn, zo is in het verleden gebleken. Want nieuwe partijen die plotseling flink groeien en veel nieuwelingen in de politieke arena brengen, kampen nogal eens met interne ruzies en andere problemen. Geert Wilders had daar binnen de PVV de afgelopen jaren last van en de LPF van de vermoorde politicus Pim Fortuyn spande wat dat betreft de kroon.  Deze ‘LPF-achtige toestanden’ hoopt elke partij te voorkomen.
Vlak de oppositie niet uit
Het college heeft 26 zetels en daarmee een stabiele meerderheid. Het zal dus lastig worden voor de oppositie om een deuk in een pakje boter te slaan. Zeker als je bedenkt dat de oppositie versnipperd is en er geen grote oppositiepartij is. De grootste is het CDA met drie zetels. Daarna volgen de PvdA en de Haagse Stadspartij (HSP) die er allebei ook drie hebben.
Maar deze drie partijen zijn niet de eerste de beste. Het CDA en de PvdA hebben jaren achter elkaar in het college gezeten en de HSP was de afgelopen vier jaar ook van de partij in het stadsbestuur. Daardoor hebben zij een schat aan inhoudelijke kennis van allerlei (politiek gevoelige) dossiers. Daar kunnen zij de coalitie tijdens debatten mee om de oren slaan.
Bovendien heeft de HSP, Joris Wijsmuller als fractievoorzitter. Die heeft de afgelopen vier jaar als wethouder in het college gezeten maar was daarvoor meer dan vijftien jaar gevierd oppositieman. Hij kent het klappen van de zweep en weet als geen ander hoe je oppositie moet voeren.
Maar het wordt (hopelijk) wel lachen  
Daar staat weer tegenover dat Richard de Mos als geen ander weet hoe hij de lachers op zijn hand krijgt. En dat is goed voor de sfeer aan de collegetafel en in de raadszaal. Een goede grap op het juiste moment kan spannende momenten relativeren en dat is – ook in de politiek – belangrijk.  
Deze coalitie is volgens het CDA als olie en water. ‘Je kunt schudden wat je wilt, maar het mengt niet’. Toch zijn de vier partijen tot elkaar gekomen. Ze zullen het onderlinge vertrouwen dat tijdens de formatie is ontstaan moeten vasthouden, om de vier jaar door te komen.