AtletiekUnie: nieuwe regels moeten misbruikdrama's voorkomen

DEN HAAG - Het moet veel minder makkelijk worden om een Verklaring Omtrent Gedrag te krijgen. Dat zegt de AtletiekUnie in reactie op een groot misbruikschandaal in de atletiekwereld. Het gaat om de voormalige trainer Jerry M. die ook actief was bij de Haagse club HAAG Atletiek. De 58-jarige Rotterdammer heeft bij het Instituut Sportrechtspraak, dat als tuchtcommissie optreedt in de atletiekwereld, vorig jaar een volledige bekentenis afgelegd. Daarna heeft de AtletiekUnie hem voor zijn leven geroyeerd.
Het misbruik zou in de loop van de jaren vermoedelijk hebben plaatsgevonden bij meerdere verenigingen. Om te voorkomen dat een trainer na ophef bij een andere club kan doorgaan, zou de wet moeten veranderd worden. De AtletiekUnie stelt dat het verkrijgen van een Verklaring Omtrent Gedrag gekoppeld moet worden aan tuchtrecht en niet alleen aan het strafrecht. Iemand die nu door een tuchtrechter is veroordeeld, kan nog steeds een VOG krijgen. Ook HAAG Atletiek vindt het belangrijk dat clubs nieuwe trainers kunnen checken voor ze hem aanstellen.
Het onderzoek van de tuchtcommissie gaat terug tot 1983 en richt zich op misbruik van meisjes vanaf 11 jaar oud. Uit documenten van het instituut blijkt dat de man tussen 1983 en 1987 onbeschermde geslachtsgemeenschap had met minderjarige meisjes.

'Hij ontkende alles'

Volgens HAAG Atletiek kwam de zaak bij hen pas in 2017 in beeld. In een verklaring van de vereniging zegt het bestuur dat er toen een gesprek gevoerd is met de trainer waarin hij alles ontkende. 'Er was voor het bestuur voldoende aanleiding om hem per 10 december 2017 op non actief te stellen.'
Vraag blijft hoe het mogelijk is dat iemand 35 jaar misbruik kan plegen zonder dat politie en Justitie ingrijpen. Die zeggen nu te onderzoeken wat er al bekend is over de man. Volgens hoogleraar Sport en Recht, Marjan Olfers, doen veel slachtoffers geen aangifte van misbruik. 'Het is vaak heel heftig omdat zaken soms jaren duren en slachtoffer er dan steeds opnieuw mee worden geconfronteerd en hun verhaal moeten doen. Dat moet je wel aankunnen.'