'Economische motor van Zuid-Holland hapert'

De skyline van Den Haag
De skyline van Den Haag © Quinten Izeboud
REGIO - De economie van Zuid-Holland blijft achter op die van de meeste andere provincies. Dat stelt de Economic Board Zuid-Holland (EBZ). Dit orgaan, dat bestaat uit topbestuurders van regionale bedrijven, kennisinstellingen en overheid, vindt dat er in onze regio meer moet worden samengewerkt om de economie aan te jagen.
In een open brief aan de fractievoorzitters van Provinciale Staten van Zuid-Holland somt de EBZ een aantal problemen op. Eén op de vijf bedrijven in de provincie kan geen goede mensen krijgen. De arbeidsmarkt is versnipperd, waardoor mensen moeilijk kunnen switchen tussen regio's en sectoren. En Zuid-Holland heeft van alle provincies het op één na grootste onbenutte arbeidspotentieel: zowel werkloze mensen als werkenden die meer uren willen werken.
Door de problemen is de economie in Zuid-Holland tien procent minder gegroeid dan in Brabant en vijftien procent minder dan in Noord-Holland, blijkt uit een onderzoek van ING. Als de regio tien procent meer was gegroeid, was het bruto regionaal product in 2018 vijftien miljard hoger geweest.

'Grote knelpunten op de arbeidsmarkt'

Zuid-Holland is de belangrijkste motor van de Nederlandse economie, schrijft EBZ-voorzitter en voormalig minister Jan Kees de Jager. 'Maar deze motor hapert, met alle gevolgen van dien voor welvaart en welzijn van veel Zuid-Hollanders en Nederland als geheel. De afgelopen tien jaar bleef de economische groei achter bij andere topregio's. Ook heeft de regio te maken met grote knelpunten op de arbeidsmarkt.'
De oorzaak van de achterblijvende Zuid-Hollandse economie is volgens de EBZ het gebrek aan samenwerking tussen sectoren, kennisinstituten en bedrijfsleven. De partijen zouden meer samen op moeten trekken als het gaat om wonen, energie, bereikbaarheid en economie. In de brief roept de EBZ de provincie op om haar rol te pakken om de regionale economie omhoog te stuwen.