Opgestapte Miss India Holland-kandidaten niet schuldig aan verspreiden leugens

Foto ter illustratie
Foto ter illustratie © ANP
DEN HAAG - De vijf Miss India Holland-finalisten die kort voor de missverkiezing opstapten, hebben zich niet schuldig gemaakt aan het verspreiden van leugens. De rechter bepaalde woensdag dat een rectificatie niet nodig is. De vijf vrouwen kwamen op 20 april niet opdagen bij de finale in Den Haag en beschuldigen de organisator van seksuele intimidatie en gesjoemel. De man spande een kort geding aan en eiste een rectificatie.
De rechtbank is van oordeel dat de vijf ex-finalisten hun besluit om niet meer mee te doen 'voldoende zakelijk hebben gemotiveerd richting de pers'. Een week voor de verkiezing zien twaalf missen tijdens een training hoe de organisator door onbekenden wordt mishandeld. Een paar dagen voor de grote finale horen ze van andere deelneemsters dat er sprake zou zijn van seksueel misbruik, intimidatie en een oneerlijk verloop van de verkiezingen.
De vijf vrouwen vertrouwen de organisator niet meer en voelen zich onveilig. De verkiezing gaat op 20 april door met de zeven overige kandidaten. Volgens de organisator gaat het om verdraaiingen, geruchten en verzinsels en hebben de vrouwen onder één hoedje gespeeld om hem in diskrediet te brengen.

Vrijheid van meningsuiting

Santa Gopal, de advocate van vier missen, is blij met de uitkomst. 'Het is een belangrijke zaak. De rechter zegt eigenlijk dat je je negatief, maar zakelijk in de media over iemand mag uitlaten. Anders zou het in strijd zijn met de vrijheid van meningsuiting.'
De rechter hoefde in deze zaak niet te oordelen over de juistheid van de beschuldigingen. 'Of er een strafzaak komt, ligt aan de aangiftes die zijn gedaan en nog komen,' zegt advocate Gopal. 'Het winnen van deze zaak kan reden zijn voor slachtoffers om alsnog aangifte te doen. Ze zullen zich gesterkt voelen om met hun verhaal naar buiten te treden.'

Hoger beroep

De organisator laat via zijn advocaat Azzaad Ramsaroep weten dat hij in hoger beroep gaat tegen de uitspraak. 'En we starten sowieso een bodemprocedure. De dames hebben contractbreuk gepleegd, ze hebben zich niet gehouden aan de afspraken.' Een bodemprocedure kan zes maanden tot een jaar duren.