Zesvoudig moordenaar Delft niet gerust op gratieverlening

Cevdet Yilmaz (met zonnebril)
Cevdet Yilmaz (met zonnebril)
DELFT - De man die in 1983 in het Delftse café ’t Koetsiertje zes mensen doodschoot, is er niet gerust op dat hij gratie krijgt. Cevdet Yilmaz spande opnieuw een kort geding aan en dat diende woensdag. Yilmaz zit een levenslange gevangenisstraf uit voor de schietpartij in Delft. Hij vroeg meerdere keren om gratie en de rechter oordeelde in april dat er geen goede argumenten zijn om hem niet vrij te laten.
'Gratieverlening is nog steeds taboe voor de Staat', zei Romke Wybenga, advocaat van Cevdet Yilmaz. 'Er is nog steeds massief verzet tegen.' Yilmaz zelf was niet bij het elfde kort geding dat hij tegen de Nederlandse Staat aanspande.
In 2001 werd de zesvoudig moordenaar overgeplaatst naar een tbs-kliniek. Met rechtszaken wist hij daarna af te dwingen dat hij op begeleid en onbegeleid verlof mocht. Sinds enige tijd mag hij ook onder toezicht buiten de kliniek wonen, bij zijn gezin. Ook heeft hij een baan.

Geen goede argumenten

De schutter wil dat zijn levenslange celstraf helemaal wordt kwijtgescholden en vroeg al meerdere keren om gratie. Begin dit jaar werd dat verzoek nog door de minister Dekker verworpen, maar de rechter besloot in april dat hij geen goede argumenten heeft om Yilmaz gratie te weigeren. De minister moet voor 6 september met een nieuw besluit komen.
Minister Dekker van Rechtsbescherming adviseert de koning over gratieverzoeken. De minister wint weer advies in bij het gerechtshof en bij het Openbaar Ministerie (OM). Advocaat Wybenga trok tijdens het kort geding in twijfel of deze instanties wel de benodigde informatie krijgen om tot een onafhankelijk oordeel te komen. Verder eist de advocaat dat Yilmaz zelf en de kliniek die hem behandelde ook geraadpleegd worden.

Taboe

De landsadvocaat reageerde dat het OM en het gerechtshof alle benodigde informatie krijgen om tot een onafhankelijk advies te komen over het gratieverzoek. Volgens de landsadvocaat is het niet zo dat gratieverlening aan Yilmaz een taboe is voor de Staat. 'Als er gronden zijn voor gratie, dan volgt er gratie', zei ze.
De rechter doet op 24 juni uitspraak.