Eis: celstraf voor kopschopper en oudere broer

Een zittingszaal in een rechtbank
Een zittingszaal in een rechtbank © Pieter Kuipers/Omroep West
DEN HAAG - Een ruzie over geld ontaardt op donderdag 10 januari van dit jaar in een bloederige schoppartij. Het hoofd van een 31-jarige man wordt in Den Haag volgens een getuige 'tot moes getrapt'. Tegen de verdachten - twee broers van 30 en 33 jaar - eist het Openbaar Ministerie (OM) celstraffen van respectievelijk 2,5 en ruim 1,5 jaar.
De jongste verdachte trekt eerst een vuurwapen, zet dat op de borst van het slachtoffer en haalt de trekker over. Er zitten weliswaar geen kogels in, maar dat weet het slachtoffer niet. 'Hij dacht echt dat de verdachte hem wilde doodschieten', aldus de officier van justitie donderdag tijdens de zitting. 'Ook zijn omstanders getuige geweest. Die schrokken zo, dat ze wegdoken achter een auto.'
Vervolgens gaat de oudste broer op het slachtoffer zitten en drukt die volgens getuigen zijn schouders tegen de grond. Terwijl de jongste broer hem trapt, kan het slachtoffer zich dus niet verweren. 'Hij bleef maar doorgaan met schoppen tegen het hoofd', vertelde een getuige later.

'Ik heb hem overal getrapt'

Het OM wijst de rechtbank op de ongecontroleerde manier waarop de 30-jarige verdachte 'los' gaat op het slachtoffer. Zelf verklaart hij daarover bij de politie: 'Ik heb hem overal getrapt, ook op zijn hoofd. Ik heb gewoon getrapt waar ik kon trappen.' De officier vult aan: 'Het heftige geweld dat is gebruikt moet zeer beangstigend zijn geweest voor het slachtoffer. Maar ook op de omstanders had het grote impact.'
Tegenover de politie bekent de jongste broer direct dat hij heeft geschopt. Maar wat het OM betreft, hebben de twee samen het slachtoffer te grazen genomen en hem bijna van het leven beroofd. De oudste beweert echter dat hij geen geweld heeft gebruikt en ook niet zag wat zijn broertje deed. Dat laatste noemt het OM ongeloofwaardig. 'De bloedspetters zaten in zijn gezicht', beschrijft de officier het slachtoffer.

'Dit is niet de manier'

Beide broers zeggen dat ze het slachtoffer al een tijdje kenden en dat ze juist door hem dreigden te worden afgeperst. Daarom hebben ze zich op noodweer(exces) beroepen. Dat is geen excuus, vindt de officier. 'Als de verdachten zich zo bedreigd voelden, hadden ze naar de politie moeten stappen. Dit is niet de manier om het op te lossen.'
Behalve dertig maanden gevangenisstraf eist het OM tegen de 30-jarige verdachte ook een verplichte behandeling van zijn agressieproblemen. Zijn drie jaar oudere broer zou twintig maanden de cel in moeten. Over twee weken doet de rechtbank uitspraak.