'Zij noemden mij pedo en nu moet ik me hier verdedigen'

Schrijvers van de rubriek bij de politierechter | Tekening: Theresa Hartgers
Schrijvers van de rubriek bij de politierechter | Tekening: Theresa Hartgers
DEN HAAG - 'Dat jongetje kan alles gewoon verklaren en ik moet me hier verdedigen.' Karel kan er met zijn pet niet bij. Hij wordt beschuldigd van de mishandeling van een kind van 13 jaar op het volkstuinencomplex waar hij zelf een tuintje heeft. 'Hoe heeft dit zo uit de hand kunnen lopen?', vraagt de politierechter zich af. 'De moeder en tante van de jongen erbij. Politie erbij.'
Voor de zaak écht begint, wil de rechter eerst nog even kwijt dat iedereen in de zaal stil moet zijn. 'Bij dit soort zaken praten u en ik met elkaar', zegt ze tegen de man in het beklaagdenbankje. 'Mensen krijgen nog wel eens een ander beeld door De Rijdende Rechter. Dus het kan maar duidelijk zijn.' Karel knikt instemmend.
Het verhaal begint in november 2016 als de toen 62-jarige verdachte 's avonds in de schemering zijn volkstuintje verlaat. 'Ik zag vooraan twee fietsen staan en ik vertrouwde het niet. Toen ik terugliep kwam ik ze tegen.' Hij doelt op twee jonge onbekende jongens, die hij zelf 'een jaar of 13, 14' schatte.

Kippen voeren

De tieners liepen op het terrein, omdat ze kippen wilden voeren. Maar volgens Karel waren die er helemaal niet. 'Toen ik zei dat we dan maar even bij die kippen moesten gaan kijken en dat ze met me mee moesten komen, werd ik uitgescholden voor pedo.' 'Ja, dat geeft de jongen zelf ook toe', vult de rechter aan. 'Hij heeft ook gescholden.'
Karel beschrijft dat hij een van de jongens aan zijn jas bij zijn schouder heeft gepakt toen hij probeerde weg te lopen. De vragen die de rechter nu moet beantwoorden: hoe heeft hij de jongen beetgepakt en heeft hij hem ook geslagen? 'Nee, nee, nee, nee', zegt Karel luid. 'Onzin!' Hij zit ondertussen half omgedraaid, om zijn ongenoegen met zijn vrouw - die achter hem zit - te delen.

Afweren

De tieners belden ondertussen naar huis, waarop Karel besloot de politie te bellen. Op het moment dat de jongen werd vastgehouden, kwamen zijn moeder en tante het terrein op. Allebei verklaarden ze dat Karel het kind heeft geslagen. 'Leeft die jongen nog wel', roept Karel enigszins sarcastisch tussendoor. Afkeurend schudt hij zijn hoofd.
Volgens de verklaring van de tweede jongen heeft Karel wel geprobeerd te slaan, maar raakte hij niemand. Verder heeft de vrouw van de verdachte bij de politie verklaard dat er juist niemand is geslagen of beetgepakt. Karel zelf zegt dat hij zich alleen maar af wilde weren omdat de jongens een foto van hem wilden maken. Dat zou volgens hem op een slaande beweging hebben kunnen lijken.

'Niet met vreemde mannen mee'

De rechter vindt eigenlijk dat de zaak al die avond op het volkstuinencomplex had moeten worden opgelost. Ze kan zich overigens wel vinden in Karel dat het niet zo netjes is dat de jongens hem pedo noemden. 'Aan de andere kant', zegt ze. 'Kinderen wordt wel geleerd dat ze niet zomaar met vreemde mannen mee moeten gaan. En als u dan zegt: loop maar even mee, dan willen ze dat niet.' Ze denkt dat beide partijen het misschien 'wel niet zo goed gedaan hebben'.
Tóch vindt de rechter dat Karel schuldig is. Ze weegt onder meer een rode plek in de nek van het slachtoffer mee. 'Die jongen mag dan hondsbrutaal zijn geweest, dat rechtvaardigt niet dat u zoiets mag doen.' Ze legt hem geen straf op, maar hij moet wél 150 euro smartengeld aan de jongen betalen. Als Karel dat niet doet, dan wachten drie dagen gevangenis op hem. 'Maar vergis u niet: u moet dan nog steeds betalen.'

Lol is er af

De rechter sluit de zitting: 'Ik hoop dat u nog wel een beetje geniet op de tuin.' 'Dat niet meer', reageert Karel. Voor hem is de lol er wel vanaf. 'Als ze je pedo noemen en je moet dit dan ook nog betalen… Bedankt en tot ziens.' En hij wandelt sloffend op zijn Zweedse muilen de rechtszaal uit.
In het kader van de privacy zijn de namen gefingeerd.
Dit is een artikel in de reeks 'Bij de politierechter'. Meer verhalen lezen?