Marleen helpt pleegouders met stichting: 'Praktische spullen, maar vooral als luisterend oor'

Spelen met Duplo
Spelen met Duplo © PXHere
'S-GRAVENZANDE - Marleen Gaiser uit Delft heeft drie pleegkinderen en is medeoprichtster en vrijwilligster van Stichting Je Mag Er Zijn. Die stichting zorgt ervoor dat nieuwe pleegouders direct aan benodigde spullen kunnen komen, zoals kleding en speelgoed. Daarnaast is de stichting steeds meer uitgegroeid tot een ontmoetingsplek waar zowel pleegouders als pleegkinderen elkaar weten te vinden. In het kader van de Week van de Pleegzorg doet zij haar verhaal.
'We bieden praktische hulp aan pleeggezinnen', vertelt Marleen. 'Althans, zo is het in 2015 begonnen. In de loop der jaren is gebleken dat dat allang niet meer het hoofddoel is. Dat is echt het ontmoeten en verbinden geworden: een veilige plek bieden voor pleegouders en pleegkinderen waar ze hun verhaal kwijt kunnen en veilig kunnen spelen. Het is breder geworden dan waar het voor het bedoeld was.'
In 2015 startte de stichting een afdeling in 's-Gravenzande en gemiddeld komen er daar maandelijks zo'n 80 pleegouders over de vloer. Het concept bestond al: in Nederland zijn er vijf andere afdelingen. Marleen besloot samen met nog iemand een afdeling te openen, nadat ze zelf voor het eerst pleegmoeder werd.
De winkel hangt vol met kleding voor pleegkinderen
De winkel hangt vol met kleding voor pleegkinderen © Stichting Je Mag Er Zijn

'Na een plaatsing moet je alles ineens snel hebben'

'Toen we goedgekeurd werden als pleegouders, kreeg ik even later de vraag of ik voor een tweeling wilde zorgen', zegt Marleen. 'We zeiden ja en wisten dat ze een week later zouden komen. Ik dacht: oh jee, hoe moet ik dat nou doen in een week, ik moet alles dubbel hebben.' Toen werd ze getipt over een pleegzorgwinkel in Werkendam. 'Daar ben ik heengegaan en in één middag was ik klaar met de basisvoorzieningen. Ik had alles in huis voor de start. Toen dacht ik: dit is geweldig.' Marleen benaderde de oprichter met de vraag of zij ook een eigen afdeling konden openen. 'Hij heeft ons daarbij geholpen.'
Je moet je voorstellen dat die kinderen niets hebben, alles is afgenomen
De stichting – die draaiende wordt gehouden door zo'n veertien vrijwilligers - is volgens Marleen keihard nodig. 'Als je beschikbaar bent als pleegouder, kan je ieder moment een telefoontje krijgen', weet ze. De plaatsing van een kind kan dan dezelfde dag nog zijn. 'Er zijn zelfs spoedplaatsingen waarbij 's nachts een kind wordt gebracht met helemaal niks. Dan hebben de pleegouders toch snel spullen nodig.' Waarom pleegouders die op de lijst staan dat niet alvast in huis hebben? 'Daar heeft lang niet iedereen plek voor. Ook gaat het om kinderen van 0 t/m 18 jaar dus je weet niet altijd wat en hoeveel je nodig hebt.'

Gratis spullen

Je kan het zo gek niet bedenken of de stichting heeft het in huis. 'Denk aan kleding, schoenen, speelgoed, boeken, spelletjes, fietsen, fietsstoeltjes, kinderwagens, bedjes, boxen, autostoeltjes, Maxi-Cosi's en noem het maar op.' Pleegouders kunnen alles gratis ophalen. 'We krijgen alles en we geven alles weg of lenen het uit. Een kinderwagen heb je bijvoorbeeld niet heel lang nodig of soms heb je een plaatsing van slechts een paar weken, dan komen ouders het halen en later weer terug brengen.'
Veel pleegouders nemen volgens Marleen hun nieuwe pleegkind mee om spullen uit te zoeken. 'Die kinderen zijn net bij hun ouders weggehaald. Dat is natuurlijk ontzettend traumatisch, mede omdat ze niks hebben. Bij ons kunnen ze dan allerlei dingen uitzoeken die ze graag willen hebben, dat is toch een kleine pleister op de wonden. Je moet je voorstellen dat die kinderen niets hebben, alles is afgenomen.'

'Kom jij ook niet uit de buik van die mevrouw?'

Zoals eerder al gezegd, groeide de stichting uit tot een ontmoetingsplek. 'Wat wij heel duidelijk merken, is dat pleegouders het heel fijn vinden om met gelijkgestemden te zijn. Je weet allemaal waar je het over hebt. We staan ook los van professionele pleegzorginstanties, dus je kan ook vrijuit praten. Die pleegzorginstanties moeten er ook zijn, dat is ook hard nodig, maar praten met professionals is toch anders dan praten met pleegouders onderling.'
In de speelgoedhoek bij de stichting
In de speelgoedhoek bij de stichting © Stichting Je Mag Er Zijn
Op woensdag- en zaterdagochtend is de stichting open. Je komt binnen in een grote ruimte die ingericht is als winkel. Daarnaast is er een grote koffietafel en een ruime speelhoek. 'Mensen lopen binnen en gaan lekker aan tafel zitten en vertellen hun verhaal.' Niet alleen de ouders gaan in gesprek: 'Het bijzondere is dat de kinderen ook met elkaar bespreken hoe hun situatie is. Kom jij ook niet uit de buik van die mevrouw?' herinnert Marleen zich een gesprek. 'Oh, ik ook niet', zei het andere kind. 'Dat vind ik echt ontroerend, hoe mooi is dat. Dat soort gesprekken kunnen ze meestal niet voeren op school.'

Geen geheim ondanks impact

Uit eigen ervaring weet ze dat kinderen daar moeite mee kunnen hebben. 'Ik heb zelf drie pleegkinderen, alle drie als baby bij ons gekomen. Ik heb een tweeling van 6 en een baby van 9 maanden. De tweeling weet het verhaal, ze weten dat ze niet uit mijn buik zijn gekomen maar uit een andere mama en dat die niet voor ze kan zorgen. Dat heeft natuurlijk impact, omdat je buurmeisje wel gewoon uit de buik van haar moeder komt. Je bent dus anders, hoe dan ook.'
We weten wat er schuil gaat achter het leven van zo'n kindje, dat is best verdrietig
Toch wil Marleen er geen geheim van maken tegenover haar pleegkinderen. 'Ik vind het heel goed en fijn om te vertellen, want zo is het ook gewoon.' Marleen begint daar al zo vroeg mogelijk mee. 'Ik vind ook dat je de biologische ouders altijd ruimte moet geven in het leven van de kinderen. Het is nou eenmaal zo, ze zijn uit twee andere mensen voortgekomen en dat moeten ze ook weten. Ik vind ook dat je daar altijd bij stil moet staan. Dat vind ik niet moeilijk, maar juist fijn om met ze te delen.'

Emotioneel werk, maar veel energie

Met zelf drie pleegkinderen is het af en toe best een druk bestaan om het vrijwilligerswerk erbij te doen. Het voordeel is dat haar tweeling altijd staat te springen als ze op zaterdag mee mogen naar de winkel. 'Dat vinden ze fantastisch. Soms lopen er wel 15 kinderen bij ons in de winkel rond en dat gaat altijd goed. Het zijn natuurlijk allemaal kinderen met een rugzak, maar er is nooit gedoe.' Ook haalt ze enorme voldoening uit het werk bij de stichting. 'Het is zo schrijnend als je de verhalen kent van kinderen die niet meer bij hun eigen vader en moeder wonen. Dan is het heerlijk dat je iets sprankelends kan brengen.'
Marleen vindt het ook wel eens emotioneel om het vrijwilligerswerk te doen. 'Ja, zeker. We zijn bijna allemaal pleegouder in de winkel. We weten dus wat er schuil gaat achter het leven van zo'n kindje. Dat is best verdrietig natuurlijk, geen enkel kind kiest er voor om bij zijn ouders te worden weggehaald.'

Voortbestaan onzeker

De stichting heeft geen verdienmodel en is afhankelijk van subsidies. Stichting Kinderpostzegels heeft dat vijf jaar lang gedaan, maar gaat daar binnenkort mee stoppen en dus is het voortbestaan van de stichting onzeker. 'We hebben ook even subsidie ontvangen van gemeente Den Haag, maar dat valt binnenkort ook weg.'
'Gemeente Westland wil er niet in bijdragen', betreurt Marleen. 'Die vinden dat we zelf geld in het laatje moeten brengen. Maar ja, we zijn allemaal pleegouders die vrijwillig in de winkel staan. Dan kunnen we stroopwafels gaan verkopen of lege flessen gaan verzamelen, maar daar hebben we allemaal geen tijd voor.' Stichting Jeugdformaat denkt mee en helpt zoeken naar sponsoren omdat ze het belang van de stichting erkennen. 'Sponsoren betalen alleen niet graag voor gas, water, licht en huur. Dat is eigenlijk het enige wat we nodig hebben. Het gaat echt niet om heel veel geld.' Voorlopig gaat Marleen nog vol passie door met het draaiende houden van de stichting. 'Het is hard nodig, deze bijzondere plek om samen te zijn.'
Lees andere pleegzorgverhalen in ons dossier over de Week van de Pleegzorg.