OM eist 15 jaar cel tegen Rik B. voor doden zakenpartner Aldrik Frik

Rik B. wordt verdacht van de moord op zijn zakenpartner | Tekening: Theresa Hartgers
Rik B. wordt verdacht van de moord op zijn zakenpartner | Tekening: Theresa Hartgers
ALPHEN AAN DEN RIJN - Het Openbaar Ministerie wil dat Alphenaar Rik B. een gevangenisstraf van 15 jaar krijgt voor de dood van Aldrik Frik. De twee zakenpartners zouden ruzie hebben gekregen over geld. Het Alphense communicatiebureau wat de twee mannen runden, leed al jaren verlies en volgens het OM had B. eerder al 5000 euro verduisterd van de rekening van het bedrijf. De verdachte ontkent iets te maken te hebben met de dood van zijn 54-jarige compagnon, of het verdwenen geld.
Frik wordt op 3 augustus 2018 van achter gewurgd met een touw en geslagen met een bijl in zijn eigen bedrijf. Zakenpartner B. belt met 112. Zes weken later houdt de politie B. aan als verdachte voor de moord. B. ontkent echter iets met de moord te maken te hebben. Hij zegt dat hij rond 8.20 uur op kantoor aankwam en daar het lichaam van Frik vond. Volgens het OM blijkt uit gegevens van zijn auto, computer, telefoon en camerabeelden dat hij al een uur eerder op het kantoor in Alphen aan den Rijn was.
Ook voor de rechtbank ontkent de 59-jarige B. iets met de dood van zijn zakenpartner te maken te hebben. 'Techniek is feilbaar', is zijn reactie als hij wordt geconfronteerd met camerabeelden waarop zijn cabrio te zien zou zijn als hij even na zeven uur zijn huis verlaat. De rechters geloven niets van dit verweer. 'Het gaat niet om één apparaat, maar om meerdere die in dezelfde richting wijzen.'

'Was ik niet'

Zo wordt B. tijdens de drukbezochte rechtszaak geconfronteerd met meer feiten die tegenstrijdig zijn met zijn verhaal. Toch blijft de verdachte ontkennen. Om 7.17 wordt de telefoon van de verdachte gesignaleerd in de buurt van de Ondernemingsweg, waar het bedrijf is gevestigd. 'Maar als je van die 7 een 8 maakt past het in mijn verhaal', is zijn reactie. De computer van verdachte wordt om 7.21 uur aangezet en er is een bestand verwijderd. 'Was ik niet', reageert B.
Om 7.48 en 7.49 uur wordt er ingelogd op zijn computer op LinkedIn. De stappenteller van B. registreert druk heen en weer lopen tussen 8.10 en 8.20 uur. Op het moment dat hij volgens zijn eigen verklaring nog onderweg zou zijn naar het werk. 'Ik zag voeten toen ik binnenkwam en heb aan Aldrik gevoeld. Hij reageerde niet en toen heb ik 112 gebeld', is zijn verklaring.

Rugzak onder bureau

Er is ook fysiek bewijs wat volgens het OM zou bewijzen dat de verdachte de dood van Frik op zijn geweten heeft. Zo heeft B. verklaard nooit op zijn kantoor te zijn geweest omdat hij het slachtoffer, die die bewuste nacht in het kantoor overnacht zou hebben, bij binnenkomst had gevonden. Maar zijn rugzak stond onder zijn bureau. En volgens de politie zaten er diverse bloedspatten op. 'Dat hoor ik voor het eerst', zegt B. verbaasd tegen de rechters.
Motief voor de doodslag is volgens de officier van justitie geld. Het communicatiebureau leed al twee jaar verlies, minimaal 20.000 euro per jaar. Dit tekort werd aangevuld uit de spaarrekening van Frik. Compagnon B., door de officier van justitie eerder al een wolf in schaapskleren genoemd, stak geen spaargeld in het bedrijf. Volgens de verdachte wilde het slachtoffer dat niet. 'Alles wat B. zegt is gelogen', zei de officier in haar requisitoir.

Verknipte afschriften

De verdachte is de financieel beheerder van het bedrijf. Uit de gegevens blijkt dat B. zichzelf in 2018 een salaris van 80.000 euro heeft gegeven. Zakenpartner Frik kreeg nog geen 30.000 euro. Daarnaast blijkt volgens de politie dat B. in 2017 vijfduizend euro van de rekening van het bedrijf heeft weggeboekt. Frik komt hier op 1 augustus 2018 pas achter en belt zowel zijn accountant als zijn zakenpartner. B. belooft het geld terug te boeken en mailt Frik een afschrift, maar volgens het OM is het geld nooit echt teruggestort. Wel zijn verknipte afschriften in de prullenbak gevonden.
De verdachte lijkt in grote geldproblemen te zitten want een dag na het telefoontje van Frik googlet B. op zoektermen als 'hoe krijg ik snel een ton bij elkaar? 'Dat heb ik niet gedaan, daar moet u niets uit afleiden', zegt de verdachte hierover tegen de rechters.

'Bloed van mijn vader onder zijn nagels'

Door de dood van Frik kon B. de aandelen in het communicatiebureau overnemen. Volgens de rechter was dit om zijn doel te verdoezelen. 'Als je het lelijk wil uitleggen kan je dat zo zien', geeft de verdachte toe. 'Er is in deze zaak heel veel wat je lelijk kan uitleggen', reageert de rechter.
Voor de nabestaanden was het moeilijk om te horen dat de compagnon die ze al zo lang kenden mogelijk verantwoordelijk is voor de dood van Frik. De zoon van Frik zocht B. vlak na de dood van zijn vader nog op om hem te steunen. 'Ik heb hem zelfs uitgenodigd om op de begrafenis te spreken', zegt hij in een slachtofferverklaring. 'Later hoorde ik dat hij op hetzelfde moment het laatste geld van mijn vader pikte. Hij had het bloed van mijn vader nog onder zijn nagels. We blijven achter met vragen, maar niet over de vraag wie het gedaan heeft.'

Schadevergoeding

De nabestaanden eisten niet alleen de verduisterde 5000 euro van de verdachte, maar ook 340.000 euro aan gederfde inkomsten omdat het gezin dreef op het inkomen van Frik. Daarnaast wil de familie ook een bedrag voor de emotionele schade die het heeft opgelopen.
Volgens de officier van justitie is er geen sprake van moord. De verdachte zou wapens uit het pand hebben gebruikt en heeft zijn telefoon niet uitgezet. Als het wel met voorbedachte rade is geweest, dan is het wel heel knullig uitgevoerd, zegt de officier. Vandaar dat het OM uitgaat van doodslag en verduistering van 5000 euro. 'Omdat B. zijn gruwelijke daad niet aan zijn vrouw durft toe te geven blijft hij ontkennen', aldus de officier. Voor het OM reden om een celstraf van 15 jaar te eisen.

Vrijspraak

De advocaat van B. is het niet eens met de visie van het OM. Volgens haar heeft politie naar haar cliënt toe gerechercheerd. Zo zat er DNA van een andere medewerker op de tie wraps en het touw. Dit is niet verder onderzocht omdat de medewerker in de trein zat rond de tijd van de moord. Volgens B. kon iedereen op zijn computer op het werk, dus het zegt niets dat er is ingelogd op zijn pc. Ook al was er niemand anders in het pand. 'Dat mijn cliënt geen ander scenario kan bedenken wil niet zeggen dat er geen ander scenario mogelijk is.'
Ook bij het vermeende motief plaatst de advocaat zo haar vraagtekens. 'Het knippen en plakken van een bankafschrift om dat te vervalsen is eigenlijk niet van belang', zo bepleitte zij. 'Hij mocht over het geld beschikken, dus is er geen verduistering.' De advocaat vindt alle beschuldigingen ten opzichte van B. onbewezen en vraagt dan ook vrijspraak.
De rechtbank doet op 13 november uitspraak.