Hoe gewone partijen ongewone onderhandelingen voeren op het Haagse stadhuis

Wethouder Boudewijn Revis (l) en formateur Tom de Bruijn
Wethouder Boudewijn Revis (l) en formateur Tom de Bruijn © ANP
DEN HAAG - Elkaar wat gunnen, geen deadlines stellen en bovenal onderling vertrouwen wekken. Dat zijn de gouden regels voor geslaagde collegeonderhandelingen. Maar de onderhandelingen die VVD, D66, GroenLinks, CDA en PvdA op het Haagse stadhuis voeren zijn niet gewoon. Tijdsdruk bij het sleutelen aan de ozb-tarieven spelen de onderhandelaars bijvoorbeeld parten. En ze breken zich het hoofd over de vraag hoe ze de achterban van de gewezen verkiezingswinnaar Groep de Mos tegemoet kunnen komen.
De euforie bij Hart voor Den Haag/Groep de Mos is groot op de verkiezingsavond van 21 maart 2018. De partij wordt met acht zetels de grootste van Den Haag en partijleider Richard de Mos vraagt VVD-coryfee Hans Wiegel om als verkenner voor een nieuwe coalitie aan de slag te gaan. Wiegel adviseert een afspiegelingscollege waarin de grootste winnaars (Hart voor Den Haag/Groep de Mos en GroenLinks) en de grootste partijen (VVD en D66) zitten. Onder leiding van voormalig VVD-minister Edith Schippers, bereiken de partijen een akkoord.
Maar sinds dinsdag 1 oktober 2019 is alles anders in Den Haag. De wethouders Richard de Mos en Rachid Guernaoui van Groep de Mos worden verdacht van ambtelijke corruptie, omkoping en schending van het ambtsgeheim. Ook Groep de Mos-raadslid Nino Davituliani is verdachte. Allemaal ontkennen ze iets fout te hebben gedaan en de Groep de Mos-fractie spreekt van 'karaktermoord'.

Vertrouwensbreuk

De beschuldigingen leiden tot een vertrouwensbreuk in de coalitie. Het college valt uiteen nadat VVD, D66 en GroenLinks de samenwerking met Groep de Mos opzeggen. De Mos en Guernaoui nemen na een motie van wantrouwen ontslag als wethouder. Inmiddels wordt er onder leiding van informateur Tom de Bruijn (D66) onderhandeld over een college van VVD, D66 en GroenLinks, aangevuld met CDA en PvdA. De voormalig wethouder van Den Haag denkt dat deze combinatie de meeste kans op een stabiel stadsbestuur geeft.
Afgelopen week zijn de coalitieonderhandelingen dan echt begonnen. En in deze eerste week lopen de partijen al gelijk tegen een uniek probleem aan. De stad dreigt onder financieel toezicht van de provincie te komen. Gevolg daarvan zou zijn dat het stadsbestuur niet meer zelfstandig mag beslissen over de eigen begroting en uitgaven. De reden van de dreigende onder toezichtstelling is niet dat de stad financiële problemen heeft, maar dat de wettelijke termijn waarbinnen de begroting voor 2020-2024 bij de provincie moet worden ingeleverd niet gehaald wordt.

Gesprekken met provincie

Dat komt omdat de vijf partijen een nieuwe, gewijzigde begroting willen maken. Er ligt al wel een sluitende begroting, maar die is gemaakt door de coalitie waarin Groep de Mos nog zat. Er moet dus onderhandeld worden over de aanpassingen en die gesprekken zijn niet afgerond voor 15 november, de datum waarop de begroting moet zijn ingeleverd. Het college voert gesprekken met de provincie om tot een oplossing te komen.
Hart voor Den Haag/Groep de Mos die het ambt van oppositievoeren niet is verleerd weet wel een oplossing om financieel toezicht te voorkomen. De partij vindt dat Den Haag de huidige begroting die door partijgenoot en voormalig wethouder financiën Rachid Guernaoui half september is gepresenteerd, alsnog door de raad moet loodsen zodat er op tijd een goedgekeurde begroting bij de provincie ligt. Later kunnen er dan alsnog wijzigingen worden doorgevoerd.

Hamerstuk

Een dergelijke optie heeft op de onderhandelingstafel gelegen. In dat geval zou de huidige begroting niet als bespreekstuk maar als een hamerstuk op de raadsagenda staan. De onderhandelaars kunnen dan later wijzigingen in de begroting apart 'amenderen'.
Maar CDA en PvdA, de partijen die er als laatste bij zijn gekomen en niet betrokken zijn geweest bij het opstellen van de huidige begroting, zien daar weinig in. Het tast hun onderhandelingspositie aan als een begroting die door de andere partijen is gemaakt een voldongen feit is.

Extra geld

CDA en PvdA hebben deze slag om de tijd voorlopig dus gewonnen. Maar het wil niet zeggen dat er nu tijd in overvloed is, integendeel. CDA en PvdA willen naar verwachting de bezuinigingen op welzijn en zorg terugdraaien. Maar dat betekent dat er extra geld nodig is.
De PvdA heeft er geen geheim van gemaakt dat wat de partij betreft de lasten, zoals de onroerendezaakbelasting (ozb) en de parkeertarieven omhoog kunnen om deze kosten te dragen. Voor de VVD zou dit een lastig te verteren concessie zijn, maar de PvdA staat sterk omdat er weinig serieuze alternatieven zijn voor de sociaaldemocraten. Ze zijn nodig voor een stabiele meerderheid.

Medestanders

Bovendien heeft de PvdA geen onbelangrijke medestanders: D66 en GroenLinks. D66 wil het aantal auto’s in de stad terugdringen en ziet wel wat in het verhogen van de parkeertarieven en GroenLinks hintte al meerdere keren op lastenverzwaring om de bezuinigingen op zorg en welzijn te beperken.
Maar er is weinig tijd over. De tarieven voor de ozb gelden voor een jaar en moeten per 1 januari zijn vastgesteld. Lukt het de partijen niet om de tarieven voor die tijd te verhogen dan kunnen ze pas een jaar later aangepast worden. Dit betekent dat ze dat jaar kunnen fluiten naar extra inkomsten. Bovendien komen eind volgend jaar de gemeenteraadsverkiezingen van 2022 alweer snel dichterbij en lastenverhoging is niet populair bij kiezers.

Achterban Groep de Mos

De tijdsdruk is dus iets wat deze collegeonderhandelingen anders maakt. Maar ronduit precair is de vraag hoe de onderhandelaars omgaan met de achterban van Groep de Mos. De partij is de grootste in de stad en heeft veel kiezers aan zich weten te binden. Het optreden en de toon van partijleider Richard de Mos is aangeslagen bij een groot deel van de Hagenaars.
Maar nu staan Hart voor Den Haag/Groep de Mos en haar kiezers langs de kant. Niet omdat er politiek inhoudelijke conflicten zijn ontstaan maar vanwege een corruptieonderzoek waarvan nauwelijks feiten bekend zijn en waarin de verdachte politici in kwestie elke verdenking ontkennen.

Verkiezingsuitslag

Wiegel stelde na de gemeenteraadsverkiezingen in zijn advies een afspiegelingscollege voor, omdat dat het meeste recht doet aan de verkiezingsuitslag. Alhoewel de situatie sinds de verkiezingen ingrijpend is veranderd en een corruptieonderzoek geen sinecure is, staat het college dat nu in de maak is een stuk verder af van die verkiezingsuitslag. Om zich niet van een deel van de Hagenaars te vervreemden, zal het nieuwe college iets moeten met de Groep de Mos-achterban. Maar het zal voor de politici van de 'gevestigde partijen' zoeken worden naar de juiste toon die een brug kan slaan naar de kiezers van De Mos.
Lees alles over de Haagse corruptiezaak in ons dossier.