Verzet tegen aanhouding: 'Ook al vind je niet leuk wat de politie wil, je moet meewerken'

Verslaggevers politie en justitie | Tekening: Theresa Hartgers
Verslaggevers politie en justitie | Tekening: Theresa Hartgers
DEN HAAG - 'U wordt verdacht van wederspannigheid', legt de rechter uit aan Eli. De dertiger uit Den Haag werd aangehouden nadat hij met zijn auto aan de kant is gezet. 'Dat betekent dat u zich heeft verzet bij uw arrestatie.' Een agent liep daarbij een geschaafde elleboog op. Eli is het daar helemaal niet mee eens en wil dat graag uitleggen: 'Ik heb die agenten netjes benaderd', vindt hij. Maar die zien dat toch anders.
De twee agenten in kwestie verklaarden op ambtseed dat Eli zich verzette tegen zijn arrestatie. En zo'n verklaring weegt zwaar voor een rechter, want 'agenten hebben er geen belang bij om onwaarheden te vertellen', zo redeneert hij. Het lijkt voor Eli dus een moeilijke zaak om zijn onschuld te bewijzen, maar toch probeert hij het.
Eli is onderweg van zijn moeder naar huis als hij net voorbij politiebureau Beresteinlaan in Den Haag aan de kant wordt gezet omdat één van zijn lichten het niet doet. Hij denkt gelijk: dit is geen gewone staandehouding. Eenmaal gestopt stapt hij uit. Volgens de verdachte zijn de agenten gelijk agressief en moet Eli weer in zijn auto gaan zitten. 'In uw auto, in uw auto', zouden ze geschreeuwd hebben. Eli voelt zich bedreigd.

Meewerken

Als hij weer in zijn auto zit pakt Eli zijn telefoon. Een agent wil die vervolgens weer afpakken, vertelt hij. Eli is een man van veel woorden, iedere zin eindigt hij met 'meneer de rechter', alsof hij steeds wil zeggen: 'u snapt het toch wel'? De agenten besluiten Eli aan te houden. 'Heeft u meegewerkt?', vraagt de rechter. 'Ze zeiden niet waarom ik was aangehouden', antwoordt Eli. 'Dus ik heb niet meegewerkt, maar ik heb ook niet tegengewerkt.' Pas als er meer politie arriveert vindt Eli het veilig om zich te laten boeien.
De agenten vertellen een ander verhaal, houdt de rechter Eli voor. Volgens hen was juist Eli agressief. Nadat hij aan de kant gezet was zou hij hebben gezegd dat hij eerst wilde bellen met de bureauchef 'want iedereen kent mij daar.' Als de agenten Eli willen aanhouden zou hij zich hebben proberen los te rukken.

Een heel ander verhaal

'Dat is een heel ander verhaal dat ik van u hoor', houdt de rechter Eli voor. 'Dat maakt mij angstig, want dat is niet gebeurd', antwoordt hij. 'Ik ben een nette jongen. Waarom zou ik mij verzetten?' Hij haalt ook een aantal verklaringen van getuigen aan, die zeggen dat Eli zich niet verzet heeft.
Die getuigenverklaringen hebben voor de officier van justitie weinig waarde. Volgens hem hebben ze niet het hele incident gezien. Daarbij snapt de officier wel dat de agenten geïrriteerd raakten door het gedrag van Eli. 'Meneer blijft de discussie aangaan.' Hij eist daarom een boete van 500 euro.

Je moet meewerken

Na een goede poging van Eli's advocaat om het verhaal van de agenten in twijfel te trekken, doet de rechter uitspraak. 'We kijken ook kritisch naar de processen verbaal', zegt hij. 'Maar toch heb ik geen reden om aan het verhaal van de agenten te twijfelen.' Want zo hebben de getuigen niet het hele incident gezien, zegt de rechter. 'En dat is wel belangrijk.'
De rechter legt Eli een voorwaardelijke boete van 500 euro op. Als hij de komende twee jaar in de fout gaat moet hij die alsnog betalen. De zaak blijkt uiteindelijk heel makkelijk samen te vatten. 'Ook al vind je het niet leuk wat de politie wil, je moet meewerken.'
In het kader van de privacy zijn de namen gefingeerd.
Dit is een artikel in de reeks 'Bij de politierechter'. Meer verhalen lezen?