Teruggekeerde IS-vrouw uit Gouda langer vast, verdachte ontkent

Een gebouw in puin in Syrië
Een gebouw in puin in Syrië © ANP
GOUDA - De 28-jarige K.S. uit Gouda blijft nog zeker drie maanden vast zitten op verdenking deelname aan een terroristische organisatie en het voorbereiden van een terroristisch misdrijf. Dat heeft de rechtbank in Rotterdam donderdag besloten. De vrouw vertrok in december 2013 naar Syrië. In oktober 2019 meldde ze zich met haar zoontje (4) bij het consulaat in Turkije waarna ze op een vliegtuig naar Nederland werden gezet. Volgens S. had haar vertrek naar Syrië niets met terreurgroep Islamitische Staat (IS) te maken.
Justitie verwijt de vrouw te hebben deelgenomen aan een terroristische organisatie in de periode van 1 december 2013 tot en met 30 december 2019 in Nederland, Syrië en Irak. Daarnaast zou zij, volgens justitie, terroristische misdrijven hebben voorbereid. Dat zou al gebeurd zijn vanaf 1 april 2013, dus toen S. nog in Gouda woonde.
Op 28 december 2019 wordt S. aangehouden op Schiphol. Daarvoor zat ze twee maanden in Vreemdelingendetentie in Turkije. Daar kwam ze in terecht nadat ze in oktober 2019 aanklopte bij het consulaat in Ankara. Ze was met haar zoontje ontsnapt uit kamp Al Hol in Noord-Syrië. Het 4-jarige jongetje is in eerste instantie overgedragen aan de Raad voor de Kinderbescherming. Inmiddels woont hij bij zijn oma, de moeder van verdachte.

Verdachte ontkent, vertrek naar Syrië niets met IS te maken

S. zou naar eigen zeggen naar Syrië zijn gegaan vanwege haar geloof. Het zou niets met de terreurgroep IS te maken hebben. Ze zou een ‘normale’ burger zijn geweest. Maar justitie gelooft dat niet. Volgens de officier van justitie start het radicaliseringsproces al ver voordat verdachte in december 2013 naar Syrië gaat. S. staat dan ook al langere tijd gesignaleerd. Haar nichtje, maar ook andere vrouwen uit haar omgeving in Gouda zouden ook zijn geradicaliseerd.
Uit informatie van de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD) zou blijken dat S. zich eerst aansluit bij de terroristische organisatie al-Qaida en later bij IS. In mei 2014 betreedt ze, nadat ze eerst in andere regio's woont, het IS-gebied. Zo gaat ze wonen in de stad Raqqa in een zogeheten vrouwenhuis waarvan, volgens justitie, IS de huur betaalt.

Drie huwelijken

S. trouwt drie keer in Syrië. Haar eerste man ontmoet ze al in Nederland. Op een gegeven moment vertrekt hij naar Syrië en enige tijd daarna gaat S. hem achterna. Met hem krijgt ze op 12 augustus 2015 haar zoon. In datzelfde jaar komt deze man om bij een auto-ongeluk, maar dat is volgens justitie niet formeel bevestigd. Ze hertrouwt met een andere man. Ook hij is inmiddels overleden na een raketaanslag op zijn auto. In maart 2017 hertrouwt S. opnieuw. Dit huwelijk eindigt uiteindelijk in een scheiding.
Justitie zegt dat de eerste man van S., die volgens haar werkte in 'de handel', op een foto staat bij een legertank met een vuurwapen in zijn hand. Zo’n zelfde vuurwapen zou ook op een foto staan die genomen is in het huis van verdachte. Het huis waarvan de huur dus volgens het openbaar ministerie wordt betaald door IS. En ten slotte zou de scheiding met haar derde man zijn voltrokken door een IS-rechtbank. De officier: 'volgens ons ligt er dus bewijs genoeg om mevrouw langer vast te houden.'

Propagandaberichten jihad op Twitteraccount

Het onderzoek is op dit moment nog niet afgerond. Zo moeten er nog getuigen worden gehoord. Ook staan er nog gesprekken gepland tussen S. en een psychiater en psycholoog. Daarnaast zijn rechercheurs druk bezig met het uitpluizen van digitale bestanden. Experts zijn ook nog een Twitteraccount aan het onderzoeken. Hierop zou S. in mei 2015 propaganda berichten voor de jihad, de gewapende strijd, hebben geplaatst.
De Goudse vrouw zegt dat ze zich die berichten niet kan herinneren en dat ze er ook niet achter staat. Haar advocaat wil daarom dat het IP-adres van dit Twitteraccount nader wordt onderzocht. Op die manier kun je zien in welk land het account is aangemaakt. Volgens de advocaat is dat namelijk in Nederland gebeurd, terwijl haar cliënt destijds in Syrië zat.

Vanwege corona niet in de ogen kunnen kijken

Vanwege de coronamaatregelen was de verdachte in haar cel gebleven. Via een telefoon volgde ze de zaak. De rechter: 'Het is een rare situatie nu ik u niet in de ogen kan kijken, maar fijn dat u er op deze manier toch bij kunt zijn.' Ook haar advocaat was niet in de rechtszaal, maar telefonisch, bij de zitting aanwezig. Via een videoverbinding volgde de media de rechtszaak. Op 24 juni 2020 gaat de zaak verder.