Twee jaar cel voor voormalig HTM-beveiliger die dreigde met aanslag

Foto ter illustratie
Foto ter illustratie © ANP
DEN HAAG - Een voormalige beveiliger van HTM is veroordeeld tot een celstraf van 24 maanden, waarvan acht maanden voorwaardelijk, omdat hij collega’s tijdens een ruzie bedreigde met een terroristisch misdrijf. Ook heeft hij zich volgens de rechtbank schuldig gemaakt aan verboden wapenbezit.
Hagenaar Cornelis R. (56) bedreigde op 30 september vorig jaar andere HTM-beveiligers tijdens een ruzie. R. zou tijdens de discussie in een busje met drie collega’s, waaronder twee moslims, gezegd hebben dat hij had 'gesmuld' van de aanslag in het Nieuw-Zeelandse Christchurch. Daarbij werden 51 moskeebezoekers doodgeschoten door een rechts-extremistische man.
Volgens de rechtbank heeft hij daarmee bij zijn collega’s 'ondubbelzinnig' de vrees aangejaagd dat hij een terroristische misdrijf wilde gaan plegen. De collega’s zouden bovendien geweten hebben dat hij de beschikking had over vuurwapens.

Geladen machinegeweer

De ruzie in de bus leidde ertoe dat een van de aanwezige mannen met een paniekaanval moest worden afgevoerd. Een ambulancemedewerker deed melding van het voorval bij de politie, die besloot bij R. thuis een kijkje te nemen. Daar vonden ze onder meer een geladen machinegeweer. R., lid van een schietvereniging, had wel een wapenvergunning, maar niet voor het machinegeweer en de munitie.
De officier van justitie had een celstraf geëist van 36 maanden, waarvan zes maanden voorwaardelijk. De rechtbank is tot een lagere celstraf gekomen omdat de man tijdens de zitting, die twee weken geleden plaatsvond, afstand nam van zijn uitlatingen. Desondanks vond de politie afbeeldingen en filmpjes van rechts-extremistische aard op de telefoon van de man, waarin onder meer de spot wordt gedreven met Anne Frank. Als ringtone gebruikte hij het Panzerlied, een Duits soldatenlied uit de nazitijd.

Niet actief in rechts-extremistische kringen

De rechtbank laat deze zaken niet meewegen in haar uitspraak, omdat de man verder helemaal niet actief was in rechts-extremistische kringen. De advocate van R. vond dat hij moest worden vrijgesproken van de terreurbedreiging. Volgens haar was de beveiliger uitgelokt door zijn collega’s die hem in het busje hadden gesard. De rechtbank verwerpt dat verweer.