Agenten wel of niet trainen op nekklem? 'Er is een betere techniek'

Volgens de branche is het enige problematische aan de nekklem dat deze verkeerd wordt uitgevoerd. Zo stellen de vechtsporters dat bijvoorbeeld George Floyd en Mitch Henriquez niet door een nekklem om het leven kwamen, maar door verwurging. De vechtsporters willen daarom dat de regering meer investeert in de opleiding van agenten, zodat zij de nekklem voortaan technisch goed toepassen.

Krishna Gopal uit Capelle a/d IJssel is het daar niet mee eens. Hij geeft trainingen in zelfverdediging en vechtsport. 'In de vechtsport hebben we codes voor wanneer je wilt dat iemand loslaat, je tikt af of je roept ho. Dan weet je ander je moet loslaten. Een agent gaat niet loslaten. Er is geen code tussen agent en verdachte', zegt hij in het radioprogramma Studio Haagsche Bluf.

Gopal vreest dat het aftikken kan worden gezien als verzet, 'dus dan wordt het geweld alleen maar erger', zegt hij. Gopal denkt ook niet dat agenten er op te trainen zijn, want je weet niet wie je voor je hebt. 'Het is moeilijk onderscheid maken tussen aftikken en een aanval.'

Volgens Gopal is er wel een andere techniek mogelijk, één zonder het veroorzaken van letsel. 'Je kan het hoofd vastzetten door een kant op te draaien. Dan kan de verdachte niet loskomen, maar nog wel praten en ademen. De luchtpijp wordt dan niet bekneld. Dan heb je de persoon onder controle tot het omdoen van de handboeien, daarna kan je loslaten', legt Gopal uit.

In 2015 overleed Mitch Henriquez in Den Haag na geweld van een agent. Die agent is vorig jaar in hoger beroep tot zes maanden voorwaardelijke celstraf veroordeeld. De zwarte Amerikaan George Floyd stierf vorige maand nadat een agent langdurig op zijn nek knielde.

Minister Ferd Grapperhaus (Justitie en Veiligheid) erkende na het voorstel van D66 twee weken geleden al dat wat Floyd is overkomen inderdaad verwurging is. Met de invoering van het stroomstootwapen bij de politie, die in de komende paar jaar moet plaatsvinden, denkt hij bovendien dat het toepassen van de nekklem 'waarschijnlijk niet of nauwelijks meer nodig zal zijn'.