Een kijkje in de Seyss-Inquartbunker, misschien wel voor de laatste keer

Arthur Seyss-Inquart (midden) maakte in de Tweede Wereldoorlog gebruik van de bunker
Arthur Seyss-Inquart (midden) maakte in de Tweede Wereldoorlog gebruik van de bunker © Omroep West
WASSENAAR - Van buiten lijkt het een gewone boerderij, maar schijn bedriegt. 'Camouflagearchitectuur', noemt Jeroen Trimbos van de Stichting Atlantikwall Museum het. Want het pand is eigenlijk een grote bunker, met een dak van vier meter dik beton. Op landgoed Clingendael tussen Den Haag en Wassenaar staat sinds 1942 de bunker van Arthur Seyss-Inquart, in de Tweede Wereldoorlog de Rijkscommissaris van het bezette Nederland. Omdat het Rijksmonument verkocht gaat worden en het nog de vraag is wat de nieuwe eigenaar ermee gaat doen, houdt het Rijksvastgoedbedrijf in september en oktober rondleidingen voor omwonenden. Omroep West mocht nu alvast een kijkje nemen.
Op de begane grond van de bunker, diep verstopt onder het beton en daardoor goed beschermd tegen een eventueel bombardement, was de werkkamer van Seyss-Inquart. 'Het idee dat die man hier rondgelopen heeft... je proeft dat hij hier ook zijn ding heeft zitten doen', zegt Trimbos die de rondleiding verzorgt.
Omroep West kreeg een rondleiding door de bunker:
Een kijkje in de Seyss-Inquartbunker op landgoed Clingendael
Na de Tweede Wereldoorlog kreeg de bunker een andere functie. Het werd het centrum van de Nederlandse geheime dienst. Veel uit die tijd is uit het complex gesloopt. Maar een aantal nog aanwezige resten herinnert aan die tijd. Zo zijn er nog resten van een speciaal voor defensie ontwikkeld communicatiesysteem. 'Onbereikbaar voor het Oostblok om af te luisteren', aldus Trimbos.
De bunker lijkt op een gewone boerderij
De bunker lijkt op een gewone boerderij © Omroep West
Het is een stuk historie. Maar de bunker, eigendom van het Rijk, staat op de nominatie om te worden verkocht. 'Het Rijk heeft als uitgangspunt dat vastgoed waarvoor geen rijksdoel kan worden gevonden, wordt afgestoten', vertelt Loek Houtepen van de Rijksgebouwendienst. 'Maar dat betekent niet dat wij over één nacht ijs gaan bij zo'n verkoopprocedure. We laten ons goed adviseren.'
Trimbos hoopt dat de eventuele koper het gebouw toch een 'bescheiden publieksfunctie' geeft. 'Hier is wel een heel belangrijk hoofdstuk geschreven van de Tweede Wereldoorlog. Het was eigenlijk het epicentrum van alle beslissingen die zijn genomen.'