Tentoonstelling Claudy Jongstra: beeldend kunstenaar en activist tegelijkertijd

Claudy Jongstra
Claudy Jongstra © Christian Jaeggi
LEIDEN - 'Het voelt als thuiskomen', zegt beeldend kunstenaar Claudy Jongstra over haar tentoonstelling in Museum De Lakenhal in Leiden. En dat is niet zo vreemd. Haar nieuwste werk, de installatie NINE en Cosmic Cry, is hoofdzakelijk gemaakt van wol. Vrijdag is de tentoonstelling geopend.
Leiden wordt natuurlijk niet voor niets de Lakenstad genoemd. Vanaf de veertiende eeuw draaide de stadseconomie op de bewerking van wol. Met een uitgebreide collectie van zeven eeuwen Leids Laken heeft het museum natuurlijk ook heel veel kennis in huis op dat gebied. Kennis die langzaam aan het verdwijnen is.
Tot grote ergernis van Jongstra: 'De mensen hier begrijpen waar ik het over heb. Bepaalde vaktermen snappen ze meteen. Dat hoef ik niet uit te leggen. Maar ik heb vaak een communicatiestoornis met andere mensen, want hoe leg je ze bepaalde processen van een ambacht uit als ze er nog nooit mee te maken hebben gehad?' In tegenstelling tot Museum De Lakenhal, waar ze precies weten waar ze het over hebben.

Monocultuur versus biodiversiteit

De installatie van het tweeluik NINE en Cosmic Cry is het grootste geweven kunstwerk dat Jongstra ooit heeft gemaakt. Conservator Nicole Roepers is er blij mee: 'Superblij. We zijn hier met Claudy anderhalf jaar mee bezig geweest. Ze heeft zich laten inspireren door de Lakense stoffen, door de geschiedenis van de Lakense stoffen. De kleuren blauw en zwart. Dat heeft geresulteerd in een prachtig landschap, een vloerkunstwerk. En twee wandwerken, die als de kosmos, de lucht, het landschap omarmen.'
Museum De Lakenhal presenteert nieuw werk van beeldend kunstenaar Claudy Jongstra
Het vloerkunstwerk is een verwijzing naar het huidige Nederlandse landschap en laat heel duidelijk de activist in Jongstra zien. Roepers: 'Nederland is vlak en er is heel veel monocultuur. We hebben gigantische weilanden die volgegooid worden met zonnepanelen. En Claudy vraagt zich hardop af of we zo met ons landschap om moeten gaan. Er is natuurlijk een groot gebrek aan biodiversiteit. En wat zij in Friesland doet is juist geweldige tuinen en landerijen ontwikkelen, waar allerlei verfplanten groeien die zij gebruikt voor haar kunstwerken. Daar ontstaat weer een ruig boerenlandschap, wat goed is voor vogels en insecten. Juist die verschillende soorten landschappen laat zij in het kunstwerk zien.'

Toekomst van onze planeet

De installatie Woven Skin uit 2018 - zestig geweven koeienhuiden die zij-aan-zij hangen in een grote ruimte - sluit heel erg aan op de zorgen die de beeldend kunstenaar heeft. 'Woven Skin representeert waar ik mij erg zorgen over maak: de toekomst van de aarde, de vleesindustrie, alles wat het met dat landschap doet', zegt Jongstra. 'Dat laat zich letterlijk zien in deze huiden van wol. De opstelling is bijna als een slachthuis. Het was niet zo bedoeld, maar opeens kwam dit werk. Dat leeft toch in mij.'
Woven Skin is ook een aanklacht tegen - naar wat zij noemt - 'de zucht naar newness': 'Weten wij nog wel wat onze mooie aarde kan voortbrengen? Mooie producten, vitale bodem. Kunnen we niet mooie producten maken, waar je lang mee doet? Hergebruik, repareren. Anders waarnemen. Wat is echt belangrijk voor de toekomst van onze planeet? Daar gaat dit werk over.'

Indigoblauw

Gelijktijdig met de samenwerking met Museum De Lakenhal is Jongstra ook het project Community Seed Bank for Colour gestart, waaraan ook de Hortus Botanicus in Leiden deelneemt. Want door de opkomst van synthetische verfindustrie dreigen originele plantenkleuren, pigmenten te verdwijnen. Dat geldt bijvoorbeeld voor indigoblauw waarmee Vincent van Gogh werkte. Door de ontwikkeling van wedeplanten, waarvan indigo wordt gemaakt, zorgt Jongstra voor het behoud van natuurlijke kleuren. Sterker nog, ze duiken op in haar nieuwste werk NINE en Cosmic Cry.
Claudy Jongstra
Claudy Jongstra © David Vroom
Daarmee grijpt Jongstra terug op een werkwijze die de Leidse meesterschilder Rembrandt ook hanteerde. Roepers: 'Die maakte zijn eigen pigmenten, zijn eigen verfstoffen. Hij had leerlingen. Een studio met mensen in opleiding. De meester gaf zijn kennis door aan de leerlingen. Dat is precies wat Claudy ook doet. Ze gebruikt dezelfde pigmenten als in de zestiende en zeventiende eeuw. Wede en meekrap zijn verfplanten die Claudy ook gebruikt. Dat deed Rembrandt ook.'
De tentoonstelling Claudy Jongstra in het Leidse Museum De Lakenhal is nog te zien tot en met 28 februari 2021.