Haagse raad akkoord: grote kunstinstellingen leveren in om kleinere te steunen

Kunstenaar plaatst een enorme kraai op het Haagse stadhuis tijdens een eerder editie van Crossing Border
Kunstenaar plaatst een enorme kraai op het Haagse stadhuis tijdens een eerder editie van Crossing Border © ANP
DEN HAAG - De acht grootste Haagse kunstinstellingen krijgen anderhalf procent minder subsidie dan eerder gedacht. Dat geld komt ten goede aan achttien instellingen die anders geen of veel minder geld zouden krijgen, waaronder Crossing Border, TodaysArt, The Dutch Don't Dance Division, Lonneke van Deth Dans en Theater Branoul en Rabarber.
De Haagse gemeenteraad heeft donderdagavond ingestemd met een voorstel van de VVD, PvdA en Hart voor Den Haag. De raad brengt daarmee een belangrijke verandering aan in het advies van een speciale commissie voor de verdeling van de subsidies voor de culturele instellingen in Den Haag de komende vier jaar.
Kleine Haagse kunstinstellingen krijgen alsnog subsidie door korting op grootste organisaties
Reden voor die wijziging is volgens de indieners van het voorstel dat het voor 'veel inwoners van Den Haag een groot gemis zou zijn' als een deel van de instellingen verdwijnt. 'De kleinere instellingen zijn daarnaast voor de culturele infrastructuur van Den Haag van essentieel belang, omdat zij voor nieuw talent een springplank vormen binnen het zogenoemde ecosysteem van de Haagse kunst en cultuur, waaruit dit talent zich kan ontwikkelen. Dit is uiteindelijk ook van waarde voor de grotere instellingen.'

Ontraden

De Haagse wethouder Robert van Asten (D66, cultuur) had de partijen steeds ontraden het voorstel in te dienen. Hij benadrukte steeds dat de manier waarop de partijen hun plan financierden niet correct zou zijn. De grote instellingen zouden het geld ook niet kunnen missen. Daarnaast zou het juridisch niet in orde zijn en kunnen leiden tot rechtszaken. De indieners bestreden dat laatste.
De gemeente Den Haag bepaalt één keer in de vier jaar waar subsidies voor een langere periode naartoe gaan, zodat de instellingen weten waar ze aan toe zijn. Een aantal deskundigen beoordeelt daarvoor de verzoeken van de organisaties. De speciale Adviescommissie Meerjarenbeleidsplan Kunst en Cultuur 2021-2024 presenteerde het advies 'Kracht en Kwetsbaarheid – Op weg naar een verbindende kunstsector in een veranderende stad' eind mei aan de wethouder.

Positief advies

In totaal dienden 103 instellingen een aanvraag in, waarvan zeventig nu al geld krijgen. De commissie mocht een bedrag van bijna 56 miljoen euro over de aanvragers verdelen. Er kwam een positief advies over 57 aanvragen. Vijftig over instellingen die al in het huidige Kunstenplan zitten en zeven van nieuwe aanvragers.
De nieuwe initiatieven die geld krijgen, zijn onder meer Story Academy, een multicultureel platform dat ruimte wil creëren voor jonge en talentvolle makers, het alternatieve muziekfestival Grauzone, het Haags Theaterhuis, het danscollectief OFFprojects en het kunstenaarscollectief Topaze.

Andere manier

Een voorstel van D66 om te kijken hoe de cultuurankers in Haagse Hout en Scheveningen én het openluchttheater in het Zuiderpark kunnen worden verstevigd, kreeg ook veel steun .
Verder besloot de raad dat er een onderzoek moet komen naar een andere manier waarop de subsidies iedere vier jaar worden verdeeld, omdat de huidige werkwijze steevast op kritiek kan rekenen en voor onrust zorgt bij de instellingen. Daarom gaat de wethouder nu op verzoek van de raad onder aanvoering van ChristenUnie/SGP op zoek naar alternatieven. Daarbij wordt onder meer gekeken hoe het geld in andere steden wordt verdeeld.

Trots

Wethouder Van Asten laat in een reactie weten 'trots' te zijn op het nieuwe kunstenplan. 'Daarin vinden we grote én kleine instellingen, internationaal bekende gezelschappen en musea én met laagdrempelige, gewortelde plekken voor kunst en cultuur, en een groot aantal nieuwkomers terug. We hebben bewuste scherpe keuzes gemaakt. Met dit Kunstenplan bouwen we aan een financieel gezonde en sterke sector, waarbinnen fair pay en inclusie speerpunten zijn. Hierdoor onstaat volop ruimte voor creativiteit en het experiment. Het is mijn wens dat het Haagse culturele aanbod divers, eigentijds en voor iedereen aantrekkelijk en toegankelijk blijft. In een stad met 180 nationaliteiten moet voor iedereen iets te doen zijn en voor iedereen iets te maken.'