Kinderen planten eerste boom in Prinses IreneBos: 'Zonder bomen geen mensen'

ALPHEN AAN DEN RIJN - Zaaien zodat volgende generaties mensen en dieren kunnen oogsten. Met die gedachte is deze week de eerste boom van het Prinses IreneBos in Alphen aan den Rijn geplant. Hoewel de Nationale Boomfeestdag van 17 maart naar 10 november is verplaatst, hebben demissionair minister Carola Schouten en het Alphens kindercollege de festiviteiten alvast ingeluid.
'Dit is nu officieel jullie boom. Gefeliciteerd', zegt Schouten (ChristenUnie) tegen de kinderburgemeester en kinderwethouders. Op uitnodiging van de demissionair minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit is het vijftal jonge tieners naar Park Zegersloot-Noord gekomen. 'Hun' esdoorn wordt daar onderdeel van een 23,5 hectare groot bos, dat naar prinses Irene is vernoemd.

Hoe waardevol bomen zijn, beseffen de kinderen maar al te goed. 'Ze zijn heel belangrijk voor de lucht. En voor de mensheid, insecten en dieren', vertelt Marijse Vogel, kinderwethouder natuur. 'Zonder bomen kunnen we niet leven.' Haar ambtsgenote Day van der Pijl (openbare ruimte) vult aan: 'Je kan er leuk in spelen. En iedereen heeft ze nodig. Als er geen bomen waren, zouden er niet eens mensen zijn.'
'Zoveel voor de natuur gedaan'
Dat de 64ste Boomfeestdag in Alphen wordt gevierd, kost de gemeente in totaal een ton. Al wordt 20.000 tot 30.000 euro daarvan door de provincie Zuid-Holland betaald. 'Dit is voor ons een droomlocatie. We wilden een bos geven aan prinses Irene, omdat zij twee jaar geleden 80 is geworden en ze zoveel met kinderen voor de natuur heeft gedaan. Dat kregen we hier in de schoot geworpen', aldus Peter Derksen, directeur van de Nationale Boomfeestdag.
Boomfeestdag uitgesteld, toch plant minister eerste boom in Prinses IreneBos
Het is de bedoeling dat prinses Irene op woensdag 10 november haar eigen bos komt openen. Tot die tijd wordt het gehele park flink onder handen genomen. Stef Strik, die de Alphense tak van het Instituut voor Natuureducatie en Duurzaamheid (IVN) vertegenwoordigt, weet er alles van. Als enige bewoner van het natuurgebied wordt hem geregeld gevraagd waarom er de laatste tijd in het bos zoveel bomen worden gekapt.
Levensduur van 20 tot 30 jaar
Hij wijst naar een omgezaagde oude wilg. 'Dit zijn loofbomen die eigenlijk maar een levensduur van 20 tot 30 jaar hebben', legt Strik uit. 'Daarna krijgt een wilg allerlei dode stukken bovenin en vallen er dode takken uit. En dat is gevaarlijk in een park waar mensen zijn en kinderen spelen. Die wilgen moet je er na 30 jaar uithalen, zodat andere bomen als beuken, eiken en lindes meer kracht en licht krijgen om volwassen te worden.'

Toekomstige generaties zullen daar pas de vruchten van plukken, realiseert hij zich. 'Er is een spreekwoord: boompje groot, plantertje dood. Je plant een klein struikje, maar voordat wij meemaken dat het een boom is, ben je vaak 50 of 60 jaar verder.'
Vier keer de stad Utrecht
Alle betrokkenen zijn het erover eens: Nederland heeft meer bomen nodig. Daarom hoopt demissionair Schouten dat alle kinderen er één hebben kunnen planten voordat ze van de basisschool af gaan. 'We willen de komende tien jaar ongeveer vier keer de stad Utrecht vol met bomen zetten', vertrouwt ze het Alphens kindercollege toe. 'Daar hebben we heel veel kinderen voor nodig.'

Maar haar boodschap is eigenlijk vooral bedoeld voor volwassenen. Zo daagt ze alle lijsttrekkers voor de Tweede Kamerverkiezingen uit om dit jaar ten minste één boom te planten. Demissionair premier Mark Rutte (VVD) heeft als eerste een uitnodiging ontvangen voor haar Boomplant Challenge.
'Eerste van miljoenen die volgen'
En de kinderen dan? Die mogen op hun beurt weer een wens doen aan de bomenminister. 'Dat voor elke boom die er uitgaat, er ook weer eentje ingaat', deelt Day die van haar. Marijse: 'En dat de boom die wij nu geplant hebben, de eerste is van de miljoenen die hierna nog volgen.'