Tien jaar na schietpartij Ridderhof: 'Eerste hulp aan Tristan had geen zin meer'

2 april 2016: Vijf jaar na het schietdrama in de Ridderhof
2 april 2016: Vijf jaar na het schietdrama in de Ridderhof © ANP
ALPHEN AAN DEN RIJN - Nog een klein uurtje doorwerken in de supermarkt en dan met een krat bier naar de skatebaan. Dat is wat er aan het begin van een warme zaterdagmiddag in april 2011 door het hoofd van de dan 17-jarige Stan gaat. Totdat er zich een drama van ongekende omvang voltrekt in het Alphense winkelcentrum Ridderhof. 'Ik zag de benen van die schutter onder de kassa liggen.'
Vrijdag 9 april is het tien jaar geleden dat Tristan van der Vlis zes mensen doodschoot in winkelcentrum Ridderhof, om daarna ook zijn eigen leven te beëindigen. Deze week blikt Omroep West met direct betrokkenen terug op die fatale dag in Alphen aan den Rijn.
Zoals elke zaterdag verdient Stan een zakcentje als medewerker van supermarkt Albert Heijn. Met één andere collega zorgt hij ervoor dat alle vakken worden bijgevuld. Het is 'gezellig druk', dus ze rennen continu heen en weer.
Opeens klinken er knallen. Er is vast een kar omgevallen bij de bloemenzaak hier tegenover, denkt Stan schouderophalend. Luttele fracties later komt een leidinggevende de winkel in rennen en blijkt er iets veel ergers aan de hand te zijn. 'Er wordt geschoten!'

Vlucht naar magazijn

Pas de tweede keer dat hij het hoort, komt de boodschap bij hem binnen. De jonge Alphenaar neemt een handvol klanten met zich mee en vlucht naar het magazijn. Na enkele minuten is het doodstil in de supermarkt. Stan gluurt naar buiten en ziet dat de kust veilig is.
12 april 2011: De eerste mensen halen weer hun boodschappen bij Albert Heijn, waar de schutter zelfmoord pleegde
12 april 2011: De eerste mensen halen weer hun boodschappen bij Albert Heijn, waar de schutter zelfmoord pleegde © ANP
Hij gaat kijken of er nog iemand hulp nodig heeft. Onderweg ziet hij alleen maar achtergelaten mandjes en winkelwagens. 'Aan de voorkant stond een vrouw. Ze riep: Ik heb een EHBO-diploma, ik kan helpen', herinnert Stan zich.

'Gigantische geweren'

'Ik liep richting de kassa en daar zag ik de schutter liggen. Zijn benen staken eronder uit. Eerste hulp verlenen had geen zin meer.' Wat er zich precies heeft afgespeeld, weet hij op dat moment nog niet. Wel dat er 'iets vreselijks' is gebeurd.
Het winkelcentrum als plaats delict na het schietdrama
Het winkelcentrum als plaats delict na het schietdrama © John van der Tol
Bepaalde details kan Stan zich niet meer helder voor de geest halen, maar één beeld is hem wél bijgebleven: dat van een zestal SWAT-agenten die de Ridderhof ontruimen. 'Ze waren helemaal ingepakt, je kon geen gezichten zien. En de geweren die ze droegen waren gigantisch.'

Slachtofferhulp aangeboden

In het naastgelegen zalencentrum De Bron krijgt Stan slachtofferhulp aangeboden. Al staat hij niet erg te springen om dat laatste. 'In groepjes praten over je ervaringen vond ik als 17-jarige maar onzinnig. Ik werd er heel cynisch van.' Puberaal gedrag, noemt hij het nu.
Het voelt nog steeds als iets heftigs, maar ik heb het een plek gegeven
Niet lang na het schietdrama pakt hij zijn bijbaan in de supermarkt 'gewoon' weer op. Sterker: hij blijft er nog jarenlang werken, zelfs als hij al naar Utrecht is verhuisd, en krijgt bovendien een leidinggevende functie.

Emotionele reactie

Nu, tien jaar later, zegt Stan weinig tot geen last meer te hebben van de heftige gebeurtenissen op 9 april 2011. Al is hij in de beginjaren jaren wel 'onnodig waakzaam', zoals hij het zelf omschrijft. 'Als ik op straat een knal of een ander hard geluid hoorde, triggerde dat me.'
Een zee van kaarsjes bij de Ridderhof na het schietdrama
Een zee van kaarsjes bij de Ridderhof na het schietdrama © John van der Tol
'Maar die houding kost ontzettend veel energie', vervolgt hij zijn verhaal. Mede door met mensen te praten over wat hij heeft meegemaakt, is zijn emotionele reactie wat afgezwakt. 'Het voelt nog steeds als iets heftigs, maar ik heb het een plek gegeven. Al blijft zoiets wel altijd een deel van je.'

'Ga met iemand praten'

Overigens is er nooit een psycholoog aan te pas gekomen. Zou dat hem achteraf hebben geholpen? 'Ongetwijfeld', geeft Stan toe. 'Ik heb het zelf op kunnen oplossen. Maar als ik iemand in mijn positie een advies moet geven, dan zou ik zeggen: ga met iemand praten die heel goed weet hoe dit werkt.'
De naam Stan is gefingeerd. Zijn echte naam is bij de redactie bekend, maar hij wil zijn verhaal alleen anoniem vertellen. 'Ik voel er weinig voor om mijn naam aan dit onderwerp te verbinden, of eigenlijk überhaupt in de media verschijnen hoeft voor mij al niet echt', laat hij weten.