Advocaat van politicus Arnoud van Doorn vraagt tevergeefs opheldering over strafzaak

Arnoud van Doorn
Arnoud van Doorn © ANP
DEN HAAG - De advocaat van het Haagse gemeenteraadslid Arnoud van Doorn heeft de Haagse rechtbank maandag tevergeefs om opheldering gevraagd over de strafzaak tegen de politicus. Van Doorn was oorspronkelijk PVV-raadslid, maar bekeerde zich tot de islam. Hij zit nu voor de Partij voor de Eenheid (PvdE) in de gemeenteraad van Den Haag. Van Doorn wordt vervolgd voor antizionistische twitterberichten die hij in mei 2018 verstuurde.
Het Openbaar Ministerie (OM) beschuldigt de politicus van opruiing. In reactie op televisiebeelden uit Palestijns gebied over het optreden van Israëlische troepen tegen jongeren, schreef hij in mei 2018 op Twitter: 'Moge Allah de zionisten vernietigen.' Die tekst herhaalde hij in het Engels.
Over de tweets werd aangifte gedaan bij de politie. Arnoud van Doorn hoorde lange tijd niets meer van de zaak, maar enkele maanden geleden kreeg hij toch bericht dat hij zich voor de rechter moet verantwoorden. 'Plompverloren besloot het OM hem te vervolgen', klaagde de advocaat van de Haagse politicus maandag bij de Haagse rechtbank. 'Merkwaardig', meende de raadsman.

'Smeekbedes gericht aan Allah'

De rechtbank hield maandag een eerste zitting over de zaak, waarbij Van Doorn zelf niet aanwezig was. Hij zit in quarantaine vanwege een coronageval in zijn gezin. Zijn advocaat wilde dat het OM hem documenten ter beschikking zou stellen waaruit zou moeten blijken waarom tot vervolging van Van Doorn is overgegaan. Het ging om een briefwisseling met het college van procureurs-generaal, de topbestuurders van het Openbaar Ministerie en om een rapport van een expertisecentrum over discriminatie.
Verder zou de rechtbank een islamdeskundige moeten inschakelen. De man zou kunnen uitleggen dat de tweets van Van Doorn niet de bedoeling hebben gehad om anderen tot geweld aan te zetten. De teksten waren smeekbedes gericht aan Allah, vertelde de advocaat.

'Niet relevant'

De rechtbank wees de verzoeken van de advocaat af als 'niet relevant' en 'niet noodzakelijk'. De inhoudelijke behandeling van de strafzaak staat gepland op 14 september.