Verdachte ontkent beschieten Saoedische ambassade in Den Haag

De 40-jarige verdachte wordt aangehouden
De 40-jarige verdachte wordt aangehouden © Regio15
DEN HAAG - Het pistool waarmee in november de ambassade van Saoedi Arabië in Den Haag is beschoten, is nog steeds spoorloos. Dat bleek maandag op een tweede inleidende strafzitting in de rechtbank. De verdachte Mohammed A. (40) uit Zoetermeer zei het niet te weten. Hij beweert al acht maanden onschuldig vast te zitten. De rechter besloot dat hij in de cel moet blijven.
'Ik heb nooit geschoten', zei A. opeens tegen de officier van justitie. Tot dusver had hij steeds gezwegen over de aanslag op de ambassade. In de vroege ochtend van 12 november werd het gebouw onder vuur genomen met een pistool. De kogelregen maakte zeker twintig gaten in het pand, maar niemand raakte gewond.
Toch wordt de Zoetermeerder er ook van verdacht dat hij de bewaker dood wilde schieten, of in elk geval bedreigd heeft. Dat slachtoffer zal een schadevergoeding eisen. Het onderzoek naar wat het OM ten laste legt als een ‘terrorististische daad’ is afgerond. Mohammed A. is geobserveerd in het Pieter Baan Centrum, omdat er het vermoeden is dat hij een psychische stoornis heeft. Getuigen van de schietpartij hoorden hem roepen dat hij de profeet zou zijn. Het rapport is bijna klaar.

Advocaat wil vrijlating verdachte

De verdachte zit nu ruim acht maanden in hechtenis en zijn advocate vroeg om zijn voorlopige vrijlating. Als de inhoudelijke behandeling eind dit jaar dient, zou de Zoetermeerder meer dan een jaar achter de tralies zitten en dat is te lang, aldus de raadsvrouw. Ze verwees naar het zogenoemde Marengoproces, waarbij de maatschappij ook geschokt is, maar een aantal verdachten de zitting toch in vrijheid mogen afwachten.
De officier van justitie verzette zich tegen dit verzoek. 'We zien gevaar', zei hij. Het risico op herhaling zou groot zijn, omdat er nog niets bekend is over de mogelijke psychische stoornis en het pistool nog ergens ligt. Ook de rechter oordeelde dat van vrijlating nog geen sprake kon zijn. Daarvoor vindt de rechtbank de zaak te ernstig. Inhoudelijk zal de zaak dienen op 14 december.