Overvallers Katwijkse juwelier bekennen en hebben spijt, OM eist toch 8 jaar

Een van de verdachten met een hamer in zijn hand
Een van de verdachten met een hamer in zijn hand © Opsporing Verzocht
KATWIJK - De twee mannen die een jaar geleden juwelier Kleen in Katwijk overvielen geven toe dat zij de daders zijn. Dat bleek vrijdag bij de behandeling van hun rechtszaak. De 23-jarige Amsterdammers Naoufal A. en Yassir L. bevestigden dat zij de mannen zijn die te zien zijn op de bewakingscamera's van de winkel. Het openbaar ministerie eist acht jaar cel tegen beide mannen. Medeverdachte Ricardo da S., die de vluchtauto bestuurde, hoorde vijf jaar cel eisen.
De juwelier werd op 20 november 2020 overvallen. Daarbij werd de eigenaar meerdere keren hard op zijn hoofd geslagen met een klauwhamer. Daniel Kleen liep ernstig hoofdletsel op en ook zijn knie werd hard geraakt. Hij kan niet meer goed lopen.
Juwelier Daniel Kleen kreeg flinke klappen tijdens de overval
Juwelier Daniel Kleen kreeg flinke klappen tijdens de overval © Omroep West
Verdachte L. belde halverwege de middag aan bij de juwelier in de verwachting dat hij en A. zonder moeite buit zouden meekrijgen. Dat de juwelier hen met een stoel te lijf ging, was een tegenvaller. Daarop sloeg L. hem een aantal keren met een klauwhamer op zijn hoofd.

'Zijn kankerhoofd naar binnen slaan'

L. verklaarde vrijdag dat hij de hamer alleen wilde gebruiken om vitrines in te slaan, maar tijdens zijn voorarrest heeft hij tegen een undercoveragent die zich voordeed als medegedetineerde gezegd dat hij als 'plan B' de hamer ook zou gebruiken om die man 'zijn kankerhoofd naar binnen te slaan'. Nu zegt de verdachte dat hij bewust niet te hard heeft geslagen.
Deze beelden werden destijds van de overval gemaakt:
Verdachte A. geeft toe dat hij een omgebouwd gaspistool bij zich had, dat hij heeft geprobeerd daarmee op de deur van de winkel te schieten en dat hij heeft gedreigd naar omstanders.

Buit niet verdeeld

De buit van de overval bedroeg één Rolex horloge en wat ringen. Verdachte L. heeft die verpatst voor 5.000 euro en is van het geld vakantie gaan vieren in Marokko. A. en de derde verdachte, Ricardo Da S., hebben er niets van gezien.
Da S. was niet bij de overval, maar zou de vluchtauto hebben bestuurd en bij minstens één voorverkenning zijn geweest. Hij zegt dat hij niet wist dat de andere twee de overval zouden plegen. Er was hem alleen gevraagd om de auto te besturen. 'Anders was ik nooit meegegaan.' Ook bij de voorverkenning wist hij niet dat het daarom ging, zo zei hij vandaag.

'Geen haat'

Verdachten L. en A. probeerden tijdens de zitting de rol van Da S. zo klein mogelijk te maken, door te zeggen dat hij niet wist wat er stond te gebeuren. Hij moest alleen rijden. Da S. herhaalde dat later in de zitting nogmaals door te zeggen dat hij er niks mee te maken heeft.
De zitting kreeg een opmerkelijke wending met de slachtofferverklaring van de juwelier. Hij beschreef niet alleen wat de overval met hem en zijn gezin heeft gedaan, 'mijn zoon dacht dat ik dood ging', maar hij zei ook dat hij de beide mannen wil vergeven. Dat betekent niet dat hij niet wil dat ze gestraft worden, wel zegt hij: 'ik voel geen haat in mijn hart.'

Boks

Kleen vroeg de rechtbankvoorzitter of hij de twee verdachten de hand mocht schudden. Terwijl de voorzitter daar nog over nagedacht, gezien de corona-situatie en de beperkingen in de zaal, zei verdachte L. 'een boks mag toch?' Vervolgens stond hij op, gevolgd door verdachte A. en liep op de juwelier af. Ze gaven hem allebei een ferme boks met de vuist en L. bood nogmaals zijn excuses aan.
L. zei: 'de pijn die ik u heb aangedaan is eigenlijk geen vergeving waard.' De juwelier zei te geloven in het oprechte berouw van L. en spoorde hem aan om ook vergeving te vragen aan God.
Later meer.