Opluchting bij scholen: 'Die mondkapjes, tja dat doen we dan maar'

Het hoger onderwijs en de meeste basisscholen en middelbare scholen zijn blij dat ze open kunnen blijven en geen beroep hoeven te doen op digitaal onderwijs. Toon van Velzen is directeur bij PCPO Westland, een organisatie waar vijftien basisscholen onder vallen in Westland en Midden-Delfland. Hij realiseert zich naar eigen zeggen heel goed dat de keuze om de scholen open te houden betekent dat andere sectoren nu 'de klos' zijn.

Dat betreurt hij, maar Van Velzen is toch vooral heel blij dat de scholen door kunnen gaan. 'Alles beter dan hybride onderwijs', vindt PCPO. 'Kinderen hebben die school gewoon hard nodig', zegt Van Velzen. 'Ook vanuit sociaal-emotioneel oogpunt. Dit is voor de kinderen goed.'

Ook de Haagsche Schoolvereeniging HSV is blij met de keuze om het onderwijs open te houden. 'Zolang wij openblijven, kunnen wij beter onderwijs geven aan de kinderen. En ik denk dat dat vooral belangrijk is voor de langere termijn', laat een medewerker van HSV weten.

Manuel Vera heeft een hele andere mening. Hij is directeur van een school voor speciaal onderwijs in de Haagse wijk Laak, die half november noodgedwongen de deuren moest sluiten vanwege het hoge aantal besmettingen. Zijn school staat in een wijk met een lage vaccinatiegraad en nauwelijks testbereidheid bij de ouders. Scholen die 'in brand staan', zoals hij het eerder bij Omroep West formuleerde. Voor hem verandert er in feite niets, omdat hij de meest strenge maatregelen op zijn school nooit heeft kunnen afbouwen. 'Wij hadden al mondkapjes en anderhalve meter afstand'.

Vera ziet vooral grote verschillen tussen scholen. 'Aan de ene kant zijn er de scholen in de betere wijken, waar bijna niks aan de hand is. En aan de andere kant kwetsbare scholen zoals die van mij, waar het hoge aantal besmettingen een enorme last is'.

Onlangs deed hij zijn verhaal bij onder meer Omroep West. Dat leverde hem veel reacties op van scholen in achterstandswijken uit heel Nederland, die zijn verhaal herkenden. De nieuwe maatregelen zullen voor dergelijke scholen geen verschil maken, denkt Vera. De crisis is daar al lange tijd gaande en zal niet direct worden opgelost. Wel hoopt hij dat het er toe leidt dat het totale aantal besmettingen gaat dalen. 'Pas als die fors omlaag gaan, kunnen wij weer normaal onderwijs geven'.

De middelbare scholen hadden al ervaring met het dragen van mondkapjes in de gangen, maar voor veel leerlingen in het basisonderwijs is dit nieuw. Kinderen vanaf groep 6 moeten met ingang van maandag een mondmasker dragen op plekken waar ze geen anderhalve meter afstand kunnen houden. Voor HSV in Den Haag is dat geen al te moeilijke maatregel. 'Concreet houdt dat in dat de kinderen eigenlijk alleen in de gangen een mondkapje op moeten houden. In de klas kunnen ze hem weer afdoen en tijdens de pauze kunnen ze hem buiten ook weer afdoen. Het is misschien eventjes wennen, maar het zijn allemaal korte momenten dat de kinderen een mondkapje op moeten hebben, dus het moet te doen zijn', legt een HSV-medewerker uit.

Wel is er twijfel over het nut van de mondmaskers. 'Ik vraag mij af hoe effectief deze mondkapjesplicht vanaf groep zes gaat zijn', zegt de medewerker van HSV. 'Maar daarbij moet ik wel benadrukken dat wij zien dat hoe ouder de kinderen zijn, hoe meer besmettingen er in de klas zijn. Dus ik snap wel dat de mondkapjesplicht voor kinderen vanaf groep zes wordt ingesteld'. Toon van Velzen is er kort over: 'Die mondkapjes, tja dat doen we dan maar'.

De premier had vrijdagvond nog een dringend advies: 'Test leerlingen twee keer per week!' Die verantwoordelijkheid is volgens Van Velzen van PCPO Westland aan de ouders. 'Het lijkt mij toch niet dat wij dat op school moeten gaan doen. Er is altijd een categorie die daar niet aan meedoet. Voor leerkrachten is het ondoenlijk om rekening te houden met wie wel en wie niet.' Op Vera maakt het testadvies weinig indruk: 'Voor onze medewerkers hadden we altijd al professionele testers op school. Maar 'mijn' ouders testen niet.'