Oud-burgemeester Den Haag wist van signalen van corruptie bij Groep de Mos

DEN HAAG - Voormalig burgemeester van Den Haag Pauline Krikke wist dat er mogelijk sprake was van corruptie bij Hart voor Den Haag/Groep de Mos, zo heeft de hoogste veiligheidsambtenaar van de gemeente Den Haag verklaard tegen de rijksrecherche. Krikke heeft altijd ontkend dat zij iets wist van het onderzoek naar de partij van voormalig wethouder Richard de Mos.
Ook waarschuwden ambtenaren Krikke dat de omstreden regeling voor nachtvergunningen wel heel erg was toegeschreven op één bedrijf: zalencentrum Opera, eigendom van Groep de Mos-lijstduwer en -financier Atilla Akyol. Dat blijkt uit transcripten van verhoren in het Haagse corruptieonderzoek, die in handen zijn van Omroep West.
De voormalig burgemeester ontkent tegenover de rijksrecherche niet dat zij is geïnformeerd over het gerucht dat er horecavergunningen te koop waren via een raadslid van Groep de Mos. Toch lijkt ze nooit op één van de signalen van belangenverstrengeling te hebben gereageerd. Er werden geen vragen gesteld aan ambtenaren en ze zou collega-bestuurder De Mos nooit apart hebben genomen voor opheldering. Dit roept zelfs vragen op bij de rijksrecherche.

'Ik wist er niets van'

'Ik ben ontzettend geschrokken', vertelt Pauline Krikke op 1 oktober 2019 voor de camera van Omroep West. Die ochtend heeft de rijksrecherche de huizen van wethouders Richard de Mos en Rachid Guernaoui binnenstebuiten gekeerd, evenals de fractiekamer van Groep de Mos op het Haagse stadhuis. 'Ik wist er niets van', zegt Krikke over het corruptieonderzoek. 'Ik ben tegelijkertijd geïnformeerd met de instap.' Dit vertelt zij die dag niet alleen tegen de massaal toegestroomde pers, maar ook tijdens een besloten beraad met fractievoorzitters uit de gemeenteraad.
Hieronder zie je het fragment met de reactie van voormalig burgemeester Krikke over de invallen bij De Mos en Guernaoui op 1 oktober 2019.
Dat Krikke op het laatste moment is geïnformeerd over de inval, is waarschijnlijk de waarheid. Maar het tegenovergestelde lijkt te gelden voor Krikkes uitspraak dat zij niets wist over een onderzoek naar Groep de Mos. Eén van de voornaamste adviseurs van Krikke heeft namelijk iets anders verklaard tegenover de rijksrecherche.

'Gemeld aan de burgemeester'

Ruim een jaar voor de inval, op 19 september 2018, trekt een veiligheidsambtenaar van de gemeente aan de bel bij zijn leidinggevenden. Hij heeft via contacten in de horecawereld gehoord dat er bij de gemeente Den Haag vergunningen te koop zouden zijn voor 15.000 euro, naar verluidt via Groep de Mos-raadslid Nino Davituliani. Een van die leidinggevenden is de directeur veiligheid, die toeziet op alles waarvoor de burgemeester verantwoordelijk is op het gebied van openbare orde en veiligheid.
'Ik heb het gemeld aan de burgemeester en de gemeentesecretaris', verklaart de directeur tegenover de recherche als die hem vraagt naar het gerucht. Dat de directeur dit meldt bij Krikke, heeft hij afgesproken met de ambtenaar. Haar reactie was summier: 'Ze schrok ervan. Dat was het. Ik heb haar ook gezegd dat het onderzoek ging lopen en dat we extra alert zouden zijn op verzoeken vanuit dat adres (het restaurant waar het gerucht vandaan kwam, red.).' Ook de politie wordt ingeseind. Niet veel later opent de rijksrecherche een onderzoek.

Geen groot thema op veiligheidsafdeling

De directeur veiligheid zegt hierna zelf geen actie meer te hebben ondernomen, omdat er inmiddels aan de bel was getrokken bij de politie: 'Ik ben er vanuit gegaan dat er een onderzoek liep.' De eerste keer dat hij er weer met de ambtenaar over sprak zou na de inval op het stadhuis zijn geweest. Dit suggereert dat de melding in de tussentijd geen groot thema is geweest op de veiligheidsafdeling van de gemeente. De directeur zegt ook dat zulke geruchten in het verleden ook weleens rondgingen. Krikke heeft volgens hem nooit gevraagd om een stand van zaken.
De namen van de ambtenaar en directeur veiligheid zijn bekend bij de redactie en betrokkenen bij dit dossier, maar omdat ambtenaren zich niet vanuit het hoofd van hun functie kunnen verdedigen in de media, worden deze in dit verhaal achterwege gelaten. Tips? sjors.hofstede@omroepwest.nl
Als Krikke zelf tijdens haar getuigenverhoor wordt gevraagd naar de melding over het gerucht, gebeurt er iets opmerkelijks. Tot dan toe toont ze zich een stugge gesprekspartner: nagenoeg iedere vraag over haar samenwerking met Richard de Mos wordt kortaf beantwoord. 'Ik vind daar niks van', 'ik wist van niks', 'dat weet ik niet meer'. Maar als een rechercheur begint over de melding, lijkt Krikke op te schrikken: 'Hoe weten jullie dit?'

'Dat kan ik mij niet herinneren'

Hierop zegt de recherche dat de directeur veiligheid dit heeft aangegeven tijdens zijn verhoor. Krikke reageert: 'Dan laat ik dat voor [naam van de directeur].' Als de recherche vervolgens vraagt of Krikke weet of er actie is ondernomen naar aanleiding van de melding, zit zij weer in haar schulp: 'Dan zou ik moeten raden', zegt ze. 'Dat kan ik mij niet herinneren.'
Krikke ontkent dus niet dat zij op de hoogte is gebracht van het gerucht. Dat zij niet wist van de gevolgen van de melding, is natuurlijk mogelijk. Waarschijnlijk is zij mondeling geïnformeerd door de directeur. Dit komt niet ter sprake tijdens zijn verhoor, maar de ambtenaar verklaart dat de directeur dit wel tegen hem gezegd heeft. Er is ook geen schriftelijke correspondentie aangetroffen tussen Krikke en de directeur over de melding, laat de gemeente weten na een Wob-verzoek van Omroep West.

Krikke niet geïnformeerd door OM

Er zijn geen aanwijzingen dat Krikke wist van het grote rechercheonderzoek dat werd opgetuigd na de melding. In mei 2019 wordt in een overleg tussen minister Ferd Grapperhaus van Justitie en Veiligheid en het Openbaar Ministerie (OM) besloten dat Krikke niet wordt geïnformeerd over het onderzoek, zo bleek eerder na een Wob-verzoek van Omroep West. Het OM lijkt haar pas officieel te hebben ingelicht toen de rijksrecherche al in de woonkamer van Richard de Mos stond.
Toch zou het opvallend zijn als er na de melding geen lampje is blijven branden bij Krikke, die een aantal dagen na de instap zelf het veld moest ruimen na een vernietigend rapport over de Scheveningse vonkenregen. Het was immers niet de eerste keer dat Groep de Mos in verband werd gebracht met belangenverstrengeling. Ten tijde van het gerucht was al bekend dat Davituliani een relatie had met Erdinç Akyol, broer van Atilla Akyol en destijds ook in dienst bij Opera. Over de banden tussen het zalencentrum en Groep de Mos was toen al genoeg te doen geweest: in 2017 diende De Mos als raadslid een motie in om Opera een nachtontheffing voor een jaar te verlenen. Vervolgens werd hij door andere partijen beticht van corruptie, tijdens een raadsvergadering die door Krikke werd voorgezeten.

Waarschuwing over nachtvergunning

Ook na het gerucht over de horecavergunningen van 15.000 euro wordt Krikke nog eens gewaarschuwd. Begin 2019 werkt zij met De Mos aan de uitvoering van het horecabeleid zoals dat ruim een half jaar daarvoor is afgesproken in het coalitieakkoord. De Mos gaat als nieuwbakken wethouder over de horeca, Krikke over de bijbehorende veiligheidsaspecten.
De coalitie van Groep de Mos, VVD, D66 en GroenLinks heeft afgesproken dat er nachtvergunningen worden verleend aan grote horecagelegenheden buiten de uitgaanskernen. In die gebieden, waar al onbeperkte opengingstijden gelden, zou geen ruimte zijn voor de dancefeesten waarmee De Mos de stad zo graag wil laten bruisen.

'Toegeschreven naar één ondernemer'

Maar de meeste locaties buiten het centrum lijken helemaal geen behoefte te hebben aan een nachtvergunning, schrijven ambtenaren in een advies aan Krikke. Zij mogen al twaalf keer per jaar langer open blijven dan de reguliere sluitingstijden en er zijn maar twee bedrijven die hierbij in de buurt komen: de twee zalencentra waarin Opera is opgeknipt. Ambtenaren schrijven daarom: 'In het coalitieakkoord is besloten tot een pilot voor nachtontheffingen. Het thans voorliggende voorstel wekt echter de schijn dat is toegeschreven naar ruimere mogelijkheden voor één ondernemer.'
Dat die ondernemer ook lijstduwer en financier van Groep de Mos is, laten de ambtenaren niet onbenoemd. 'Een nadere toelichting van wethouder De Mos op de voorgestelde richting van de pilot lijkt ons daarom geboden', luidt hun advies. De auteur van deze memo zegt in zijn verhoor dat hij in een concept nog stelliger was over de integriteitsrisico’s en eraan had toegevoegd dat nachtvergunningen ruimte bieden voor ondermijning.

Geen aanwijzingen voor ondermijning

De directeur veiligheid zegt dat dit is afgezwakt omdat hier geen harde aanwijzingen voor waren. 'Anders had Opera ook geen vergunning gehad.' Saillant detail is dat de ambtenaar die de notitie schreef, recent betrokken was bij de verdediging van de vergunningen in een rechtszaak die is aangespannen door omwonenden.
Ook de politie is geen fan van de vergunningsregeling, blijkt uit een brief die korpschef Paul van Musscher op 1 april 2019 stuurde aan Krikke. Er zou te weinig capaciteit zijn om te handhaven buiten het stadscentrum. 'Dit geldt met name voor de twee locaties in de Schilderswijk', schrijft hij, daarbij doelend op Opera.

Nachtontheffingen blijven als enige overeind

Naar aanleiding van deze brief wordt tijdens volgende collegevergaderingen besloten om het brede horecavoorstel van De Mos dat is afgesproken in het coalitieakkoord, uit te kleden. De vrije openingstijden voor aanloopstraten in het centrum en lastenverlichting voor onder nemers worden op de lange baan geschoven. Opvallend genoeg geldt dit niet voor de proef met nachtontheffingen, die als enige overeind blijft.
Als de rechercheurs Krikke vragen waarom zij ondanks de negatieve adviezen toch voor de nachtontheffingen heeft getekend, zegt zij dat het uitkleden van het nieuwe beleid de zorgen van de politie wegnam. Als ze vragen naar haar mening over de vergunningen, verwijst ze naar het coalitieakkoord. 'Als daarin zaken staan die je als burgemeester niet bevallen, is de enige mogelijkheid aftreden.' Wat ze dan van het ambtelijke advies vond? 'Daarvan vind ik niks.'

Publicitaire val

Of Krikke tijdens een collegevergadering De Mos heeft gevraagd naar de opzet van de regeling, wordt uit de verhoren niet duidelijk. Zelf geeft zij aan niet op dit verhaal te willen reageren, zolang het strafrechtelijk onderzoek nog loopt. De Mos zegt dat Krikke er juist op heeft aangestuurd om het beleid in stukken te knippen en te beginnen met alleen de vergunningen: 'Ik ben daarmee akkoord gegaan, omdat ik graag snel wilde handelen.'
Maar Krikke zou daarbij de informatie die zij ontving van de politie en haar ambtenaren, hebben achtergehouden. 'Dat bevreemdt me nog steeds.' Hij durft niet met zekerheid te zeggen waarom Krikke hem nooit apart heeft genomen om opheldering te vragen over de signalen van belangenverstrengeling, maar het voelt voor hem alsof ze een val heeft opgezet. 'Juist omdat ze wist van dat gerucht over die vergunningen en die negatieve adviezen had gekregen, wist ze van mijn zwakke plek. En dat die nachtvergunningen konden leiden tot publicitaire schade. Het is alsof ze het heeft laten gebeuren, zodat ik af zou gaan in de pers en de VVD zich daar lekker over kon verkneukelen.' Na het besluit kon De Mos inderdaad op forse kritiek rekenen in de media. Maar ondanks alle twijfels over zijn integriteit blijft hij achter de regeling staan. 'Iedereen die een vergunning wilde heeft hem gekregen, er is niemand bevoordeeld.'

'Iedereen weet dat dit alleen om de Opera gaat'

Ook de recherche lijkt zich af te vragen waarom Krikke niets met haar kennis heeft gedaan. Tijdens haar verhoor wordt een afgetapt gesprek tussen De Mos en Guernaoui aangehaald, waarin De Mos zijn zorgen uit over of er wel vraag is naar de nachtontheffingen. Vervolgens laten ze Krikke een mail lezen van een beleidsmedewerker economie, die gericht is aan een aantal veiligheidsambtenaren. De beleidsmedewerker vertelt daarin dat ze de bestuursadviseur van De Mos heeft aangeraden om te wachten met de nachtontheffingen tot ook de rest van het nieuwe horecabeleid handen en voeten heeft gekregen. 'Dit kan publicitair gezien slecht uitpakken. Iedereen weet dat dit alleen om de Opera gaat.'
Krikke vindt hier desgevraagd opnieuw niks van. Daarop lijkt een rechercheur te suggereren dat Krikke wel veel signalen in de wind sloeg. Hij citeert een artikel uit de Algemene Wet Bestuursrecht: 'Het bestuursorgaan waakt ertegen dat tot het bestuursorgaan behorende of daarvoor werkzame personen die een persoonlijk belang bij een besluit hebben, de besluitvorming beïnvloeden.' Dan volgt de vraag hoe Krikke dit artikel beschouwt in relatie tot de nachtontheffingen. Haar reactie: 'Als ik met u wil bespiegelen over het bestuursrecht, dan bel ik u.'
Het onderzoek door het Openbaar Ministerie naar de Haagse corruptieaffaire is inmiddels afgerond, maar begin 2022 vinden er mede uit wens van de verdediging nog laatste verhoren plaats. Daarvoor is voormalig burgemeester Krikke opnieuw opgeroepen. Als de zaak voor de rechter komt, zal dat waarschijnlijk niet voor eind volgend jaar gebeuren.