Oud-burgemeester Den Haag wist ook van politieonderzoek naar Groep de Mos

Pauline Krikke
Pauline Krikke © ANP
DEN HAAG - De Haagse oud-burgemeester Pauline Krikke wist nog meer over de corruptiesignalen rond Hart voor Den Haag/Groep de Mos dan eerder bekend was. Een jaar voor de inval van de Rijksrecherche op het stadhuis werd zij ingelicht dat er een politieonderzoek liep naar de partij. Dat blijkt uit antwoorden op vragen van de gemeenteraad en Omroep West.
Op de dag van de inval op het stadhuis zei Krikke nog van niks te weten. De gemeente zegt dat Krikke heeft gehoord dat Groep de Mos-raadslid Nino Davituliani door de politie werd onderzocht, maar niet dat de Rijksrecherche ook toenmalig wethouders Richard de Mos en Rachid Guernaoui in het vizier had.
Het onderzoek naar Groep de Mos is gestart in september 2018, toen een veiligheidsambtenaar hoorde dat er via een telefoonnummer vergunningen te koop zouden zijn op het stadhuis. Later werd dit nummer gekoppeld aan Davituliani. De ambtenaar trok hierover aan de bel bij zijn leidinggevenden. Eerder bleek al uit transcripten van de Rijksrecherche dat één van die leidinggevenden, de directeur veiligheid van de gemeente, Krikke hierover informeerde. Maar die documenten, in bezit van Omroep West, schetsen het beeld dat Krikke eenmalig werd geïnformeerd en dat toen alleen de melding van de ambtenaar werd besproken. Nu wordt duidelijk dat toen ook is gesproken over een politieonderzoek.

Tweemaal op de hoogte gesteld

Krikke zei op 1 oktober 2019, de dag van de inval, dat zij 'niets' wist over het corruptieonderzoek. Maar Krikke werd tweemaal (mondeling) op de hoogte gesteld door de directeur, blijkt uit antwoorden op raadsvragen van de Haagse Stadspartij, Partij voor de Dieren en SP. Het eerste gesprek vond plaats in september 2018, het tweede in oktober. In het strafdossier is te lezen dat de veiligheidsambtenaar die aan de bel trok, op 27 september werd gebeld door de Rijksrecherche voor aanvullende informatie over zijn melding.
Op het moment dat Krikke voor de tweede keer werd ingelicht, waren er dus mensen op het stadhuis die wisten dat de integriteitsmelding de Rijksrecherche had bereikt. Die was toen al druk bezig met het onderzoek: op 2 oktober werden Davituliani en haar vriend Erdinç Akyol gadegeslagen en getapt, toen zij de horeca-adviseur ontmoetten bij wie het gerucht vandaan lijkt te zijn gekomen.

Krikke ingelicht over politieonderzoek

Op vragen van Omroep West hierover, antwoordt de woordvoerder van de huidige burgemeester Jan van Zanen dat de directeur veiligheid eerst aan Krikke heeft verteld over het gerucht en het telefoonnummer, en dat dit verder werd uitgezocht. Bij het tweede gesprek zou zijn medegedeeld dat Davituliani onderwerp was van verdenkingen – en dat er een politieonderzoek was gestart.
De directeur zegt via de woordvoerder dat hij zich niet herinnert of hij toen heeft gesproken over een onderzoek door de Rijksrecherche of van de 'gewone' politie. Verder wordt benadrukt dat er op dat moment op het stadhuis niks bekend was over verdenkingen aan het adres van Richard de Mos en Rachid Guernaoui. Dat is zeer plausibel, gezien het onderzoek zich op dat moment in de beginfase bevond.
Veel feiten in dit verhaal zijn gebaseerd op documenten uit het strafdossier van het Openbaar Ministerie, die Omroep West heeft ingezien. De namen van de ambtenaar en directeur veiligheid zijn bekend bij de redactie en betrokkenen bij dit dossier, maar omdat ambtenaren zich niet vanuit het hoofd van hun functie kunnen verdedigen in de media, worden deze achterwege gelaten. Tips? sjors.hofstede@omroepwest.nl

Onbekend hoeveel kennis er was over onderzoek

Hoewel Krikke dus wel wist van een onderzoek, blijft het onduidelijk hoeveel zij wist over de reikwijdte ervan. De directeur veiligheid verklaart ook tegen de Rijksrecherche dat hij na oktober 2018 niets meer heeft gehoord over het onderzoek. Ook is bekend dat toenmalig minister Ferd Grapperhaus van Justitie en Veiligheid en het Openbaar Ministerie (OM) in mei 2019 hebben besloten dat Krikke niet werd geïnformeerd over het onderzoek.
Het OM lijkt haar pas officieel te hebben ingelicht over de voormalig wethouders toen de Rijksrecherche al in de woonkamer van Richard de Mos stond. Krikke heeft tot dusverre niet gereageerd op vragen van Omroep West waarom zij op de dag van de inval niet de volledige waarheid vertelde, en of zij in een later stadium van het onderzoek nog meer heeft gehoord.
Hieronder zie je het fragment met de reactie van voormalig burgemeester Krikke over de invallen bij De Mos en Guernaoui op 1 oktober 2019.
Maar wat Krikke ook wist over het onderzoek, het zou opvallend zijn als zij zelf de lijn naar Richard de Mos niet heeft doorgetrokken. De Mos was in 2018 al eens in verband gebracht met belangenverstrengeling, onder meer toen hij als raadslid een motie indiende om zalencentrum Opera – eigendom van partijdonateur Atilla Akyol – een nachtvergunning te verlenen. Ook was in 2018 al bekend dat Davituliani een relatie had met Erdinç Akyol, broer van Atilla Akyol en destijds ook in dienst bij Opera.

Krikke werd gewaarschuwd

Bovendien werd Krikke begin 2019 gewaarschuwd, toen zij samen met De Mos (toen een half jaar wethouder) werkte aan het nieuwe horecabeleid. Ambtenaren schreven dat een regeling voor nachtvergunningen – uit de koker van De Mos, maar opgenomen in het collegeakkoord – wel heel erg was toegeschreven op zalencentrum Opera. Deze regeling vormt samen met de banden tussen De Mos en de Akyols een groot deel van het rechercheonderzoek. Opvallend is dat de gemeente de regeling onlangs verdedigde in de rechtszaal, tijdens een zaak die is aangespannen door omwonenden.
Ondanks deze signalen lijkt Krikke nauwelijks tot geen vragen te hebben gesteld aan haar ambtenaren, zo verklaren zij bij de Rijksrecherche. Richard de Mos zegt eveneens dat Krikke hem nooit apart heeft genomen om hem om opheldering te vragen. Dat zou betekenen dat Krikke niet heeft gereageerd toen zij bij een regeling voor nachtvergunningen werd gewaarschuwd voor belangenverstrengeling, met als spil de zwager (Atilla Akyol) van een raadslid (Davituliani) waarvan zij wist dat die werd onderzocht vanwege corruptiegeruchten rond vergunningen.

Gissen naar een verklaring

Het blijft nog gissen naar een verklaring hiervoor. Een veel getrokken conclusie na het vertrek van Krikke, die kort na de inval op het stadhuis moest opstappen vanwege de Scheveningse vonkenregen, is dat zij niet de politieke capaciteit had om een grote stad te besturen. Dit zou ook verklaren dat zij niet doorvroeg over de nachtvergunningen, terwijl zij daar zelf bestuurlijk verantwoordelijk voor was.
Ook is het mogelijk dat Krikke het onderzoek van de recherche niet heeft willen frustreren door te praten met anderen, maar dan nog blijft de vraag hangen waarom zij niet de waarheid vertelde tegen de pers en fractievoorzitters van de gemeenteraad.

Gaten in het geheugen

Het zwijgen van Krikke is ook een vruchtbare bodem voor theorieën over kwadere intenties, waarbij het Krikke niet helpt dat zij van VVD-huize is. Tijdens haar verhoren bij de Rijksrecherche beriep zij zich op gaten in haar geheugen, wat het makkelijk maakt om een parallel te trekken met VVD-leider Mark Rutte en zijn vermeende strategie om toe te kijken hoe collega-bestuurders uit de bocht vliegen.
Dat is in ieder geval het gevoel dat Richard de Mos er zelf aan over houdt. 'Juist omdat ze wist van dat gerucht over die vergunningen en die negatieve adviezen, wist ze van mijn zwakke plek', zei hij eerder over het feit dat Krikke instemde met de nachtvergunningen. 'Het is alsof ze het heeft laten gebeuren.'

Krikke in voorjaar opnieuw verhoord

Het onderzoek door het Openbaar Ministerie naar de Haagse corruptieaffaire is inmiddels afgerond, maar begin 2022 vinden er - mede uit wens van de verdediging - nog laatste verhoren plaats. Interessant is dat Krikke in het voorjaar opnieuw wordt verhoord, zowel op wens van het OM als de verdediging. Hierbij zal het vermoedelijk opnieuw gaan over wat zij wist van het onderzoek en komt er misschien een sluitend antwoord op de vraag waarom zij informatie achterwege liet.
Een eventuele rechtszaak vindt waarschijnlijk niet eerder plaats dan het einde van dit jaar. Ver na de aanstaande gemeenteraadsverkiezingen dus. Burgemeester Jan van Zanen zei vorige om die reden dat het Openbaar Ministerie haast moet maken wanneer politici worden beschuldigd van corruptie.