Verkiezingsopkomst op veel plekken erg laag: 'Ik heb er pijn in mijn buik van'

Stemmen tijdens de verkiezingen
Stemmen tijdens de verkiezingen © ANP
DEN HAAG - De definitieve uitslagen moeten nog komen, maar één ding is al duidelijk na de gemeenteraadsverkiezingen van 2022: de opkomst was opvallend laag. Op meerdere plekken in de regio ging nauwelijks de helft van de stemgerechtigden stemmen, en in sommige gevallen is sprake van een daling van zeker vijf procent ten opzichte van de laatste verkiezingen. Politiek analist John Bijl heeft er 'pijn in de buik' van.
'Ik ben bezorgd en bij vlagen cynisch', zegt een merkbaar teleurgestelde Bijl. Gemiddeld bleef de helft van de kiezers deze verkiezingen thuis. Daarvoor ziet de analist meerdere oorzaken.
Wat Bijl betreft hebben landelijke thema's zoals de voortslepende formatie en de toeslagenaffaire wel een aandeel gehad in de lage opkomst, maar waren zij niet de hoofdoorzaak. 'Ongetwijfeld zal het gebrek aan vertrouwen in de landelijke overheid een rol hebben gespeeld, maar ik denk eerder dat dat een katalysator is die is versterkt door de onzichtbaarheid van de gemeente.'

Gemeenteraad is onzichtbaar

Met die 'onzichtbaarheid' doelt Bijl hoofdzakelijk op de rol van de gemeenteraad. 'Mensen weten niet waar de gemeenteraad voor is en waarom dat zo belangrijk is. Ze zien niet hoeveel politiek er achter de besluiten die genomen worden verborgen gaat.'
Dat is niet volledig aan de gemeenten zelf te wijten, benadrukt hij nog wel. Raadsleden, die daarnaast vaak nog een gewone baan hebben, hebben er volgens Bijl de afgelopen jaren ieder jaar gemiddeld een uur per week aan werk bijgekregen. 'Het raadswerk is ongelooflijk veel drukker geworden en dat is ten koste gegaan van het contact dat ze met de mensen hebben.'

Decentralisatie zorgt voor meer werk

Daarnaast speelt ook de groeiende decentralisatie een rol. 'Er is de afgelopen jaren fors bezuinigd op gemeenten. Bij iedere decentralisatie en nieuwe taak ging dat gepaard met bezuinigingen. Gemeenten hebben te weinig ruimte om echt politiek beleid te maken.'
Daarin ziet Bijl tevens een verband met de gemeenteraadsverkiezingen in 2018. Toen steeg de opkomst gemiddeld met één procentpunt. 'Ik denk dat mensen toen veel meer hoorden over die decentralisatie en duidelijk werd welke belangrijke taken de gemeenten erbij hebben gekregen. Dat is er de afgelopen jaren een beetje uitgekukeld, omdat er geen grote veranderingen op dat vlak zijn geweest.'

Meer en kleinere fracties

Andere bepalende factoren zijn volgens Bijl de manier waarop de gemeenteraden tegenwoordig werken en de media die daarover berichten. 'De samenstelling is veranderd. Er zijn meer en vaak ook kleinere fracties dan pak 'm beet 20 jaar geleden. Daardoor is het lastig om een goed inhoudelijk debat te voeren.'
En wanneer de kwaliteit van de debatten daalt, daalt ook de interesse van de burger in de lokale politiek. 'De ironie wil dat de politieke verslaggeving op lokaal niveau juist is toegenomen. Maar als er geen inhoudelijk debat wordt gevoerd, schrijft de media er ook niet over. En als ze dat dan vanuit een bepaalde moraal toch doen, ziet de burger dat het niet goed gaat.'

'Als het niet kan zoals het moet, moet het maar zoals het kan'

Bijl is geen enthousiast voorstander van een stemplicht, maar ziet na deze flinke teleurstelling wel reden om naar een oplossing te zoeken. 'Ik zou graag zien dat mensen het uit zichzelf snappen, maar als tussenoplossing zou het wel eens kunnen gaan werken. Ik ben ook echt gewoon ziek van deze opkomst. Als het niet kan zoals het moet, moet het maar zoals het kan.'