Agressieve Rob heeft spijt van dollemansrit en vechtpartij: 'Ik wilde alleen maar even praten'

Schrijvers van de rubriek Bij de Politierechter
Schrijvers van de rubriek Bij de Politierechter © Theresa Hartgers
DEN HAAG - Het begint met een telefoongesprek met zijn ex, waarin hij op de achtergrond de stem van zijn buurtgenoot Marco hoort. Het leidt tot dollemansrit die op 25 april in Den Haag begint en eindigt met een vechtpartij op het ABC-terrein in Poeldijk. Op de zitting van de politierechter lijkt Hagenaar Rob (32) vol berouw, hoewel hij zich ook wel slachtoffer voelt. Van zijn ex, van zijn situatie, zelfs van Den Haag: 'Ik wil weg uit deze agressieve stad. Ik ga in een boerendorp wonen.'
Dit is een verhaal uit onze serie Bij de Politierechter.
Voor de deur van de rechtszaal zitten twee mannen in donkere sportkleding. Armen gekruist over elkaar, alsof ze vanuit de dugout naar een slechte voetbalwedstrijd zitten te kijken. Een advocaat komt op het nippertje aanrennen en drinkt snel zijn flesje water leeg terwijl hij vraagt in welke zaal hij en zijn cliënt moeten zijn. Een politieman verschijnt, want deze drie mannen zijn al een keer met elkaar op de vuist gegaan. De een, Rob, staat vandaag terecht. Een van de anderen is het slachtoffer, Marco, en de derde is Marco's broer, die er die dag ook bij betrokken was.
Wanneer de zitting eenmaal begonnen is, praat de Haagse aannemer Rob veel en snel: 'Ik zit al jaren in de ellende. Dat komt door mijn ex, die maakt me helemaal gek.' Hoewel ze uit elkaar zijn en hij veroordeeld is voor huiselijk geweld tegen haar, hebben ze op 25 april een paar keer telefonisch contact. Hij volgt haar die dag zelfs een tijdje, maar dan herinnert hij zich zijn agressietraining bij De Waag en gaat weer weg. Hij gaat thuis douchen, om af te koelen. Maar wanneer hij de stem van Marco op de achtergrond hoort tijdens een volgend telefoongesprek met zijn ex, slaan de stoppen alsnog door.

'Dat werkt niet, joh'

Rob heeft een agressieprobleem, geeft hij meteen toe. En die behandeling die hij moet volgen na een eerdere veroordeling? 'Ach, dat werkt niet, joh', legt hij uit aan de rechter. Dat blijkt, want na het horen van die andere mannenstem, krijgt Rob 'argwaan'. Hij stapt in zijn auto om 'even te gaan kijken'. Hij ziet zijn ex rijden en Marco daarachter. Ze slaan allebei een andere straat in. Rob besluit achter Marco aan te rijden: 'Ik ken hem, dus ik dacht: ik ga naar hem toe dan kunnen we even praten.' Maar daar lijkt Marco geen trek in te hebben, dus die rijdt weg. En Rob, die zet de achtervolging in.
Er volgt een dollemansrit door Den Haag. Uit de verklaring van Marco blijkt dat Rob bij hem bumperkleeft, dat hij hem verschillende keren probeert klem te rijden en dat hij hem bij een stoplicht van achter opduwt. Een keer komt hij schreeuwend door het open raam naast hem rijden. Hij roept dat hij 'hem gaat vermoorden' en hij haalt daarbij zijn vinger over zijn keel. Voor die wilde achtervolging wordt Rob vandaag 'bedreiging met een misdrijf tegen het leven' ten laste gelegd.

Vechtpartij

De rechter wil weten wat Rob van dit verhaal maakt. 'Ik wilde met hem praten', begint Rob. De rechter reageert wat verbaasd: 'U rijdt achter hem aan, u rijdt hem klem.' Maar daar wil Rob niets van weten: 'Ik heb zijn auto een heel zacht tikkie gegeven. En ik heb mijn auto schuin voor zijn auto gezet, dat is toch niet klemrijden?' Marco, die achter Rob zit in de rechtszaal, snuift licht en blijft de hele tijd met zijn hoofd schudden in ongeloof.
De wilde achtervolging leidt uiteindelijk naar het ABC-terrein in Poeldijk. Onderweg heeft Marco zijn broer gebeld voor hulp. En ook hij is naar het bedrijventerrein gekomen. Daar ontstaat uiteindelijk een vechtpartij tussen de drie, waarbij de broers Rob met een gasfles op zijn hoofd slaan. Die zaak is inmiddels geseponeerd, de broers staan niet terecht vandaag.

Stroomstootwapen

Wanneer de politie ter plaatse komt, vinden ze in Robs auto een stroomstootwapen en vlakbij zijn auto ligt een boksbeugel op de grond. Dat is het tweede waar Rob voor terechtstaat: verboden wapenbezit. De rechter vraagt Rob wat hij met die wapens van plan was. Rob reageert redelijk laconiek: 'Ik heb hem niet gebruikt. In de armsteun van mijn auto ligt van alles, plugjes, dingetjes.' En dus een boksbeugel en stroomstootwapen.
Wanneer de rechter een vervolgvraag wil stellen, valt Rob hem in de rede. Daar is de rechter niet van gediend. 'Ik stel hier de vragen aan u, u niet aan mij', zegt hij streng. Waarna de rechter opnieuw vraagt of Rob wist dat die dingen verboden zijn. 'Tuurlijk wist ik dat', geeft hij toe.
Wanneer de advocaat van Rob de verdediging mag beginnen, vraagt hij hoe Rob nu zelf naar het voorval kijkt. 'Met berouw, ik heb er heel veel spijt van', begint Rob. 'Ik heb heel erg spijt dat ik me zo door mijn ex uit de tent laat lokken omdat zij afspreekt met iemand anders.' De rechter onderbreekt hem: 'Je zou kunnen denken dat dat haar zaak is.' Daarna vraagt de rechter Rob wat hij zelf kan zeggen over zijn probleem, want de rechter wil naar de toekomst kijken. Rob komt met een verrassend antwoord: 'Ik schrik van mezelf, van mijn agressie. Ik heb een goedlopend bedrijf en mijn zakenpartners lopen weg met me. Ik vind het doodzonde hoe ik dan vandaag hier zit. Ik wil weg, weg uit Den Haag, deze agressiestad. Ik wil wonen in een boerendorp. Ik wil een rustig leven.' Marco schudt weer met zijn hoofd.

Laatste restje van ellende

De officier van justitie begint haar betoog en zegt dat ze een 'forse waarschuwing' wil geven. De hele achtervolging vindt ze niet alleen een bedreiging voor Marco. 'Dat levert natuurlijk ook veel gevaar op voor andere verkeersdeelnemers. Verkeersongevallen binnen de bebouwde kom kunnen ook heel slecht aflopen.' Over die bokbeugel en dat stroomstootwapen is ze kort: 'Die mag je gewoon niet hebben'. Ze eist tachtig uur werkstraf. Daarnaast haalt de officier aan dat Rob in zijn proeftijd zit voor een veroordeling vanwege huiselijk geweld en daar staat nog een taakstraf van twintig uur voor open. Ook wil ze dat Rob gaat meewerken met de reclassering, die onder andere een contactverbod voorstellen. Slachtoffer Marco heeft via de officier een schadevergoeding gevraagd voor de schade aan zijn auto en de impact die de achtervolging op hem heeft gehad.
Robs advocaat begint met een conclusie: 'Hier is iets niet goed gegaan.' Het wapenbezit gaat hij niet bestrijden, maar volgens hem is de achtervolging geen bedreiging. En hij twijfelt of er opzet in het spel is. 'Hij wilde hem tot stilstand brengen om te praten', betoogt hij. Daarom vraagt hij daarvoor vrijspraak. In het laatste woord spreekt Rob nog: 'Dit is het laatste restje van ellende dat door het putje gaat. Ik wil nu een goed voorbeeld zijn.'

Zorgelijk

In zijn oordeel gaat de politierechter helemaal terug naar hoe die dag begon: 'Ik heb vooral goed geluisterd naar de aanleiding, dat telefoongesprek met de ex-partner. Dat vind ik een kleine aanleiding en dan volgt een heftige reactie. Dat is zorgelijk. Dit is gevaarlijk gedrag.' Hij neemt daarom de eis van de officier van justitie over. Rob krijgt tachtig uur werkstraf. En daar voegt de rechter nog twee weken voorwaardelijke gevangenisstraf aan toe: 'Als stok achter de deur.' Omdat Rob zijn proeftijd heeft geschonden, komt daar nog twintig uur taakstraf bij. Ook moet hij naar de reclassering voor behandeling en krijgt hij een contactverbod. Hij mag geen contact zoeken met Marco. Wel moet Rob hem een schadevergoeding van 350 euro betalen voor de impact die de hele zaak op hem heeft gehad.
De rechter doet geen uitspraak over de schade aan de auto van Marco, want die zaak vindt hij te ingewikkeld. Als Marco dat wil verhalen, zal hij naar de civiele rechter moeten gaan.
De namen zijn gefingeerd in verband met de privacy.