Waarom zeggen Schiphol en gemeenten elk iets anders over geluidsoverlast?

Een opstijgend vliegtuig op Schiphol
Een opstijgend vliegtuig op Schiphol © ANP
LEIDEN - De Leidse regio klaagt volop over geluidsoverlast van Schiphol. Data van het meldpunt BAS en de Omgevingsdienst laten zien dat het aantal klachten én nachtvluchten vorig jaar explosief is gestegen. Dit is vooral te wijten aan het gebruik van de Kaagbaan op Schiphol als de baan voor een groot deel van het landend en opstijgend vliegverkeer in Nederland. Ook in de avond- en nachturen. Toch heeft de luchtverkeersleiding van Schiphol (letterlijk) een heel ander beeld op dit dossier.
Hoeveel vliegtuigen er dit jaar boven de hoofden van inwoners in de Leidse regio zijn overgekomen, is officieel nog niet bekend. De Omgevingsdienst West-Holland maakt slecht eenmaal per jaar een rapportage van de aanwezige meetpunten in de regio. Begin volgend jaar wordt de rapportage over 2022 verwacht. Gemeenten maken gebruik van deze rapportages in gesprekken met Schiphol en ze zijn dus belangrijk in het bepalen van standpunten rondom geluidsoverlast door vliegtuigen.
Dan komen we in contact met de luchtverkeersleiding van Schiphol (LVNL) en krijgen we bij hoge uitzondering een dataset van de vliegbewegingen boven de verschillende gemeenten in de regio. De dataset bevat het aantal vliegbewegingen van 2018 tot begin november 2022. We leggen de dataset van de luchtverkeersleiding naast de data van de Omgevingsdienst en dan valt er iets vreemds op. De luchtverkeersleidingdata corresponderen niet met die van de Omgevingsdienst, sterker nog, ze wijken enorm af van elkaar.

Grote verschillen in metingen

Registreerden de meetpunten in Sassenheim (onderdeel van Kaag en Braassem) in 2021 tussen de 55.000 en 65.000 vliegtuigen boven de gemeente, volgens de luchtverkeersleiding vlogen er in heel 2021 net geen 11.000 vliegtuigen over Sassenheim. Zo’n 40.000 vliegtuigen minder dan de meetpunten hebben geregistreerd.
Ook in Leiden is dit zelfde beeld te zien. Volgens de data van de luchtverkeersleiding kwamen er in 2021 bijna 21.000 vliegtuigen over Leiden heen. In de Leidse Merenwijk registreerde het meetpunt echter meer dan 35.000 vliegtuigen. Ruim een derde meer. In Nieuwkoop is het verschil nog groter, de Omgevingsdienst meldt in 2021 meer dan 60.000 vliegtuigen, de luchtverkeersleiding slechts 15.000. Een verschil van maar liefst 45.000 vliegtuigen.

Vluchten gemeten die er niet zijn geweest

Qua nachtvluchten is het verschil tussen de cijfers van de twee instanties schrikbarend te noemen. Volgens de Omgevingsdienst kwamen er in Leiden in 2021 tussen 23.00 en 7.00 uur bijna 4500 nachtvluchten over. De luchtverkeersleiding noteert een fractie hiervan: 531 nachtvluchten voor heel 2021.
De meetposten van de Omgevingsdienst hebben vluchten gemeten die er volgens de luchtverkeersleiding helemaal niet zijn geweest. Dit is opmerkelijk omdat de meetpunten uit een microfoon en computer bestaan. Deze computer bekijkt of het gemeten geluid overeenkomt met de zender aan boord van een overkomend vliegtuig. Deze zender zendt gegevens uit over de positie van dat vliegtuig. Correspondeert dit met het waargenomen geluid dan wordt het vliegtuig pas geregistreerd door het meetpunt.

Cijfers blijven significant afwijken

Niet alleen constateren we opmerkelijke grote verschillen in de beide datasets voor 2021. Welke gemeente we ook bekijken, de cijfers van 2018 tot 2022 blijven significant van elkaar afwijken.
Waarom zeggen Schiphol en gemeenten elk iets anders over geluidsoverlast?
Waarom zeggen Schiphol en gemeenten elk iets anders over geluidsoverlast?
We benaderen zowel de Omgevingsdienst als de luchtverkeersleiding om te achterhalen wat de oorzaak is van zulke afwijkende data. De woordvoerder van de luchtverkeersleiding laat in een reactie weten: 'Wij hebben bij het leveren van onze data exact gespecificeerd door welk geografisch gebied en op basis van welke hoogte een vliegbeweging van Schipholverkeer moet hebben plaatsgevonden om geteld te worden. De definitie van de omgevingsdienst kan afwijken van de door LNVL gehanteerde definitie waardoor mogelijk onderlinge verschillen kunnen ontstaan', luidt de reactie.

Verschillende meetsystemen

Bij de Omgevingsdienst komen we lang niet verder. De dienst houdt de deur de afgelopen maanden gesloten en reageert niet op herhaaldelijke verzoeken voor informatie. Vlak voor publicatie van dit artikel kwam de Omgevingsdienst West-Holland toch met een reactie: 'Het is bij ons bekend dat er verschillen zijn in aantallen gerapporteerd door de luchtverkeersleiding en de gemeenten. Een vermoedelijke reden voor het verschil in aantallen is het verschil in de gebruikte meetsystemen.'
'Het systeem van Schiphol (NOMOS) heeft een hogere ondergrens (60-65 dB) dan de meetpunten waar de Omgevingsdienst mee werkt. Dit zou kunnen leiden tot meer waarnemingen door meetpunten. Een tweede mogelijke verklaring is dat er bij Sensornet nieuwe koppelingen gemaakt zijn, waarmee kan worden bepaald wanneer het om vliegtuiggeluid gaat, in plaats van ander omgevingsgeluid (zoals een voorbijrijdende auto). Dit laatste heeft de afgelopen jaren binnen het meetnet van Sensornet geleid tot een aanzienlijke stijging van het aantal geregistreerde vliegtuigbewegingen.'

Waarom niet eerder opgevallen?

Bij het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (I&W), verantwoordelijk voor het vliegverkeer in Nederland kloppen we ook aan, maar ook hier krijgen we geen reactie. Op het ministerie I&W, dat luchtvaart onder haar hoede heeft, heerst dus een totaal ander beeld van vliegtuigoverlast dan op de grond door de Omgevingsdienst wordt gemeten én inwoners wordt beleefd.
De vraag is waarom deze afwijkingen in cijfers niet eerder zijn opgevallen. Verschillende gemeenten uit de Leidse regio die met Schiphol overleggen, maken gebruik van de data van de Omgevingsdienst. Aan tafel bij de luchtverkeersleiding moet het op zijn minst zijn opgevallen dat deze cijfers structureel afwijken van elkaar. En welke cijfers zijn leidend in de gesprekken over vliegtuigoverlast? Gemeenten hebben door de Omgevingsdienst-rapportages het beeld dat het vliegverkeer explosief is gestegen, terwijl het voor de luchtverkeersleiding bijzonder rustig is boven de Leidse regio. De cijfers van de luchtverkeersleiding zijn leidend en worden gerapporteerd aan het ministerie van I&W.

Tweede Kamerlid

We leggen de verschillen voor aan Tweede Kamerlid Mahir Alkaya (SP): 'Ook als SP merken wij dat er meer klachten over vlieghinder vanuit de regio Leiden komen. De verschillen tussen de bevindingen van het meldpunt BAS en de Omgevingsdienst enerzijds en de LVNL anderzijds zijn opmerkelijk groot en kunnen wij (en experts en ervaringsdeskundigen in ons netwerk) ook nog niet verklaren op dit moment. Mogelijk komt dit door verschillen in meetmethodes of is er inderdaad sprake van een definitieverschil. Hoe dan ook zijn de afwijkingen in aantallen dermate groot dat hier welduidelijkheid over moet komen.'

Meer hinder, meer invloed?

Sinds oktober van dit jaar is de overlegstructuur met Schiphol veranderd. Een nieuw platform, waarin in totaal 56 gemeenten en 4 provincies zijn vertegenwoordigd, fungeert sinds eind vorig jaar als officiële gesprekspartner. Een groot deel van de Leidse regio is nu ook ingedeeld in het 'geluidscontourgebied' van Schiphol, oftewel het gebied dat last zou kunnen hebben van vliegtuigen. Volgens de nieuwe afspraken gaan de overheid, provincies én gemeenten in de omgeving van Schiphol samen invulling geven aan maatregelen. Enkele gemeenten in de Leidse regio lieten in een reactie op dit artikel weten te hopen dat ze door dit nieuwe overlegplatform meer invloed kunnen uitoefenen om vliegtuigoverlast te verminderen.
De nieuwe geluidshindercontouren van Schiphol | Afbeelding: Omroep West
De nieuwe geluidshindercontouren van Schiphol | Afbeelding: Omroep West
De gemeenten uit de Leidse regio gaan belangrijke maanden tegemoet. Niet alleen zal het vliegverkeer blijven toenemen, ook geluidsoverlast voor inwoners zal hier tegelijk mee stijgen. En dan speelt er ook nog de discussie rondom de aanleg van de tweede Kaagbaan op Schiphol.
Het vooruitzicht voor inwoners die hinder ervaren van vliegtuigen is niet bepaald positief. Veel gemeenten hebben geen zicht op vliegtuigoverlast of lezen dit een jaar later terug in de Omgevingsdienstrapportages. Daarnaast zijn er verschillende cijfers in omloop over het aantal vliegbewegingen boven de Leidse regio, waarbij het ministerie met cijfers van de luchtverkeersleiding werkt die een fractie zijn van de gemeten vliegbewegingen in de regio. De noodzaak om te gaan handhaven op vliegtuigoverlast in de Leidse regio zal hierdoor op het ministerie ontbreken. Het melden van overlast bij de meldpunten lijkt ook geen verandering in gang te hebben gezet.

Wie beschermt de inwoners?

De vraag is wie inwoners uit de Leidse regio beschermt tegen de mogelijke schadelijke gevolgen van geluidsoverlast door vliegtuigen? Het antwoord hierop laat zich vooralsnog raden.
Omroep West plaatst heeft van maandag tot en met vrijdag een serie verhalen over de geluidsoverlast van Schiphol voor de Leidse regio geplaatst. Deze reeks is mede mogelijk gemaakt door het Leids Mediafonds.