Messen die jongeren dragen steeds groter, NFI maakt zich zorgen

In onze regio lijkt geweld waarbij messen worden gebruikt, steeds vaker voor te komen. Zo zijn er tal van incidenten te noemen waarbij daadwerkelijk werd gestoken. Een week geleden werden nog drie 15-jarige jongens opgepakt die eind vorig jaar betrokken zouden zijn bij geweld tussen Haagse jongeren. Zo zouden ze betrokken zijn bij een steekpartij in een tram en bij een steekincident bij een avondwinkel. In deze zaak werden in totaal al vijftien tieners aangehouden.

Het bezit van messen wordt nu onder de loep genomen door het NFI. Daarbij valt niet alleen de grootte van de messen op, zeggen de onderzoekers, maar ook de hoeveelheid van de in beslag genomen messen. Twee jaar aan inlever- en fouilleeracties leverde zo'n 900 messen op. De database helpt te bepalen welk soort mes er is gebruikt bij bijvoorbeeld een steekpartij. Dat kan bijdragen aan de bewijslast in strafzaken. Ook kan de database worden gebruikt om criminele organisaties op het spoor te komen, door bijvoorbeeld bepaalde messen te linken aan een groep.

Ruzies tussen drillrapgroepen liggen geregeld ook ten grondslag aan het messengeweld. Anderhalf jaar geleden overleefde een 14-jarig slachtoffer een ruzie tussen twee drillrapgroepen maar ternauwernood. De tiener werd zo diep met een mes in zijn lichaam gestoken, dat zijn lever en longen werden geraakt.

Nog geen uur nadat de 14-jarige jongen werd neergestoken, werd een van de verdachten, de 17-jarige Myron Ampofo, doodgestoken op de Rijswijkseweg in Den Haag. Het OM dacht destijds dat de vrienden van de 14-jarige jongen uit waren op wraak. De rechtbank heeft later zeven verdachten veroordeeld tot celstraffen van maximaal 12 jaar voor de moord op Myron.

Omroep West sprak eerder twee jongens uit een Leidschendamse jeugdbende. Zelf noemen ze het liever 'een vriendengroep'. Ze zijn met elkaar opgegroeid en leven in een wereld van veel geld, wapens en strijd met rivalen en instanties. 'Iedereen is bereid om te steken', vertelt een van de jongens. 'We dragen messen en hebben andere wapens zodat we ons kunnen beschermen tegen andere groepen die problemen met ons zoeken. Messen zijn een hype geworden onder jongeren. Je moet er haast wel een hebben, anders kun je je niet verdedigen.'

De gemeenten Den Haag, Delft en Zoetermeer besloten om gerichter samen te werken om deze jeugdbendes te bestrijden. Dit geldt ook voor de politie, die een speciaal team op het geweld onder jongeren heeft gezet. 'In totaal zijn er ongeveer dertig jeugdgroepen actief in de regio', legt Van Musscher uit. 'Zes of zeven daarvan zijn de groepen jongeren, kinderen noemen we ze eigenlijk nog, die steeds vaker over wapens beschikken en die deze ook rücksichtslos inzetten.'

In een poging om het geweld tussen rivaliserende jeugdbendes te voorkomen, experimenteren de gemeenten Zoetermeer, Delft en Den Haag op dit moment met een online gebiedsverbod. Onderzoeksbureau Partner in Crime bracht de drillrapgroepen in kaart. Het onderzoeksbureau merkt op dat de jongerengroepen zich steeds vaker online manifesteren. Tegelijkertijd is er maar weinig zicht of middelen om de jongeren aan te pakken.

De politie noemt de bevindingen van het NFI 'zorgelijk'. 'Politiemensen op straat ervaren dagelijks dat jongeren het steeds normaler vinden om een wapen te dragen. Het dragen van wapens mag nooit normaal worden gevonden', reageert Martin Sitalsing namens de politie. 'Als je een wapen op zak hebt, is de kans groter dat je het ook daadwerkelijk gebruikt.'