Hardhorige Rakesh heeft 300 gram cocaïne, versnijdingsmiddelen en weegschaal in huis

De man zit op dit moment vast in Middelburg, maar komt uit Delft. Hij wordt door agenten de rechtszaal ingeleid, waar zijn advocaat al op hem zit te wachten. Rakesh wordt ervan verdacht dat hij in de periode van 20 oktober vorig jaar tot 20 maart dit jaar heeft gehandeld in harddrugs, zoals cocaïne, en dat hij hielp met de voorbereiding. Hij zit op dit moment zo’n twee maanden in voorarrest.

Tot nu toe heeft hij altijd gezwegen. 'Wilt u nu iets verklaren?', vraagt de rechter. De jongen, gekleed in een zwart trainingspak met kort opgeschoren haar, zegt dat hij haar niet goed verstaat. 'Ik ben slechthorend', legt hij uit. Ze praat dit keer iets harder. 'Ik weet niet hoe ze daarop komen', reageert Rakesh daarna licht vermoeid.

Uiteindelijk bleek bij de politie een melding te zijn binnengekomen van het Team Criminele Inlichtingen (TCI). Rakesh zou zich bezig houden met verschillende criminele activiteiten, waaronder fraude en handel in verdovende middelen. Hierop is een onderzoek gestart, waaronder naar verschillende telefoons.

'Een van die nummers stond op uw naam', zegt de rechter, waarna ze de laatste vier cijfers opnoemt. 'Kent u dat nummer?', vraagt ze aan Rakesh. 'Dat is gewoon mijn abonnementsnummer', zegt hij. Ze noemt nog een ander nummer. 'Dat nummer staat op naam van uw moeder', gaat ze verder. 'Op naam van mijn moeder?', reageert Rakesh.

'Ja. En de politie zegt: als we kijken naar die nummers, dan maken ze vaak gebruik van dezelfde telefoonmast en er wordt met de twee telefoons vaak naar dezelfde nummers gebeld of bericht', zegt de rechter. Daarnaast wordt er nog een telefoonnummer aan hem gelinkt. De rechter noemt de laatste cijfers weer op. 'Zegt u dat wat?'

'Wat is de vraag?', zegt Rakesh die het weer niet goed verstond. Als de rechter de zin heeft herhaald zegt hij: 'Nogmaals. Ik heb maar één nummer.' Ze wijst hem er weer op dat met alle drie de telefoons vaak contact is gelegd met dezelfde contacten, die in alle drie de telefoons staan. Daarnaast heeft de politie drie dagen lang de woning van Rakesh geobserveerd. 'De politie heeft de indruk dat u zich met uw broer bezig hield met de handel in verdovende middelen.' 'Klopt niets van', zegt Rakesh zuchtend.

Uit het politiedossier blijkt dat Rakesh op 20 maart werd aangehouden in Den Haag. Hij zat op dat moment als bijrijder in een auto. Hij had ruim 600 euro bij zich en er werden meerdere telefoons aangetroffen. Daarna is er een huiszoeking gedaan, houdt de rechter Rakesh voor. Hier trof de politie nog meer geld aan, iPhones, 300 gram cocaïne, een blender, weegschaal en versnijdingsmiddelen.

'Ik weet niet hoe ze aan die telefoons zijn gekomen. Ik ben maar met één telefoon aangehouden', zegt Rakesh weer. Chatgesprekken op de telefoons zouden volgens de politie wijzen op handel van verdovende middelen. Het gaat over geld, hoeveelheden en er worden in de chats woorden gebruikt als 'kom eraan', 'coke', 'cash', 'pinnen' en 'puur'.

'Snap er niks van', zegt Rakesh. 'U snapt er niks van…', reageert de rechter. 'Wat me opvalt, is één van de gesprekken. Er wordt gevraagd: wie is dit? Dan wordt er geantwoord met Bolle. En als ik het goed zie, dan zou dat wellicht op u kunnen slaan…', vervolgt ze, waarna ze de ietwat gezette man aankijkt. 'Wordt u Bolle genoemd?', vraagt ze.

Rakesh blijft ontkennen. 'Nee. En ik heb al een verklaring gegeven. Ik heb helemaal niks te maken met die spullen. In mijn huis kwamen verschillende personen. Ik kwam er zelf heel weinig, ik sliep bijna altijd bij mijn moeder. Het was meer een chill-huis', zegt Rakesh.

De politie blijkt verschillende mensen waarmee was gechat via de telefoons gehoord te hebben. 'Ik ben zelf verslaafd geweest, maar nu niet meer. Ik koop nog wel drugs, maar dan voor mijn vriendin', zegt de rechter als ze een van de verklaringen voorleest. De vrouw zou de bijnaam Bolle ook kennen. Een ander zou na contact met de politie hebben verklaard: 'Ja, ik heb laatst inderdaad drugs gebruikt. Ik neem ongeveer twee keer per week een kleintje. Zijn bijnaam is Bolle. Het wordt altijd door verschillende mensen gebracht.'

De rechter vervolgt: 'Daarna is er een foto van u getoond. En diegene zegt u te herkennen, maar uw broer wordt niet herkend.' Nog een ander persoon liet aan de politie weten dat ook hij drugs had gekocht, maar niet wilde verklaren van wie want hij 'wilde geen verrader zijn'. 'Ik weet niet hoe ze erop komen', reageert Rakesh. 'Dat heb ik net gezegd', zegt de rechter. 'De telefoonnummers waaraan u gelinkt wordt, de observaties, de politie zegt dat het toch echt dealtelefoons lijken te zijn.'

Rakesh wil dan toch nog wat kwijt: 'Over het geld dat is aangetroffen in de auto: ik was onderweg naar mijn verloofde. Ze kwam geld te kort en dat wilde ik aan haar geven. Daarom was ik in Den Haag. Ik weet verder nergens vanaf.' Hij volgt op dit moment een speciaal traject bij stichting Perspektief om zijn leven op orde te krijgen. Eerder, in 2018, overtrad Rakesh de Opiumwet. Hij kreeg hiervoor negentig dagen gevangenisstraf, waarvan zeventig voorwaardelijk en een taakstraf van 180 uur.

'Krijgt u ook nog een apparaatje om beter te horen?', vraagt de rechter. 'Ik versta u heel slecht. Wat zei u?', reageert Rakesh, waarna er kort gegrinnikt wordt. 'Ja, daarom vroeg ik het', zegt de rechter. Rakesh moet zelf ook even lachen als hij het eenmaal heeft meegekregen, maar zucht daarna weer. 'Mijn trouwplannen zijn in de soep gelopen. Mijn vrouw is boos', zegt hij als hij over de toekomst nadenkt. 'Ja, dat kan ik me voorstellen', reageert de rechter. 'Ik moet het maar goedmaken', besluit Rakesh.

Ondanks dat Rakesh blijft ontkennen, gelooft de officier van justitie niets van zijn verhaal. 'Er is een camera opgehangen om de woning vanbuiten te observeren. Op een van die dagen komt ook een vermeend drugsdealer bij de woning en gaat naar binnen. Hij komt met een half gevulde tas weer naar buiten.' Ook zou er contact zijn geweest met een andere bekende drugsdealer. 'De politie heeft daarnaast gezien dat meneer een paar keer iets aan iemand overhandigde. Niet precies wat, maar wel dat er een aantal keer wat wordt overhandigd in die drie dagen.' En dan heeft de politie nog getuigenverklaringen, zegt de officier van justitie.

'Meneer zei eerder al dat hij van niks weet en het hem eigenlijk niets doet. Dat hij het maar grappig vindt. Ook over de aangetroffen cocaïne en voorwerpen wil hij niks zeggen.' Er is volgens haar niet alleen sprake van handel, maar ook de voorbereiding ervan. ‘Zeker een half jaar, vermoedelijk al langer. Meneer is enkel uit geweest op financieel gewin.' Ze eist zes maanden gevangenisstraf.

De advocaat van Rakesh vindt dat het politiedossier riekt naar stemmingmakerij. ‘Men heeft niemand onderschept of gevraagd waar het over ging’, zegt hij, waarbij hij doelt op de keren dat Rakesh iets zou overhandigen. ‘Hij praatte met iemand die in het verleden met drugs te maken had. Dat is op geen enkele wijze bewijs dat mijn cliënt aan het dealen was.' Hij pleit voor vrijspraak en anders een lagere straf, zoals een taakstraf. 'Wilt u zelf nog wat zeggen?', vraagt de rechter aan Rakesh. Hij verstaat de vraag opnieuw niet. 'Wilt u zelf nog iets zeggen?', vraagt de rechter luider. 'Ik ben het met mijn raadsman eens. Ik heb niet gedeald.'

De rechter is het echter eens met de officier van justitie en acht de 31-jarige Delftenaar schuldig. 'U bevindt zich in een verkeerd milieu en bent heel verkeerd bezig. Het moet echt anders. Anders zal u ook geen partner krijgen die blij is met u.' Ze veroordeelt hem tot vier maanden gevangenisstraf, waarvan twee maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar. Daardoor mag hij nu wel de gevangenis verlaten.

Zijn advocaat lijkt blij. 'Je hebt je tijd erop zitten', verduidelijkt hij aan Rakesh, die ook enigszins opgelucht kijkt.